Van op papier sluitende begroting 2020 tot een recorddeficit in coronacrisisjaar
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De gewone dienst van de landsbegroting 2020 van Curaçao sluit - volgens de derde en meest recente prognose - op jaarbasis voorlopig met een tekort van 1.087,3 miljoen gulden. Bijna 1,1 miljard dus. Een recorddeficit.
Dat coronacrisisjaar 2020 zou eindigen met een aanzienlijk tekort was bekend. Maar tot voor kort werd er nog van uitgegaan dat de gewone dienst van de Curaçaose overheid dit jaar zou sluiten met een tekort van 686,9 miljoen (bijna 700 miljoen). Daar is nu 400 miljoen gulden bovenop gekomen.
Het voorgaande tekort was conform de tweede prognoses, die als gevolg van Covid-19 en de daaropvolgende financieel-economische crisis al een aanpassing betrof ten opzichte van de aanvankelijke - op papier evenwichtige - begroting, inclusief de eerste suppletoire begroting.
Het voorlopige tekort van 1,1 miljard gulden staat vermeld in de Financiële Management Rapportage (FMR) over de maand september, zoals onlangs naar de Staten gestuurd, en daarmee in de uitvoeringsrapportage tot en met het derde kwartaal van het lopende begrotingsjaar.
,,Deze derde prognose is opgenomen met ingang van de FMR over september 2020 en is aangepast met de tweede suppletoire begroting 2020”, aldus de toelichting, die verder spreekt over ‘enkele bijstellingen’. ,,Gezien de huidige omstandigheden is de derde prognose 2020 onderhevig aan gewijzigde inzichten en zal op basis hiervan in de volgende verslagmaanden worden aangepast”, meldt Financiën.
Uitgelegd wordt, wederom, dat de gevolgen van Covid-19 grote invloed hebben op zowel de inkomsten (‘onder meer niet ontvangen belastingen’) alsook de uitgaven (‘vertraging in afwikkeling verplichtingen’), waardoor er in de vorige verslagmaanden significante afwijkingen waren tussen de tweede prognose 2020 en de realisatie tot en met de betreffende verslagperiode.
Voor de belastingen en enkele uitgavencategorieën zijn in de FMR de cumulatieve verschillen tussen de realisatie en de prognose tot uitdrukking gebracht. Zo was oorspronkelijk gerekend op 1.570,6 miljoen aan alle belastingopbrengsten bij elkaar en was daar na negen maanden, tot en met september, nog maar 899,9 miljoen van gerealiseerd en wordt nu gemikt op 1.130,4 miljoen over alle twaalf maanden.
Naast de gewone dienst kent de begroting ook de kapitaaldienst; volgens de derde prognose sluit deze op jaarbasis, althans voorlopig, met een overschot van 820,3 miljoen. In voorgaande edities van de FMR liet Financiën weten dat het ‘positieve saldo van de kapitaaldienst het negatieve saldo op de gewone dienst dekt’.
‘FMR moet nog worden aangepast'
In een reactie tegenover deze krant laat minister Kenneth Gijsbertha van Financiën weten dat het tekort dat in de rapportage is gepresenteerd, gebaseerd is op wat in de tweede suppletoire begroting is opgenomen. ,,Deze suppletoire begroting moet nog worden aangepast op basis van de brief van het College financieel toezicht (Cft) en het advies dat het Cft nog moet geven over de tweede suppletoire begroting. De prognose in de Financiële Management Rapportage moet dus ook worden aangepast”, aldus de bewindsman.