Lokale leden distantiëren zich van advies Gradus
‘Leningen duwen Caribische landen verder afgrond in’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Binnen de Colleges financieel toezicht is er flinke ruzie ontstaan. De lokale leden van Curaçao, Aruba en Sint Maarten ‘distantiëren zich volledig’ van het Cft-advies aan de Rijksministerraad voor liquiditeitssteun aan de Caribische landen.
Dat blijkt uit een uitgelekte brief aan Raymond Gradus, voorzitter van de financiële toezichtcolleges Cft (Curaçao en Sint Maarten) en CAft (Aruba). De brief is getekend door de Cft-leden Gregory Damoen (lid namens Curaçao) en Russell Voges (lid namens Sint Maarten) en CAft-lid Hellen van der Wal (lid namens Aruba).
Niet alleen is hun inbreng, uitgebracht op 6 april, ‘niet dan wel ternauwernood’ meegenomen in het eindadvies aan de RMR in Den Haag en dat hierover ‘geen hoor en wederhoor’ heeft plaatsgevonden. Ook zijn Damoen, Voges en Van der Wal het inhoudelijk oneens met het advies aan de koninkrijksregering, dat door Gradus op 7 april werd ondertekend.
Daarbij is het meest ingrijpende dat, waar Gradus adviseert om Nederlandse steunverlening aan de Caribische landen uitsluitend in de vorm van te verstrekken leningen te laten plaatsvinden, de leden namens Curaçao, Aruba en Sint Maarten menen dat deze leningen de landen ‘alleen maar verder de afgrond in duwen’.
Dit omdat de schuldenlasten en schuldquote verder fors zullen oplopen, ver boven de door het Internationaal Monetair Fonds (IMF) vastgestelde schuld/bbp-ratio van 40 procent voor Small Island Developing States (Sids).
,,Het is om bovenstaande reden dat bij de besluitvorming omtrent de door de landen verzochte steun, de Rijksministerraad mede in overweging dient te nemen, een deel daarvan in de vorm van een schenking te doen.”
Damoen, Voges en Van der Wal komen zelf met een voorstel: ,,Overwogen kan worden alle leningen die boven de door het IMF en het Cft gehanteerde debt/gdp-ratio van 40 procent uitkomen aan te merken als schenking, om zo het streven naar houdbare en duurzame openbare financiën nadrukkelijk te kunnen realiseren.”
De lokale leden zeggen dat door de handelwijze van Gradus en de Nederlandse leden de adviezen van het Cft/CAft aan de RMR ‘onvoldoende de gevoelens van de Caribische landen in de twee colleges weergeven’. Verder herkennen de Caribische leden onvoldoende hun visie en standpunten in de adviezen.
De adviezen van Cft en CAft erkennen onvoldoende de ernst van de situatie in de Caribische landen. ,,De adviezen zijn te eenzijdig gericht op de financiële situatie en houden geen rekening met de maatschappelijke en economische gevolgen”, waarbij wordt verwezen naar een voor de media nog onbekend IMF-rapport over de impact van de pandemie voor Curaçao en Sint Maarten.