Van een onzer verslaggeefsters
Willemstad - De Office of Foreign Assets Control (Ofac) heeft veel begrip en steun getoond voor de situatie waar Curaçao zich in bevindt als gevolg van de sancties die de VS aan PdVSA heeft opgelegd.
Dat liet premier Eugene Rhuggenaath (PAR) gisteren vanuit Washington tegenover deze krant weten.
De minister-president had gisteren een ontmoeting met vertegenwoordigers van Ofac, waaronder directeur Andrea Gacki, en heeft daarbij uitgebreid een toelichting gegeven over de stand van zaken met betrekking tot de raffinaderij. ,,Ik heb hierbij zo veel mogelijk alle aspecten belicht; vanuit het standpunt van de regering en zover mogelijk de gesprekken die gaande zijn met de Klesch Group, maar ik heb ook de zorgen geuit van de werknemers en de vakbonden van de raffinaderij”, aldus Rhuggenaath. ,,Gezien het feit dat PdVSA er nog tot het eind van het jaar is, willen we met de uitbreiding van de speciale licentie ruimte krijgen zodat in ieder geval de financiële verplichtingen op Curaçao kunnen worden nageleefd. Dan kunnen we in alle rust de gesprekken voor een nieuwe partner voortzetten en werken aan een ‘smooth transition’.”
Het verzoek voor deze licentie is afgelopen week officieel ingediend. Tijdens het bezoek aan Ofac werd Rhuggenaath gisteren vergezeld door advocaten van Refineria di Kòrsou (RdK). Of de licentie wordt toegekend, is nog onduidelijk. Wel is de premier gisteren met een positief gevoel vertrokken. ,,Het gesprek is goed gegaan. Het heeft veel geholpen dat ik persoonlijk aanwezig was als follow-up van de ontmoeting in mei en ook nu een toelichting heb gegeven over de stand van zaken. Ofac heeft veel begrip getoond voor de situatie waarin we ons bevinden met de raffinaderij en de impact die Venezuela op ons land heeft. Tijdens het gesprek is door Ofac ook benadrukt dat het geenszins de bedoeling is dat de sancties de Curaçaose gemeenschap benadelen. Ofac heeft nog niet aangegeven akkoord te zullen gaan met ons verzoek - dat moet nu geëvalueerd worden - maar de bereidheid is wel getoond te kijken in welke vorm een licentie kan worden gegoten om zo veel mogelijk aan onze wensen te voldoen.”
Wanneer duidelijk wordt of de licentie is toegewezen, is vooralsnog onduidelijk. ,,Ofac begrijpt de urgentie en in het verleden hebben ze onze verzoeken met de nodige spoed behandelt, maar een datum hebben ze nu nog niet gegeven”, aldus de premier tot slot.