Centrale Bank CBCS in aanklacht van ‘plundering’ beschuldigd
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Nina Ansary, de 56-jarige dochter van Hushang Ansary, heeft de aanval geopend op de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS), die zij in een aanklacht bij de Amerikaanse rechter beschuldigt van ‘looting’ (plundering).
Intussen is hierover door haar advocaten in de Verenigde Staten ook een persbericht uitgestuurd; daarin wordt het Land Curaçao uitgemaakt ‘voor een toevluchtsoord voor witwassen’ (zie elders in deze editie).
,,Dr. Ansary - een bekroonde auteur, historicus en vrouwenrechtenactiviste - komt met deze actie, om de opportunistische roof door gedaagde (CBCS, red.) van haar privé-investeringen, namelijk haar aandelenbelang in Parman International bv (PIBV), een Curaçaos bedrijf dat eigendom is van een groep van Amerikaanse aandeelhouders, tegen te gaan”, luidt de eerste zin van de ‘Complaint’ bij de United States District Court for the District of Columbia.
Nina Ansary bezit naar eigen zeggen 15,9 procent van PIBV, wat volgens haar een onderneming is van 700 miljoen dollar met verzekeringsmaatschappijen, banken en een groot commercieel en residentieel onroerend goed (inclusief onroerend goed aan het strand). Doelend op Ennia en (voorheen, want verkocht) Banco di Caribe op Curaçao alsmede Mullet Bay op Sint Maarten.
De Centrale Bank nam medio 2018 de ‘noodcontrole’ over van de verzekeringsactiviteiten van PIBV, vervolgt de aanklacht, volgens haar advocaten onder het mom van ‘implementatie’ van een ‘zeer omvangrijke en doordachte’ zogeheten ‘herstructurering’.
,,Maar dan, zelfs na inname van 280 miljoen dollar aan liquide beleggingen van de onderneming in New York - wat voldoende was om de herstructurering te voltooien - zette de Centrale Bank het beloofde plan niet door.”
Integendeel, na de ‘grote schok’ voor de lokale economieën van Curaçao en Sint Maarten veroorzaakt door de wereldwijde pandemie, spanden de Centrale Bank met de regeringen van Curaçao en Sint Maarten samen om de activa van PIBV te onteigenen ten behoeve van de privébelangen van hun vrienden, in plaats van ze terug te geven aan PIBV na snelle voltooiing van de herstructurering.
Nina Ansary heeft het in haar aanklacht dan over de verkoop van Banco di Caribe nv (BdC) aan de United Group Holding van Gregory Elias, maar ook over de overname van het beheer door de Centrale Bank van SunResorts Ltd. nv (Mullet Bay) op Sint Maarten, met de bedoeling - zoals deze krant eerder berichtte - deze te gelde te maken ten behoeve van de polishouders van Ennia Leven.
Maar volgens de dochter van de 95-jarige Hushang Ansary ‘overtrad de CBCS de wet- en regelgeving’ en ‘hield het de financiële gezondheid van de activa tot voor kort geheim’, namelijk tot pas nadat de winstgevende bank was verkocht ‘aan een lokale vriend van een directeur van de Centrale Bank tegen een forse korting’. Gedoeld wordt op financieel-economisch directeur José Jardim van de CBCS, die ten tijde van de toepassing van de door de Curaçaose rechter uitgesproken noodregeling interim-president was.
Vervolgens, zo vervolgd de Amerikaanse aanklacht, kondigde de Centrale Bank aan voornemens te zijn de ‘fake noodregeling’ te gebruiken om PIBV’s belang in 160 acres onroerend goed op Sint Maarten te onteigenen - ‘door op frauduleuze wijze te beweren dat het tijd is om het ‘terug te geven’ aan de mensen’.
,,Opgewonden door deze toekomstige overval (‘heist’), is Sint Maarten zelfs begonnen met het houden van een parlementaire enquête om te bepalen hoe dit moet gaan lukken. Dr. Ansary wil een einde te maken aan deze ontneming van haar eigendomsbelangen in PIBV.” Aldus de ‘Complaint’.
‘Bol van misplaatse en onjuiste beweringen’
De CBCS heeft ‘via de media kennisgenomen van de klacht van Nina Ansary’, aldus de Centrale Bank in Willemstad op vragen van het Antilliaans Dagblad. ,,Wat opvalt is dat de klacht bol staat van misplaatste en niet juiste beweringen. Nina Ansary is door de rechter op Curaçao veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan Ennia van ruim 945 miljoen gulden.”
Deze krant stelde specifiek vragen over de verkoop van Banco di Caribe en de wijze waarop dit is verlopen. ,,Voor wat betreft de verkoop van BdC: dat is een professioneel gevoerd proces waarbij de CBCS zich heeft laten bijstaan door externe deskundigen (het advocatenkantoor De Brauw Blackstone Westbroek (Nederland), Deloitte Financial Advisory Services (Nederland) en de investment bank Broadspan Capital (in de Verenigde Staten).”
Wilt u het vervolg van dit artikel lezen? Neem een online abonnement op de krant.