‘Financieel beheer structureel verbeteren’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Curaçao verwacht 2023 af te sluiten met een positief resultaat van 3 miljoen gulden. Op basis van de realisatie tot en met het tweede kwartaal gaat het College financieel toezicht (Cft) er echter vanuit dat Curaçao het begrotingsjaar 2023 kan afsluiten met een positief resultaat van circa 40 tot 60 miljoen gulden. Dat is wel onder voorbehoud.
,,Een noodzakelijke voorwaarde daarbij is wel dat Curaçao het financieel beheer structureel verbetert. Er moet worden voorkomen dat, net als in het begrotingsjaar 2022, het overschot aan het einde van het jaar sterk afneemt door nagekomen lasten”, dat schrijft Cft-voorzitter Lidewijde Ongering ter reactie op de tweede uitvoeringsrapportage 2023 aan minister van Financiën, Javier Silvania (MFK).
Tot en met het tweede kwartaal 2023 heeft Curaçao een overschot op de begroting gerealiseerd van 113 miljoen gulden. Dat is 65 miljoen gulden hoger dan begroot. Dit overschot is vooral het gevolg van hoger dan begrote belastingbaten. Vooral als gevolg van hogere indirecte belastingopbrengsten, zoals de omzetbelasting, zijn de belastingopbrengsten 49 miljoen hoger dan geraamd. De lasten zijn tot en met het tweede kwartaal 16 miljoen lager dan begroot, hoofdzakelijk vanwege lagere personeelslasten. Dat is volgens het Cft positief. Het Cft wees eerder op de potentie van Curaçao om overschotten op de begroting te realiseren, en deed daartoe diverse aanbevelingen. Zo gaf de financiële toezichthouder in overweging om voorafgaand toezicht in te stellen op het aangaan van financiële verplichtingen, voorzien van een passend sanctiebeleid.
Op 30 juni jl. is Curaçao door de Rijksministerraad verzocht om de aanbevelingen van het Cft bij de begroting op te volgen. Curaçao zou hiervoor een eerste ontwerpbegrotingswijziging presenteren. Het Cft adviseerde Curaçao om de realisatie tot en met tweede kwartaal van dit jaar, en de verwachte additionele rentelasten in 2023 van de herfinanciering van de liquiditeitssteunlening (911 miljoen gulden), in deze begrotingswijziging te verwerken. Ook is het volgens de Cft-voorzitter van belang om in de begrotingswijziging stil te staan bij de te verwachten budgettaire effecten, waaronder de rentelastontwikkeling van de oplossing voor de problematiek bij Ennia. In dit kader is Curaçao ook verzocht in te gaan op de ontbrekende rapportages over de collectieve sector 2021 en 2022 en de vaststelling van de collectieve sector over de jaren 2023 en 2024. Deze had al op 1 april 2022 moeten zijn vastgesteld. Curaçao moet hier zo snel mogelijk opvolging aan geven.
In de tweede uitvoeringsrapportage zijn ook de aangepaste realisatiecijfers over 2022 gepresenteerd. Voor 2022 leek eerder nog sprake van een aanzienlijk overschot van 142 miljoen. Inmiddels is dit overschot met 125 miljoen gedaald tot 17 miljoen gulden, als gevolg van de verwerking van diverse nagekomen lasten (en baten). Om eenzelfde ontwikkeling voor 2023 te voorkomen stelde het Cft het voorafgaand toezicht voor op het aangaan van financiële verplichtingen. Enkel zo kan Curaçao over 2023 een overschot realiseren van circa 40-60 miljoen. Zoals te verwachten wil het Cft over de genomen maatregelen worden geïnformeerd.
