Geen strafrechtelijke vervolging Ennia/Ansary
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Geen onwil, maar eenvoudigweg een tekort aan capaciteit waardoor de opsporingsinstanties, waaronder het Openbaar Ministerie (OM), (vooralsnog) in strafrechtelijke zin weinig hebben kunnen doen met de aangiften van de Centrale Bank (CBCS) tegen Ennia en aan Ennia gelieerde personen; een kwestie die 30.000 polishouders aangaat en het Land Curaçao mogelijk 1,2 miljard gulden kan kosten.
Dat zegt persofficier Guillano Schoop van het OM in gesprek met het Antilliaans Dagblad. Deze krant berichtte dat de maatschappelijke druk op het OM om een strafrechtelijk onderzoek in te stellen is toegenomen, nu duidelijk wordt welke enorme gevolgen de financiële problemen bij pensioenverzekeraar Ennia Caribe Leven voor de gemeenschap hebben.
Schoop geeft aan dat het OM afhankelijk is van goed onderbouwde aangiften om een zaak te beginnen en dat het soms voorkomt dat aangiften niet op feiten berusten en daarom niet in behandeling worden genomen. In het geval van Ennia (en de Amerikaanse eigenaar Hushang Ansary), ontving het OM van de Centrale Bank CBCS aangifte - met zeer uitvoerige en gedetailleerde uitwerking - van onder andere de (geld)onttrekkingen waarvoor Ansary en voormalige medebestuurders verantwoordelijk worden gehouden. Dat was al in 2018, gevolgd door 2019.
Het OM heeft momenteel - anno 2023 - te maken met een tekort aan mankracht bij het Parket Officier van Justitie, waarbij ze volgens Schoop draaien op slechts 55 procent van hun normale capaciteit aan officieren van justitie. Dit is echter niet het grootste en enige probleem. Volgens Schoop ligt het knelpunt eerder nog bij de verschillende opsporingsdiensten, zoals het Korps Politie Curaçao (KPC), die daadwerkelijk onderzoek doen naar strafbare feiten. Ook de politie heeft te maken met een tekort aan mankracht en draait volgens hem op slechts 63 procent. Bij het Recherche Samenwerkingsteam (RST) is ingekort op de begroting.
,,Voor een mogelijk ingewikkelde zaak als die van Ennia, waarbij gebruik kon worden gemaakt van allerlei moeilijk traceerbare ‘constructies’ om internationaal grote kapitalen over te hevelen van de ene naar de andere entiteit, is het noodzakelijk om over voldoende opsporingscapaciteit en expertise te beschikken. Of de politie deze expertise in huis heeft, is nog de vraag”, vervolgt de persofficier, zelf tevens plaatsvervangend hoofdofficier.
Schoop geeft desgevraagd aan dat er geen ‘nieuwe aangiften’ zijn binnengekomen in verband met de Ennia/Ansary-zaak, naast de eerdere aangiften van de Centrale Bank in het verleden. ,,Het is niet zo dat het OM deze zaak niet wil oppakken, maar indien wij, politie en OM, niet over de capaciteit beschikken om onderzoek te doen naar zo’n complexe zaak als deze, dan lukt het even niet’, concludeert het OM, dat op Curaçao wordt aangestuurd door procureur-generaal Ton Maan en hoofdofficier Heiko de Jong.
De persofficier benadrukt dat zelfs als een minister bij het OM een aangifte komt doen in verband met Ansary, het ervan afhangt wat de aangifte inhoudt en of de opsporingsinstanties over de capaciteit en deskundigheid beschikken om zo’n zaak mogelijk op te pakken. ,,Het OM maakt deel uit van de justitiële keten en is afhankelijk van andere instanties in die keten die aan onderzoek en opsporing moeten doen”, verklaart Schoop.