Digitale zittingen misschien toch een blijvertje
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Een digitale rechtszitting levert een forse beperking op en raakt vooral de kwetsbare justitiabelen, ‘die sowieso al moeite hebben de gang van zaken van rechtszaken te begrijpen’. Woorden van de onlangs officieel geïnstalleerde rechter Thea Lautenbach tijdens de recente officiële installatie van zes nieuwe rechters.
Zij ging in haar speech dieper in op de gevolgen van corona voor de rechtspraak.
Ze legt uit dat een digitale zitting een forse beperking oplevert en dat dit niet te vergelijken is met de werkelijkheid van een fysieke zitting waarbij alle procesdeelnemers in dezelfde ruimte zitten. Lautenbach: ,,Het is mooi dat de moderne middelen ons de mogelijkheid geven voor een digitale zitting, waarbij rechtstreekse interactie met de rechter en de wederpartij mogelijk is. Verbale en non-verbale interactie is nodig om een partij het gevoel te geven dat hij gehoord en gezien wordt en dat ook daadwerkelijk te doen. Het is van wezenlijk belang dat partijen een bijdrage kunnen leveren aan de uitkomst van de zaak, los van de vraag of het uiteindelijk effect heeft gehad. Het zal meer legitimiteit geven aan de uitspraak.” Niet alleen is een online zitting onprettig voor de gedaagde, ook de rechters hebben er ‘last’ van.
Lautenbach: ,,De meeste rechters vinden dat een online zitting meer inspanning vergt dan een gewone fysieke zitting. De zittingen duren langer dan een gewone zitting. Het is lastiger om de regie vast te houden. Soms komt de verbinding zelfs helemaal niet tot stand. Een zorgvuldig voorbereide zitting kan dan niet doorgaan. Met uitstel van de zaak tot gevolg en onzekerheid van partijen over de afloop van hun zaak. Als het wel lukt om een goede verbinding te krijgen, dan is het lastig om met partijen echt in contact te komen en de emoties te onderkennen die zij vaak ervaren bij een zitting, of het nu straf-, bestuurs- of civiel recht is. Veel signalen van en naar partijen gaan in de online zitting verloren. En dat is nu juist de kracht van het zittingen doen.”
Er is ook al onderzoek gedaan naar problemen van online zittingen als gevolg van de coronapandemie. De nieuwe rechter legt daarover uit dat gebleken is dat rechtzoekenden soms hun toevlucht moeten nemen tot computers in publieke ruimten, wat niet bevorderlijk is. En uiteraard treden er vaak technische storingen op waardoor een zitting soms gestaakt moet worden. Ook neemt de effectiviteit van pleidooien af door storingen en de kwaliteit van het horen van verdachten/partijen en getuigen. ,,Er zijn psychologische effecten, vooral bij laagopgeleiden die het toch al moeilijk vinden om de communicatie met rechters te volgen. Zij kunnen het gevoel krijgen niet serieus te worden genomen en haken mentaal af”, aldus de rechter. Ook is het de vraag of het horen van kinderen op een open wijze gerealiseerd kan worden.
En tot slot: ,,Ook de digitaal minder bedreven groepen kunnen in het nadeel zijn. In het geval partijen rechtsbijstand hebben, kan de communicatie via een advocatenkantoor veel problemen voorkomen, maar dan moeten wel hoge eisen gesteld worden aan de kwaliteit van onlineverbindingen van advocaten. Dit geldt ook voor het contact met gevangenissen en andere instellingen.”
Ondanks alle nadelen vraagt de rechter zich af of digitale zittingen een blijvertje zijn. Want, zo voert zij aan, er zijn veel corona-gerelateerde procedures bijgekomen, vooral aansprakelijkheidsvraagstukken zoals of de coronamaatregelen wel een wettelijke basis hebben, of de vraag of er bij de coronacrisis sprake is van onvoorziene omstandigheden en arbeidscontracten mogen worden aangepast. Heeft een werknemer recht op doorbetaling van zijn volledige loon als het restaurant waar hij werkt door de coronacrisis noodgedwongen moest sluiten? En wat als een werknemer van zijn werkgever thuis moet werken maar dit niet kan?
Wilt u meer informatie? Neem een online abonnement op de krant.