‘Nederland is zelf een belastingparadijs’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Statenvoorzitter Charetti America-Francisca (MFK) heeft naar de Nederlandse Tweede Kamer donderdag een verslag gestuurd van een Statenvergadering, waarin MFK en PNP hun standpunten deelden over de voorgestelde wijzigingen in de Belastingregeling Nederland-Curaçao (BRNC). Deze vergadering vond plaats op 5 juli. De wijzigingen hebben betrekking op de implementatie van de uitkomsten van het Base Erosion and Profit Shifting (Beps) project van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso), evenals enkele andere aanpassingen.
De MFK-fractie heeft het voorstel van de Rijkswet nauwkeurig onderzocht en erkent dat de huidige BRNC-wijzigingen gemengde gevoelens oproepen. De fractie legt een parallel met de bloei van de financiële sector (offshore) op Curaçao in de jaren tachtig en negentig. Destijds droeg de financiële sector aanzienlijk bij aan de overheidskas en zorgde voor goedbetaalde banen. Ze wijst op de invoering van het Nieuw Fiscaal Raamwerk (NFR) in 2000 als reactie op internationale druk op de off-shore sector. De MFK benadrukt dat het essentieel is om deze voorgestelde wijzigingen nauwlettend te evalueren om de belangen van Curaçao te waarborgen.
De MFK-fractie verwerpt ook het idee dat Curaçao als belastingparadijs wordt bestempeld, terwijl ze benadrukken dat Nederland ook dergelijke praktijken heeft. Ze refereren onder meer naar een Volkskrant-artikel, waarin staat dat ‘Nederland niet zomaar een belastingparadijs is voor Amerikaanse multinationals; het is hét belastingparadijs’. Later in de vergadering voegde PNP hier nog aan toe dat Nederland zelf op de vierde plaats staat op de wereldranglijst van belastingparadijzen. De MFK-fractie benadrukt dat Curaçao voldoet aan internationale normen en dat het Koninkrijkspartnerschap het eiland moet ondersteunen in plaats van negatief te positioneren. Ze pleiten voor herstel van de financiële sector om deviezen te genereren en hoogwaardige banen te creëren.
De PNP-fractie concentreert zich op de impact van de voorgestelde wijzigingen op Curaçaos economische ontwikkeling, vooral op investeringsgebied. Ze benadrukt het belang van zorgvuldige procedures en gelijkheidsbeginselen bij het vaststellen van de Rijkswet. De PNP wijst erop dat de Staten van Curaçao een proactieve rol spelen bij verdragen en benadrukt de noodzaak van bilaterale overeenkomsten om de belangen van Curaçao te beschermen. Ze vragen om verduidelijking over hoe de voorgestelde wijzigingen de economische samenwerking tussen Nederland en Curaçao ten goede zullen komen.
Beide partijen delen bezorgdheid over de ‘Principal Purpose Test’ (PPT) en de mogelijke invloed ervan op investeerders. Ze vragen om concrete voorbeelden en benadrukken het belang van fiscale verdragen die Curaçao ten goede komen. Ze benadrukken ook het belang van samenwerking binnen het Koninkrijk om een uniforme fiscale structuur te waarborgen.
Terwijl de MFK-fractie een revitalisering van de financiële sector voorstaat, richt de PNP-fractie zich op het beschermen van de Curaçaose economie en het belastingstelsel. De discussie in de Statenvergadering benadrukt het belang van zorgvuldige afstemming van het verdrag op de belangen van Curaçao en het bevorderen van een gezonde economische samenwerking tussen het eiland en Nederland.