Eerste stap Solidariteitspakket vooral fiscaal uit- en afstel
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Curaçao heeft, zolang de coronacrisis voortduurt, 125 tot 155 miljoen gulden per maand aan aanvullende financiële ondersteuning nodig. Als de crisis zes maanden duurt, gaat het om 750 tot 930 miljoen.
Zo verklaarde José Jardim, interim-president van de Centrale Bank (CBCS), tijdens de persconferentie van de regering gisteren waarin het Solidariteitspakket, althans het eerste deel ervan, werd gepresenteerd. Jardim was er ter ondersteuning van minister Kenneth Gijsbertha (MAN) van Financiën.
De extra gelden zijn nodig ter financiering van de overheidsbegroting met maandelijks 25 tot 35 miljoen; financiering van het behoud van de banen met 40 tot 50 miljoen; en financiering van de betalingsbalans (lees: de deviezenreserves) met 60 tot 70 miljoen (dit laatste voor de monetaire unie die bestaat uit Curaçao én Sint Maarten). Sint Maarten zou maandelijks met 86 tot 104 miljoen ondersteund moeten worden.
Bij de prognoses wordt er voorlopig van uitgegaan dat deze crisis een halfjaar kan/zal duren. In dat geval wordt gerekend met een terugval van de economie (bruto binnenlands product, bbp) van 15 procent, aldus premier Eugene Rhuggenaath (PAR) gisteren. Duurt het nóg langer, dan kan de terugval wel 20 procent, ofwel een vijfde, van de economie bedragen. Gisteren was het langverwachte moment dat het kabinet uit de doeken zou doen met welk reddingsplan de coronacrisis wordt bestreden (‘gemitigeerd’, zoals dat tegenwoordig veel wordt genoemd). Het ‘eerste front’ werd vorige week al opgetrokken, namelijk het beschermen van levens. Aldus de minister-president. Het tweede front, het sociaaleconomische, is nu aan de beurt.
Diverse ministers benadrukten dat het eerste deel van het plan vooral tot doel heeft de banen en inkomens van de werknemers - met name in de hard getroffen hospitalitysector - zoveel mogelijk te sparen. Met het fiscale pakket (met zowel uitstel- als afstel-tegemoetkomingen) verwacht minister Giselle Mc William (MAN) van Economische Ontwikkeling dat het grootste deel van de werkgevers het ‘tot en met april’ kan uitzingen. Dat zegt zij naar eigen zeggen mede op basis van input van sectorvereniging Chata. Het betreft hier 15.000 tot 16.000 arbeidsplaatsen. Het gaat de regering niet primair om tegemoetkoming voor de werkgevers, maar juist voor hun werknemers, aldus de bewindsvrouw. Rhuggenaath geeft aan ‘bijzonder blij en gemotiveerd’ te zijn met de uitkomst van de tripartiete besprekingen van de publieke sector/overheid, het bedrijfsleven en de werknemersvertegenwoordiging. Inzet is om zoveel als mogelijk de werkgelegenheid te behouden. Toch moeten we ons voorbereiden op het ergste, zegt de premier, die zelf desondanks ‘optimistisch is’ omdat tijden van crises ook kansen bieden. ,,We zullen ons moeten aanpassen, anders kan dit weleens vernietigend uitpakken. We kunnen met z’n allen niet denken dat we 100 procent kunnen blijven behouden.”
Het eerste deel van het pakket betreft vooral versoepeling op het gebied van de belastingen. Iets wat de landskas van Curaçao in drie maanden tijd 34,1 miljoen minder oplevert, waarvan 16,4 miljoen uitstel (dus later alsnog binnenkomt) en 17,7 miljoen aan afstel. Het gaat er vooral om dat ondernemingen (in de ruim gedefinieerde toeristische industrie) niet verder aangetast worden in hun cashflowpositie (en daarmee personeel zo veel en zo lang mogelijk kan aanhouden en uitbetalen). Zie het Financieel Pakket Noodmaatregelen.
Intussen is het échte wachten op de Rijksministerraad (RMR). Voorzitter Mark Rutte, de Nederlandse premier, ontving vorige week een brief van Rhuggenaath met het verzoek om toepassing van artikel 25 Rijkswet financieel toezicht (Rft), waardoor tijdelijk niet aan de begrotingsnormen hoeft te worden voldaan, en met een beroep op artikel 36 van Statuut voor financiële bijstand.
Hoewel met artikel 25 er feitelijk geen rol is weggelegd voor het College financieel toezicht (Cft), zo erkent Gijsbertha op vragen, en er ‘op bestuurdersniveau’ (regering met regering) wordt gesproken, heeft het Nederlandse kabinet ervoor gekozen het Cft om advies te vragen. Het college heeft op grond daarvan vragen gesteld aan Financiën, dat vandaag al zal antwoorden. Aldus Gijsbertha, in de hoop dat aankomende vrijdag de RMR al een (principe)besluit kan nemen. Een in het afgelopen weekend geïnstalleerde commissie heeft vier weken de tijd gekregen met uitgewerkte voorstellen en berekeningen te komen.
Solidariteit is wat de klok slaat. Elke minister sprak er gisteren over. Ook Hensley Koeiman (MAN) van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn (SOAW), die een Solidariteitsheffing aankondigde voor onder andere degenen die door de coronacrisis toch hun baan verliezen en dat ook kunnen aantonen.
,,We willen natuurlijk meer doen”, zei minister Mc William, maar nu kan dat nog niet omdat de fondsen eenvoudigweg ontbreken. Daarop zal dus het beroep op de Nederlandse regering worden gedaan. ,,Het is nog niet perfect wat wij presenteren, maar wel een goede stap in de goede richting”, zei ook regeringsleider Rhuggenaath, die erop wijst dat de ambtenaren die hem in deze ondersteunen ‘dag en nacht werken’.
In tijden van nood moeten de drie partners rekening houden met elkaar - werkgevers, werknemers en overheid - en vooral oog hebben voor de meest zwakken. ,,We staan aan het begin van een vermoedelijk grote crisis, waarbij ons leven flink zal kunnen veranderen.” Mc William verwees naar de periode na 30 mei 1969, toen de sociale partners de handen ook ineensloegen en Curaçao terugveerde. ,,Ook na Covid-19 komen we sterker terug.”