Vier ministers betrokken bij vuilnisverwerkingsbedrijf
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Overheids-nv Selikor, belast met de vuilnisophaal, -verwerking en schoonmaak van Curaçao, stelt dat indien een klant meer dan 2.000 kilo per jaar aan afval stort op Landfill Malpais, sprake is van bedrijfsmatig handelen en dat het afval aangemerkt wordt als zijnde bedrijfsafval, met als gevolg dat het afval in zijn geheel betaald moet worden.
Het ministerie van GMN (Gezondheid, Milieu en Natuur) is echter van mening dat Selikor de nodige aanpassingen in het gebruikte softwaresysteem dient door te voeren. Wat directeur Wesley Kook vorige maand heeft voorgelegd aan de regering, ‘is niet wat met de overheid is afgesproken’.
,,De bedoeling is dat Selikor alle burgers de mogelijkheid dient te bieden om tot en met 2.000 kilogram afval gratis te storten. Hiervoor heeft Selikor een bedrag voor inkomstenderving bij de overheid in rekening gebracht. Vandaar dat het terecht is dat alleen de hoeveelheid boven de 2.000 kilo, die in het betrokken jaar wordt gestort, in rekening mag worden gebracht.”
Zo meldt Financiënminister Javier Silvania (MFK) in een pittige brief aan de directie van Servisio di Limpiesa Kòrsou. Daarin wordt ook gemeld, zoals door deze krant afgelopen week al werd bericht, dat ‘vanaf heden’ de minister-president - samen met de minister van GMN, als verantwoordelijke minister - ‘alle coördinerende werkzaamheden zal uitvoeren met betrekking tot alle lopende trajecten bij en/of dossiers van Selikor nv’.
Met andere woorden: er zijn nu drie bewindslieden direct betrokken bij het dossier-Selikor: naast GMN-minister Dorothy Pietersz-Janga ook haar partijgenoten Financiënminister Silvania en premier Gilmar Pisas. Laatstgenoemde gaat zich inlaten met zaken als onder andere het oproepen van vergaderingen met alle stakeholders, monitoring van alle trajecten, opvragen van adviezen, opbouwen van dossiers, etc.
Daar blijft het niet bij: voor zaken die een mogelijke impact hebben op de activiteiten van VVRP (Verkeer. Vervoer en Ruimtelijke Planning), dient ook minister Charles Cooper (eveneens MFK) van VVRP te worden geraadpleegd.
Intussen zal het ministerie van Financiën ‘blijven zorgen voor de voorafgaande financiële toetsing van voorgenomen beslissingen en/of documenten welk een financiële impact (kunnen) hebben op (de realisatie van) de begroting van het Land Curaçao’. Door deze scheiding van taken wordt de adviserende rol van het ministerie van Financiën verder geoptimaliseerd, luidt de uitleg.
Het wekt alles bij elkaar de indruk dat er werk aan de winkel is bij Selikor en dat GMN-minister Pietersz-Janga ‘hulp’ krijgt van Silvania, Pisas en Cooper. De brief aan directeur Kook heeft dan ook een kritische toon. Vanuit Financiën werd al duidelijk gemaakt dat er geen aanpassing (lees: verhoging) komt van de liquiditeitstranches.
Maar ook ten aanzien van de ‘core business’ - het schoonmaken van de diverse wijken - zijn er op- en aanmerkingen. Selikor geeft aan dat het ministerie van GMN uitvoerig heeft kunnen nagaan welke wijken en het aantal wijken dat in de periode juli tot en met september 2022 zijn schoongemaakt. De vijf wijken die als prioriteit zijn aangewezen door het ministerie konden vanwege praktische redenen niet (meer) in de planning van Selikor worden opgenomen.
,,In verband hiermee brengt het ministerie van GMN naar voren voornemens te zijn om de komende maand strenger te gaan controleren en erop toe te zien dat Selikor aan de eisen van GMN voldoet.” Dat kan gezien worden als een duidelijke aanwijzing van de zijde van de regering-Pisas.
Tegenstrijdige verklaringen
Voor wat betreft de wijze waarop GMN na heeft kunnen gaan welke percelen en wijken zijn schoongemaakt, meldt de brief van Silvania het volgende: het ministerie geeft te kennen dat bij de verantwoording per augustus 2022 het al te laat was om de schoongemaakte woonwijken te controleren. ,,Dus is ervoor gekozen om de contracten met de aannemers en verklaringen van oplevering door te nemen. Op basis hiervan zijn tien woonwijken geselecteerd.”
Maar er zijn tegenstrijdige verklaringen: waar Selikor naar voren heeft gebracht GMN ‘overtuigend te hebben aangetoond per maand 20 wijken grondig te hebben schoongemaakt’, heeft het ministerie verklaard ‘juist geconstateerd te hebben dat er niet is voldaan aan het maandelijks schoonmaken van minimaal 20 woonwijken’.
,,Volgens het ministerie van GMN zijn in de verantwoordingsrapportage per september 2022 dezelfde woonwijken aangegeven als in de verantwoordingsrapportage per juli 2022”, meldt de brief aan directeur Kook. Het staat er niet expliciet, maar de vraag aan hem is natuurlijk: waarom en hoe kan dat?
Het ministerie van GMN geeft aan enkele routelijsten te hebben ontvangen. Hieruit is een aantal data geselecteerd en deze zijn gecontroleerd met het schema dat Selikor voor de betreffende maand heeft uitgegeven. GMN meent vooralsnog geen oordeel te kunnen geven of de ophaalfrequentie van tuinafval en grofvuil twee keer per maand heeft plaatsgevonden.
Op basis van de gemaakte selectie kan niet worden geconcludeerd dat Selikor voldaan heeft aan voormelde voorwaarde. Om een betere controle (vooraf en achteraf) op de uitvoering van de afgesproken werkzaamheden met Selikor te kunnen uitoefenen, heeft het ministerie een controleteam ingesteld, welk uit twee personen bestaat.
Eén persoon controleert de werkzaamheden inhoudelijk (of deze conform afspraak verlopen) en de andere persoon controleert het financiële gedeelte. Het ministerie van GMN heeft al een afspraak met Selikor aangevraagd, zodat Selikor kennis kan maken met dit team.
GMN zal voorts een brief naar Selikor sturen om de documenten op te vragen, die Selikor dient over te leggen. Het controleteam is al aangevangen met de inhoudelijke controlewerkzaamheden. De sectordirecteur Landbouw, Milieu en Natuur (LMN) en financieel directeur GMN zijn verantwoordelijk voor de goedkeuring van de gecontroleerde werkzaamheden.