CBCS: Ansary ontkent steevast dat bij Ennia sprake is van aanzienlijk tekort
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Hushang Ansary zegt wel dat hij wil helpen om de Ennia-problematiek aan te pakken - ook afgelopen week nog in gesprek met de Curaçaose vakcentrale SSK - maar in werkelijkheid bestaat die bereidheid niet.
Dat blijkt uit antwoorden die de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) geeft op vragen van het Antilliaans Dagblad. Die vragen had de krant gesteld in verband met de toezegging die Ansary had gedaan in een Zoom-meeting met bestuursleden van Sentral Sindikal di Kòrsou (SSK).
De Amerikaanse miljardair van Iraanse afkomst had in die online-bijeenkomst met Curaçaose vakbondsleiders verklaard ‘geen kwade bedoelingen te hebben’ en ‘immer bereid te zijn naar een oplossing toe te werken’. Aldus SSK-vicevoorzitter Wendell Muelen, die verslag deed van het onderhoud.
De vakbonden zijn geen directe gesprekspartner van de eigenaar van het noodlijdende Ennia Caribe Leven, waarvan momenteel het pensioen van 30.000 polishouders op het spel staat; dat is primair de Centrale Bank CBCS, die zich vanwege de financiële tekorten al in 2018 genoodzaakt zag de noodregeling te laten uitspreken.
,,In antwoord op uw vragen stelt de CBCS dat voorafgaand aan en tijdens de noodregeling er vele malen met de heer Ansary gesproken is; om via een minnelijke regeling te komen tot een oplossing voor het aanzienlijke tekort bij Ennia”, aldus de communicatie-afdeling van de Centrale Bank richting deze krant.
,,Ook na de zitting in maart dit jaar is nog gesproken”, bevestigt de CBCS. ,,Die gesprekken hebben tot niets geleid.” In maart 2023 vond gedurende enkele dagen de behandeling plaats van het hoger beroep in de aansprakelijkheidsprocedure die de CBCS namens Ennia (en daarmee de gedupeerde pensioenverzekerden) al in oktober 2019 aanhangig had gemaakt. In die zaak werd Ansary in november 2021 in eerste aanleg door het gerecht veroordeeld en vorige week ook door het Hof.
De grootaandeelhouder komt echter niet over de brug, ondanks allerlei toezeggingen (zelfs schriftelijk via zijn advocaat). En intussen is sprake van een ‘kwestie van nationaal belang’, zoals de grote meerderheid van de Curaçaose Staten - coalitie en oppositie - het noemt, omdat het Land Curaçao een lening van 1,2 miljard gulden moet aangaan om het private Ennia van omvallen te redden.
Zo’n astronomisch leningsbedrag kan het eiland echter op geen enkele manier dragen. Alleen al aan rente zou de overheid jaarlijks zo’n 40 miljoen gulden per jaar op de Landsbegroting kwijt zijn. Intussen schroomt Ansary er zelf niet voor om in de Zoom-camera tegen de vakbonden te verklaren best bereid te zijn mee te denken over een oplossing.
De Centrale Bank tegen het Antilliaans Dagblad: ,,De CBCS ervaart telkens dat er bij Ansary geen werkelijke bereidheid bestaat om aan een oplossing bij te dragen en dat hij steevast ontkent dat er bij Ennia sprake is van een aanzienlijk tekort.”