Justitie wil zo ongedocumenteerden in kaart brengen

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Met het project ‘Riba Lugá’ wordt door het ministerie van Justitie het aantal ongedocumenteerden in kaart gebracht. Het gaat niet alleen om aantallen, maar ook om afkomst en wat ze op het eiland doen.

Dat is naar voren gekomen tijdens het overheidsprogramma ‘Kiko bo ke men’ waar de minister van Justitie, Shalten Hato (MFK), en Luis Curiel van het Korps Politie Curaçao (KPC) belast met immigratie het project hebben aangekondigd. Volgens Hato heeft de regering nog nooit officieel onderzoek gedaan naar ongedocumenteerden. Om dat onderzoek uit te kunnen voeren, moet er vertrouwen zijn bij de ongedocumenteerden dat zij niet vervolgd worden of teruggestuurd worden naar hun vaderland, zo benadrukt Curiel. ,,Het doel moet duidelijk zijn, namelijk alleen registratie. Er moet goede informatie gegeven worden. Daarom gaat een aparte groep het onderzoek doen, los van het KPC”, aldus de expert. En zo antwoordt hij op de vraag of de meeste buitenlanders zich niet liever schuil blijven houden: ,,Er zijn veel ongedocumenteerden die niet onzichtbaar willen blijven. De situatie maakt het zo voor hen, omdat als ze het proces van verblijfs- en werkvergunning starten, de problemen juist beginnen. We willen als regering deze angst wegnemen.”
Riba Lugá is het derde overheidsproject dat gericht is op ongedocumenteerden. Vroeger was er het Brooks Tower-project. Daarna kwam de vorige regering met de ‘integrashon responsabel’. In beide gevallen moesten de personen in kwestie aan bepaalde eisen voldoen om in aanmerking te komen voor een verblijfs- of werkvergunning. Hato: ,,In beide projecten heeft geen registratie plaatsgevonden. Nu willen we dat wel doen en weten hoeveel ongedocumenteerden er zijn en wat voor soort personen het zijn. Doel is om na te gaan hoe wij als land ook voordeel van hen kunnen hebben. Zo zouden zij ook sociale premies kunnen betalen. Ze moeten verantwoord kunnen integreren als wij ze nodig hebben. Want wees eerlijk, veel van deze mensen doen werkzaamheden die de Curaçaoënaar niet meer wil doen. En soms zijn het bepaalde specialisten die wij ook goed kunnen gebruiken.”
Curiel verwijst naar het Plan van Aanpak Versterking Grenstoezicht waarbij meer geïnvesteerd wordt in de tools die nodig zijn en alles wat het werk verbetert aan de grenzen. De immigratie-expert legt uit dat bijvoorbeeld op de luchthaven aandacht is voor de e-gates en het gebruik daarvan. Er wordt nu overwogen de leeftijd van 16 jaar toe te laten bij de e-gates zodat het verwerken van de binnenkomende passagiers sneller gaat. Er wordt nu een e-gate-expert aangetrokken die op Curaçao komt wonen, zodat een defect apparaat zo snel mogelijk gerepareerd kan worden. Het grootste probleem bij de Immigratiedienst is een gebrek aan personeel, zo wordt nog uit de doeken gedaan. Ook bij vertrek wordt hard gewerkt aan het weer in werking stellen van de e-gates daar. Ten eerste worden alle e-gates van hetzelfde model. Nu zijn er nog nieuwe en oude modellen in gebruik. Verder wordt in het laatste kwartaal van dit jaar een app geïntroduceerd waarbij vertrekkende passagiers al vooraf allerhande documenten kunnen uploaden waardoor de afhandeling op de luchthaven sneller kan verlopen. Hato: ,,We worden het eerste land in het Caribisch gebied met een dergelijke app.”