Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Als een paal boven water staat dat er van zijn kant géén intenties tot corruptieve handelingen zijn geweest, noch dat er enige corruptieve handelingen zijn gepleegd.
Zelfs de tegenpartij heeft dit steeds met verschillende bewoordingen in het Ivy-rapport aangegeven. Ook moet het voor iedereen duidelijk zijn dat ‘Melder’ géén goede intenties had met RdK, de raffinaderij en/of het Land Curaçao.
Dit verklaarde Roderick van Kwartel in zijn ‘wederhoor’ in verband met de buitengewone vergadering van aandeelhouders (Bava) donderdagmiddag in verband met zijn onmiddellijke ontslag als statutair directeur van overheids-nv Refineria di Kòrsou (RdK). Het is voor de buitenwereld de eerste keer dat hij zich uitspreekt na het vermeende omkoopschandaal.
‘Melder’ is in het rapport van Ivy-advocaten de codenaam voor Colás Juan Alejandro Bos, die namens Count Energy Trading in Rotterdam gesprekken voerde in verband met het biedingsproces voor een nieuwe exploitant van de Isla-raffinaderij.
,,Na het voorval heb ik niet stil gezeten en heb ik mijn onderzoekingen verder voortgezet. Daaruit is gebleken dat ‘Melder’ reeds conflictsituaties heeft gehad met RdK zelf, met de heer Herbert Mensche in 2004, PSB Bank (Postspaarbank) in 2018, en thans recentelijk met RdK in 2019.”
Het was volgens Van Kwartel aan de Bava en Raad van Commissarissen van RdK om te gaan beslissen of zij het belang van het Land Curaçao voorstaan of dat zij ‘een twijfelachtig figuur’ als Bos - ‘die immers reeds door zijn eigen organisatie opzij werd gezet’ - willen verdedigen.
,,Ik kan u verzekeren dat ik in dat geval noodgedwongen voor mijn rechten moet opkomen en de nodige stappen zal ondernemen om mijn recht te verhalen en mijn persoonlijk belang en integriteit te bewijzen. Ik heb mijn naam als professional steeds hoog gehouden en zal niet accepteren dat mijn goede naam ten onrechte bezoedeld zal worden.” Donderdag hoopte Van Kwartel echter ‘dat het niet zover hoeft te komen’ en dat hij en RdK ‘samen als verantwoordelijke gezagdragers voor het belang van ons land kunnen opkomen’.