Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het demissionair kabinet-Rhuggenaath is op dit moment druk bezig om ook op Curaçao een covidpaspoort te introduceren, waarbij zoveel mogelijk aangesloten wordt bij internationale systemen.
Dat meldde Rhuggenaath gisteren in het coronadebat in de Staten. ,,Het is belangrijk dat activiteiten weer door kunnen gaan. Het paspoort dient dus voor lokaal gebruik, maar waar mogelijk zoeken we ook aansluiting met internationale systemen zodat het paspoort bruikbaar is voor reizen van Curaçaoënaars naar het buitenland, maar ook voor buitenlandse toeristen die Curaçao aandoen”, aldus Rhuggenaath. Vooralsnog geldt voor de nabije toekomst dat ‘we moeten voorkomen dat er weer gevaarlijke varianten op het eiland komen’. ,,Daarom is de PCR- en antigeentest nog steeds belangrijk voor reizigers.”
In zijn antwoorden op Statenvragen over de coronamaatregelen ging de premier niet alleen in op wat allemaal is gebeurd, maar ook op wat er weer allemaal mogelijk gaat worden. Een van de dingen die binnenkort weer kunnen gaan plaatsvinden zijn culturele activiteiten, zoals toneel- en muziekoptredens, mits op een verantwoorde en veilige manier. Er komen pilotprojecten om dit te monitoren, zo kondigde de premier aan. Ook had de premier goed nieuws over de avondklok. Deze zal spoedig worden verzet naar 01.00 uur ’s nachts, dan wel mogelijk worden opgeheven.
Van een geheel ander orde is dat er gesprekken gevoerd worden met Venezuela om de grenzen weer te openen en de Venezolaanse barkjes weer op Curaçao toe te laten.
Wat moet worden vastgehouden, aldus Rhuggenaath, is de goede samenwerking die er ontstaan is tussen ministers, ministeries, maar ook binnen de nationale dialoog met stakeholders, bedrijfsleven en niet-gouvernementele organisaties (ngo’s). ,,De stakeholders hebben aangegeven op deze manier te willen blijven samenwerken en betrokken te blijven bij het beleid en formuleren daarvan”, zo benadrukt de premier.
Maar de coronacrisis heeft volgens Rhuggenaath ook veel inzicht gegeven in kwesties die niet goed gaan, waarvan Curaçao kan leren en op kan anticiperen in de toekomst. Een van die aspecten is dat er meer gedaan moet worden aan dataverzameling. ,,Daarvoor worden nu stappen ondernomen”, zo benadrukt de premier. Als voorbeeld geeft hij dat er weinig zicht was op het aantal kinderen dat thuis geen internet heeft.
Er is een niet-wetenschappelijk onderzoekje gedaan naar wat de bevolking het zwaarst heeft ervaren in de coronacrisis. ,,En dan komt voedsel op de eerste plaats; gevolgd door problemen met werk en sociaalpsychologische en financiële problemen, zoals schulden. Daarna komen aspecten als de moeilijke thuissituatie, relatieproblemen en huiselijk geweld.” Wat hiervan geleerd moet worden is volgens de minister-president dat hier aandacht voor moet blijven. ,,Veel van deze zaken blijven verborgen. Maar mensen moeten weten waar ze kunnen aankloppen voor hulp. Daar moeten we post-covid mee doorgaan.” Rhuggenaath gaf tot slot aan dat voor de toekomst ook gewerkt moet worden aan ene betere weerbaarheid van de economie. ,,We moeten shock-resistant worden”, aldus de premier. ,,Hoe kun je bijvoorbeeld voor je eigen voedselvoorziening zorgen.”