Binnenkort volgt nieuwe wijziging
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het ministerie van Financiën van Curaçao gaat nog altijd uit van een tekort op de gewone dienst 2020 van 1.087,3 miljoen (bijna 1,1 miljard), maar in de jongste rapportage aan de Staten wordt nu al rekening gehouden met aanpassing in de volgende verslagmaand.
Dat blijkt uit de Financiële Management Rapportage (FMR) tot en met november 2020 zoals op 21 januari 2021 door de minister gestuurd naar het Curaçaose parlement. De aanpassing betekent wijziging van de derde prognose, die in september was opgenomen.
Het begon allemaal met een sluitende oorspronkelijk goedgekeurde begroting voor 2020. Dat wil zeggen: uitgaven en inkomsten zijn (op papier) met elkaar in evenwicht. In de loop van het jaar komen er altijd afwijkingen tussen de prognose en de reële uitvoering.
In coronacrisisjaar 2020 gebeurde dat een aantal keer en met aanzienlijke veranderingen. Met een eerste zogeheten suppletoire begroting, waarna het tekort op de gewone dienst uitkwam op 675,9 miljoen. Daarna met een tweede suppletoire begroting (met nog eens 403,9 miljoen tekort erbij) en enkele bijstellingen op basis van gewijzigde inzichten (7,5 miljoen aan andere mutaties).
Daardoor sluit de gewone dienst op jaarbasis voorlopig met een recordbedrag van bijna 1,1 miljard. Zoals gezegd, volgt in de FMR over december een verdere aanpassing; het is nog onduidelijk of dit een nóg groter deficit inhoudt. Wel is het zo dat de Rijksministerraad (RMR) in Den Haag medio november heeft besloten Curaçao vooralsnog een maximaal begrotingstekort voor het gehele jaar 2020 toe te staan van 685 miljoen gulden.
Financiën geeft aan dat onder andere de gevolgen van Covid-19 grote invloed hebben op zowel de (belasting)inkomsten als ook de uitgaven, waardoor er ‘significante afwijkingen’ zijn tussen de begroting zoals eind 2019 aangenomen door de Staten, de daaropvolgende nieuwe prognoses en de daadwerkelijke realisatie.
De stand van de reeds aangegane verplichtingen, in casu nog te materialiseren lasten, belopen nog eens een bedrag van 59,8 miljoen. Zo meldt het ministerie nu al in de meest recente rapportage.
Mede in verband met de effecten van de coronacrisis heeft de regering van Curaçao, in samenspraak met de Staten, een beroep op artikel 25 eerste lid van de Rijkswet financieel toezicht (Rft) gedaan ‘opdat niettegenstaande de inspanningen van de regering’ tekorten op de gewone dienst toelaatbaar zijn.
Ook heeft het bestuur van Curaçao bij de RMR een beroep gedaan op artikel 36 van het Statuut om de financiële, economische en sociale impact van de coronacrisis tegemoet te kunnen treden en om financiële ondersteuning gevraagd deels in de vorm van een schenking.
De RMR heeft op basis van advies van het College financieel toezicht (Cft) besloten om liquiditeitssteun in de vorm van renteloze leningen te geven. De koninkrijksregering heeft in 2020 besloten vier tranches liquiditeitssteun toe te kennen met een totale omvang van 668 miljoen gulden.
,,Op basis hiervan sluit de kapitaaldienst tot en met de verslagperiode met een voordelig saldo van 697,2 miljoen”, aldus de FMR, die eraan toevoegt: ,,Dit positieve saldo van de kapitaaldienst dekt het negatieve saldo op de gewone dienst.” Zoals aangegeven, bedraagt het deficit op de gewone dienst nog altijd 1.087,3 miljoen en dit zal bij de volgende FMR aangepast worden.
Aan Nederland is verder ook een verzoek gedaan om de te betalen renteverplichting en aflossing van een oude obligatielening van 100 miljoen per oktober jongstleden op te schorten in verband met het feit dat op dat moment de derde en de vierde tranche aan liquiditeitssteun nog niet waren goedgekeurd.
Voor wat betreft aflossing heeft het Land Curaçao zelf 18 miljoen betaald. Voor het restant van 82 miljoen heeft Nederland een nieuwe lening verstrekt - met andere voorwaarden, namelijk met 0 procent rente, een looptijd van vijftien jaar en de eerste drie jaar aflossingsvrij. In november is door het Land Curaçao de rente van 24,9 miljoen verantwoord en betaald, meldt de FMR.
Tot en met verslagperiode, november 2020 dus, is in het kader van hulp en bijstand in verband met de Covid-19-crisis een bedrag van 84,1 miljoen uitbetaald aan diverse grote Curaçaose bedrijven voor de inkomstenderving en maatregelen ten behoeve van baanbehoud.
En tot en met de voorlaatste maand van vorig jaar is ook een bedrag van 17,2 miljoen uitbetaald aan noodvoorziening ten behoeve van zzp’ers (zelfstandige ondernemers zonder personeel) en 9,7 miljoen aan noodvoorziening baanverliezers in verband met inkomstenderving.
Wilt u meer informatie? Neem een online abonnement op de krant.