Sloop nieuwbouw benzinestation Malpais afgewezen
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De vorderingen van de pomphoudersverenigingen Copda en Asogas tot het slopen of laten slopen van het pompstation van Abdul Sebier Attaf bij de landfill te Malpais zijn door de rechter afgewezen.
Copda en Asogas - naar verluidt gesteund door Vanddis - hadden aangevoerd dat de voor dat pompstation benodigde vestigingsvergunning, bouwvergunning en hindervergunning ontbreken. Ook hadden zij gesteld dat het pompstation, waarvan de bouw al in een vergevorderd stadium is, onbevoegdelijk deels op aan het Land in eigendom toebehorend terrein is gebouwd.
Bij de behandeling is echter gebleken dat Attaf met zijn St. Helena Pompstation nv, Pabow Real Estate bv en Three Stars Private Foundation wél beschikken over een vestigingsvergunning voor het nieuwe pompstation. Verder is ter zitting door groep-Attaf gemotiveerd betwist en niet aannemelijk geworden dat het pompstation (deels) is gebouwd op terrein (van het Land) waarop zij niet mochten bouwen. Ook de overheid heeft dat met verwijzing naar tekeningen met klem bestreden.
De door Copda en Asogas aanvankelijk gestelde illegale grondoccupatie en het gestelde ontbreken van de vestigingsvergunning kunnen dus geen grond vormen voor het aannemen van onrechtmatig handelen van de bedrijven van Attaf.
Wat betreft de bouwvergunning geldt dat deze weliswaar is ingetrokken, aldus de rechter, ‘maar dat daarbij is overwogen dat de interne documenten de vergunning kunnen dragen en dat de eerder verleende vergunning slechts is ingetrokken om alsnog aan het motiveringsbeginsel te voldoen’. Het ligt volgens het gerecht ‘dan ook in de rede dat wederom een bouwvergunning zal worden verstrekt’.
Bovendien heeft de groep-Attaf er naar het oordeel van de rechter ‘op goede grond op gewezen’ dat de regels van de Bouw- en Woningverordening voor een bouwvergunning voor een bouwwerk als het pompstation ‘niet strekken ter bescherming van de economische belangen van concurrenten’. Copda en Asogas kunnen aan het ontbreken van een bouwvergunning dan ook ‘geen aanspraak op sloop ontlenen’.
Dan rest nog de hindervergunning die nog niet is verleend. Dat is ‘voor deze zaak niet relevant’, meldt het vonnis. ,,Dit alleen al omdat het pompstation nog niet in bedrijf is genomen. Ook hier geldt bovendien dat de bepalingen in de Hinderverordening Curaçao niet strekken ter bescherming van de economische belangen en concurrentiepositie van eisers en hun leden.”
Copda en Asogas stellen dat Attaf, ten koste van de bestaande particuliere pomphouders, op oneerlijke wijze een concurrentiepositie probeert te bemachtigen. Volgens hen is het vestigingsbeleid voor benzinestations ‘niet uit de lucht komen vallen’. Dit beleid is juist vastgelegd ter garandering van het voortbestaan van individuele benzinestations. Volgens het vestigingsbeleid kunnen nieuwe benzinestations niet worden gebouwd zonder dat er eerst advies is ingewonnen bij onder meer Copda.
Voorts dient, in het geval een (nieuw) benzinestation wordt gebouwd, rekening te worden gehouden met een straal van vijf kilometer tussen de benzinestations. In dit geval is niet om advies van Copda gevraagd en door St. Helena is bij het bouwen van het benzinestation ook geen straal van vijf kilometer aangehouden.
En het Land handelt - door niet op te treden tegen deze illegale situatie - onrechtmatig jegens de bestaande pomphouders, en ook door het in strijd met de in het vestigingsbeleid vastgelegde afspraken verlenen van een vestigingsvergunning aan St. Helena. Het gerecht gaat hier echter niet in mee.
St. Helena, Pabow en Three Stars stellen zich op het standpunt dat er geen sprake is van onrechtmatig handelen van hun zijde jegens Copda en Asogas. Zij zijn wel degelijk in het bezit van een bouwvergunning, die later louter vanwege het feit dat die niet voorzien was van een kenbare en draagkrachtige motivering door de minister van VVRP (Verkeer, vervoer en Ruimtelijke Planning) werd ingetrokken.
Ook stellen St. Helena, Pabow en Three Stars dat er geen sprake is van een uitbreiding van het aantal benzinestations, maar van een verplaatsing van een bestaand benzinestation naar een nieuwe locatie. St. Helena en St. Helena Service Center exploiteerden namelijk eerder een benzinestation in de buurt St. Helena, maar vanwege een explosie met fatale gevolgen voor een medewerkster van het benzinestation op 12 januari 2017 is toen een einde gekomen aan de activiteiten van dat benzinestation.
Nergens staat, aldus de groep-Attaf, dat een buurtstation geen verzoek om verplaatsing mag doen. Bij de verplaatsing van het benzinestation is bovendien door hen rekening gehouden met een afstand van vijf kilometer. Daar in de buurt zijn er geen andere benzinestations. Verder staat nergens dat als een benzinestation wordt verplaatst, het geen nieuwe installaties mag gebruiken. Als voorbeeld dient het pompstation te Juliandorp. In het begin beschikte het pompstation over drie ‘dispensers’ en inmiddels zijn het er zes geworden. Naar de mening van St. Helena, Pabow en Three Stars zijn de vorderingen van Copda en Asoga ‘gebaseerd op verkeerde aannames’.
Copda telt acht leden en Asogas heeft er zeven. Verder is Vanddis actief met zes pompstations en beschikt overheids-nv Curoil er over vijf. Bij elkaar zijn er 26 pompstations op het eiland. Uit het vonnis van gisteren blijkt dat Curoil positief heeft geadviseerd over het verzoek van St. Helena.