Advocaat: Liquidatiegevaar Fonseca
Volgens OM geen potentiële dreiging
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Tegen de beslissing tot terugplaatsing van gedetineerde Burney ‘Nini’ Fonseca, tussenschakel tussen de opdrachtgevers en de uitvoerders van de moord in mei 2013 op politicus Helmin Wiels, van Nederland naar Curaçao is al twee weken geleden een strafvorderlijk kort geding aangespannen.
Aldus advocaat Paula Janssen, die aangeeft dat de uitspraak elk moment kan worden verwacht. Janssen was niet eerder betrokken bij deze zaak, alleen nu bij dit kort geding. Advocaat Marije Vaders is in het buitenland.
,,Het standpunt van Fonseca is dat dringende redenen van veiligheid nog onverminderd aanwezig zijn en een verblijf in detentie op Curaçao onverantwoord is”, zo is ook uiteengezet tijdens de behandeling vorige week dinsdag. ,,Meer concreet: er bestaat liquidatiegevaar,” aldus de raadsvrouw.
Het Openbaar Ministerie (OM) stelt al enige tijd dat er sinds december 2019, op basis van dreigingsanalyses, geen indicaties zijn van dringende redenen van veiligheid of andersoortige potentiële dreigingen. Daarom diende gedetineerde Fonseca dan ook terug te keren naar Curaçao.
Een strafvorderlijk kort geding is het enige rechtsmiddel, legt Janssen uit, dat mogelijk maakt voor een dergelijke gedetineerde om de beslissing tot terugplaatsing aan te vechten teneinde waarborg van, in casu, zijn fundamentele recht op veiligheid en een zorgvuldig afgewogen overheidsbeslissing. ,,Fonseca heeft dan ook telkens een kort geding aangespannen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, waarvan twee keer met succes. Dit is de derde keer.”
De eerste keer was bij beschikking van 10 maart 2020 van het Hof, waarbij het OM verboden is Fonseca over te plaatsen naar Curaçao. Naar het oordeel van het Hof was onvoldoende concreet gemotiveerd door het OM waarom er niet langer een gegronde vrees voor de persoonlijke veiligheid van Fonseca aanwezig was die in de weg stond aan een overplaatsing naar Curaçao.
De tweede keer was bij beschikking van 2 augustus 2021 van het Hof, waarbij andermaal het OM is verboden Fonseca over te plaatsen naar Curaçao. De veiligheids(situatie) werd niet wezenlijk anders beoordeeld dan in de voorbije jaren. ,,Cruciaal was dat het vonnis in de strafzaak tegen de heer Jamaloodin door het ingestelde cassatieberoep nog niet onherroepelijk is.” George ‘Jorge’ Jamaloodin wordt gezien als een van de opdrachtgevers van de moord op Wiels.
Vanwege deze laatste beschikking is de tijdelijke overplaatsing van Fonseca vervolgens verlengd tot 22 januari 2022. Het OM Curaçao blijft bij het standpunt dat er, ook op basis van de laatste dreigingsanalyse, geen indicaties zijn van dringende redenen van veiligheid of andersoortige potentiële dreigingen die in de weg staan aan een overplaatsing naar Curaçao. Het OM baseert zich op dezelfde argumenten als voorheen, ondanks de twee eerdere Hofbeschikkingen.
,,Wij menen dat door het Openbaar Ministerie niet is gemotiveerd op welke wijze vijf maanden later de (veiligheid)situatie wezenlijk anders is. De cassatieprocedure tegen het vonnis in de strafzaak tegen Jamaloodin loopt immers nog en kan met een enkele abstracte dreigingsanalyse, waarin verder geen inzicht wordt gegeven, niet worden volstaan”, geeft de advocaat aan.
,,Curaçao heeft een wettelijke verantwoordelijkheid de veiligheid van cliënt te verzekeren en de veiligheid binnen de inrichting. Het OM heeft op geen enkele wijze hier inzicht in gegeven.” Met deze zaak, die volgens Janssen is te brengen onder de high profile zaken Maximus en Magnus, dient niet lichtvaardig te worden omgegaan. ,,Niet in de laatste plaats vanwege de gevallen van Martinez (‘Bolle’) en Florentina (‘Pretu’).”
Door middel van het aanspannen van het kort geding wordt geprobeerd de overplaatsing wederom te verbieden. Kwalijk te nemen is echter, meent de raadsvrouw, dat het OM - direct nadat het verzoekschrift strafvorderlijk kort geding is ingediend en het Hof het OM in overweging heeft gegeven niets onomkeerbaars te doen in de zaak van cliënt die toen nog in Nederland verbleef - de overplaatsing ‘moedwillig toch heeft doorgezet’ en niet eerst de behandeling en beslissing van het kort geding heeft willen afwachten.
Dit eerst afwachten kon namelijk op basis van de onderlinge regeling. Hierdoor is het Hof nu onder meer verzocht het OM te gebieden cliënt onmiddellijk (tijdelijk) over te plaatsen naar Nederland wegens dringende redenen van veiligheid.
,,De uitspraak in deze zaak is spannend, omdat het OM een enorm risico neemt ten aanzien van de veiligheid van cliënt door niet eerst de strafvorderlijk kortgedingprocedure af te wachten en het op deze wijze opereren door het OM een strafvorderlijk kort geding - een effectief rechtsmiddel - in deze zaken voor desbetreffende gedetineerden illusoir maakt.”
De OM-woordvoerder zegt desgevraagd: ,,Het enige wat wij erover kunnen zeggen is dat hij een kort geding heeft aangespannen. Het Hof heeft hierover nog geen uitspraak gedaan. Een kort geding is ook besloten, dus we kunnen er inhoudelijk niets over zeggen.”
‘High profile zaak niet
lichtvaardig nemen’