Coronaleningen zijn met 18 maanden verlengd
Voor tweede kwartaal geen nieuwe liquiditeitssteun
Van onze correspondent
Den Haag - De renteloze leningen die Curaçao, Aruba en Sint Maarten (CAS) sinds april 2020 van Nederland hebben gekregen als liquiditeitssteun in verband met de coronacrisis hoeven de komende 18 maanden (anderhalf jaar) nog niet te worden afgelost. Dat werd na de Rijksministerraad (RMR) van gisteren bekendgemaakt.
De leningen zouden op 10 april aflopen, maar al vanaf het begin van de steun waren er twijfels of de CAS-landen ze zouden kunnen aflossen. In de Tweede Kamer en in de landen zelf gingen al gauw stemmen op om de leningen als gift kwijt te schelden. Daar wil het Nederlandse kabinet-Rutte IV nog niet aan denken.
Na gesprekken tussen staatssecretaris Alexandra van Huffelen van Koninkrijksrelaties, en eerder haar voorganger Raymond Knops, is overeengekomen de leningen te herfinancieren met een looptijd tot oktober 2023. Het is de bedoeling in de tussentijd afspraken te maken over aflossing voor de lange termijn.
In totaal gaat het om leningen voor ruim een miljard euro als steun tijdens de moeilijke periode tijdens de pandemie, omdat de economieën van de CAS-landen zwaar te lijden hadden, met name door het wegvallen van het toerisme. Door de liquiditeitssteun konden ambtenarensalarissen worden betaald en kregen bedrijven loonkostensubsidie.
Tot verlenging van de leningen is besloten, omdat het herstel nog onvoldoende is om nu al te gaan aflossen. Aruba heeft tot nu toe 441,7 miljoen euro (915,5 miljoen florin) aan liquiditeitssteun gekregen. Curaçao 448,2 miljoen euro (911 miljoen gulden). En Sint Maarten ontving 141,7 miljoen euro (292,4 miljoen gulden).
Aruba kreeg in het eerste kwartaal nog 12 miljoen florin steun, Curaçao en Sint Maarten hadden geen steun nodig. Voor het tweede kwartaal hebben geen van de drie landen steun nodig, zo bleek tijdens de RMR. De liquiditeit van de drie landen is volgens het College (Aruba) financieel toezicht voldoende om de noodzakelijke uitgaven te financieren. Ook is in de RMR besloten dat vanaf het derde kwartaal aparte besluiten zullen worden genomen over verzoeken van de landen voor financiële ondersteuning voor de gewone dienst en voor investeringen.