Willemstad/Philipsburg - De ministers van Financiën van de monetaire unie Curaçao en Sint Maarten hebben gisteren in Willemstad samen met de gouverneurs van beide landen een urgente vergadering gehad. Over het onderwerp kunnen volgens de Curaçaose minister Kenneth Gijsbertha (MAN) geen mededelingen worden gedaan vanwege het vertrouwelijke karakter ervan.
Dit blijkt toch niet enkel een ‘kennismakingsontmoeting’, zoals vorige week in een persbericht van de CBCS werd gemeld. Volgens de Sint Maartense minister van Financiën, Perry Geerlings (United Democrats), had de meeting tot doel ‘informatie te verkrijgen van de aandeelhouder van Ennia’. Daarmee was het een inhoudelijk gesprek over het delicate Ennia-dossier. Zo blijkt uit de woorden van Geerlings, minister namens de partij van Sarah Wescot-Williams, tijdens een persconferentie afgelopen week na afloop van de ministerraad. Daarmee werpt de demissionaire bewindsman een ander licht op de bijeenkomst met Ansary vrijdag 11 oktober, dezelfde dag dat de rechtszaak werd ingediend.
,,De president ad interim van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS), Bob Traa, heeft vorige week, op verzoek van de minister van Financiën van Sint Maarten Perry Geerlings, een kennismakingsontmoeting bijgewoond met Husang Ansary van de Parman Group”, zo meldde het persbericht van CBCS.
Inderdaad, aldus Geerlings volgens The Daily Herald. ,,Ik was samen met de CBCS-president en deze meeting was om kennis te maken met de eigenaren, maar als je ziet wat er in de media staat, is het alsof ik hiertoe heb aangedrongen en ik het initiatief nam. De manier waarop het in de pers kwam, was volledig bezijden de feiten.”
Dit laatste slaat in elk geval niet op het Antilliaans Dagblad, dat als eerste berichtte over de ontmoeting met Ansary in Miami. Want hierover verklaarde de Centrale Bank later op vragen: ,,De weergave in het AD van dinsdag 15 oktober was een correcte weergave, waardoor de CBCS geen noodzaak zag hier verder op te reageren.”
Ook de Herald merkt op dat de Centrale Bank in een persbericht heeft bericht dat de bespreking ‘op verzoek van Geerlings’ had plaatsgevonden. Tijdens zijn persconferentie deed hij een boekje open over die bijeenkomst. Volgens de bewindsman is er behoefte aan meer informatie van de kant van CBCS over de kwestie Ennia/Ansary.
,,Ik kan u vertellen dat dit al een tijdje speelt, dat ik als gevolg van een gebrek aan informatie die ik krijg vanuit mijn eigen Centrale Bank, de noodzaak zag om uit te zoeken wat er aan de hand is aan beide zijden. En dat was precies het enige doel (van de ontmoeting met Ansary, red.).”
Geerlings geeft aan dat het niet was om afspraken te maken, zoals het CBCS-persbericht ook aangaf. ,,Het was enkel om informatie te ontvangen van die groep en wij zijn blij dat we deze meeting hadden. We hebben enkele vragen die op korte termijn aangekaart worden tijdens een urgente bijeenkomst op Curaçao.” Daarmee verwijst hij naar de vergadering met zijn ambtgenoot Gijsbertha en beide gouverneurs.
De minister van Financiën van Sint Maarten sprak tegenover de media in Philipsburg ook zijn bezorgdheid uit over de Girobank op Curaçao, waarvoor evenals Ennia de noodregeling van toepassing is. ,,We hebben ook grote problemen met deze bank en daarmee met veel meer banken op Curaçao.” Dat werd vrijdag eveneens besproken. Want, aldus Geerlings, ‘als deze banken omvallen, zal Sint Maarten te maken krijgen met de ernstige financiële gevolgen daarvan’.
Het Antilliaans Dagblad heeft in verband met de uitlatingen van Geerlings een reeks vragen gesteld aan CBCS en is nog in afwachting van de antwoorden.