Toetsen of binnen kaders van Bankstatuut is gehandeld
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De Raad van Commissarissen (RvC) van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) laat op eigen initiatief onderzoek doen ‘naar de feiten en omstandigheden van de recente gebeurtenissen’.
De RvC noemt geen namen maar het gaat om het memorandum uit 2014 over Neysa Schoop-Isenia dat via waarnemend CBCS-president Leila Matroos-Lasten bij minister Kenneth Gijsbertha (MAN) van Financiën terecht is gekomen. Schoop-Isenia is door politieke partij MAN gevraagd minister Steven Martina (MAN) op te volgen als minister van Economische Ontwikkeling (MEO). Martina trad onlangs af nadat het Openbaar Ministerie bekend had gemaakt een strafrechtelijk onderzoek naar hem te beginnen. De screeningprocedure van Schoop-Isenia loopt nog.
In een persbericht maakt de RvC van de Centrale Bank bekend te hebben besloten tot een ‘zelfstandig onderzoek naar de feiten en omstandigheden van de recente gebeurtenissen’ om op basis daarvan te kunnen vaststellen of de regels al dan niet zijn overtreden en welke maatregelen moeten worden genomen. Of, zoals de RvC het formuleert, te ‘toetsen in hoeverre er al dan niet binnen de juridische kaders van het Bankstatuut en het Land Curaçao is gehandeld en tot welke passende gevolgtrekking dit moet leiden’.
Schoop-Isenia liet gisteren desgevraagd weten ‘even geen commentaar’ te geven op de hele kwestie. Ook de vraag of zij nog altijd beschikbaar is om als MEO-minister aan de slag te gaan, bleef onbeantwoord. Zowel Schoop-Isenia als MAN-leider minister Hensley Koeiman (MAN) van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn (SOAW) kon nog niets zeggen over de status van de screening. Het korte antwoord van Koeiman hierover is ‘dat deze nog niet is afgerond’.
Vorige week heeft Schoop-Isenia de CBCS aangeklaagd en gedreigd met aangifte en een eis tot schadevergoeding. Volgens de advocaat van de kandidaat-minister gaat het in het memorandum uit 2014 om eenzijdige interne notities toen zij assistant managing director Finance was bij Girobank. Girobank staat sinds december 2013 onder toezicht van de Centrale Bank. Maar CBCS brengt geen advies uit in het kader van de screeningprocedure. De notities zijn opgesteld in het kader van de Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen. De wet legt de Centrale Bank een geheimhoudingsplicht op, zo stelt de advocaat die spreekt van ernstige beschuldigingen, suggestieve uitlatingen en feitelijke onjuistheden. In de interne mailcorrespondentie van 2014 wordt door CBCS-functionarissen geoordeeld dat Schoop-Isenia ‘in strijd met interne en algemene regels van goede bedrijfsvoering’ heeft gehandeld toen zij bij de Girobank werkzaam was, maar om te kunnen bepalen of sprake is van strafbare feiten ‘moet eerst het feitencomplex nader worden onderzocht’. Schoop-Isenia zou voor de aanstelling van minister haar functie bij Aqualectra opzeggen. Zij maakt als financieel deskundige deel uit van het management van het nutsbedrijf.