Land wil dat CBCS schuld Girobank-afwikkeling draagt en afwikkelt
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het Cft en de regering van Curaçao zijn het oneens over het ‘eenzijdige besluit (van het Land) tot uitstel van betaling’ in verband met de schuld inzake de Girobank-afwikkeling.
Curaçao verwerkte eerder in de begroting vanaf 2023 additionele inkomsten van 25 miljoen vanwege een verhoging van het ‘license fee’-tarief. Deze opbrengsten dienden ter dekking van de verplichtingen van het Land in het kader van de Girobank-afwikkeling (waarvoor het Land bij Nederland een lening van 170 miljoen gulden was aangegaan, red.).
De verhoging van het license fee-tarief is tot op heden niet doorgevoerd en de minister van Financiën heeft de aanvankelijk additioneel begrote baten nu, met de ontwerpbegrotingswijziging 2022, zelfs weer van de begroting afgevoerd.
De regering schrijft in overleg te zijn met de Centrale Bank CBCS over het voornemen dat de lasten uit hoofde van de Girobank-afwikkeling door de CBCS zélf gedragen worden.
Als hierover op korte termijn toch geen overeenstemming wordt bereikt met de CBCS, zou volgens de bewindsman van Financiën de overeenkomst tussen het Land, de CBCS en Gi-Ro Settlement Holding (GSH) het Land de mogelijkheid bieden om betalingen tot 2026 uit te stellen.
En, om deze redenen zal de regering-Pisas (MFK/PNP) niet voldoen aan de aanbeveling van het College financieel toezicht (Cft) om compenserende dekking op te nemen in de begroting voor de verplichtingen van het Land in het kader van de Girobank-afwikkeling.
,,Het Cft merkt op dat uit de overeenkomst niet blijkt dat het Land eenzijdig kan besluiten tot uitstel van betaling tot 2026”, aldus de jongste brief van het college. ,,Hiervoor is een besluit van de overige partijen bij de overeenkomst noodzakelijk”, voegt het college hier nog aan toe.
Het Cft is hierover héél duidelijk: ,,Zolang de onderhandelingen met de CBCS niet hebben geleid tot het afvoeren van de verplichtingen van de balans van het Land en er ook geen formele afspraken zijn over uitstel van betaling, dient Curaçao compenserende maatregelen voor deze verplichtingen op te nemen in de meerjarenbegroting.”
Dit dus in verband met het geheel afvoeren in de aangepaste ontwerpbegroting 2022 van de additionele baten van jaarlijks 25 miljoen vanaf volgend jaar voortkomend uit de verhoging van het licentierecht, ofwel de license fee. Deze additionele opbrengsten dienden ter dekking van de verplichtingen van Curaçao in het kader van de Girobank-afwikkeling.
Het is onbekend wat de status is van de besprekingen tussen de regering en de Centrale Bank over het al dan niet moeten dragen van de verplichtingen door de CBCS. Het betreft in elk geval een schuld die het Land heeft in verband met een lening van de Nederlandse Staat.