‘Zonder investeerder geen kans’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Natuurlijk heel verdrietig, zegt Insel-directeur Lars de Brabander in reactie op het faillissement van de luchtvaartmaatschappij dat gisteren door de rechter werd uitgesproken. ,,Personeelsleden, maar ook mensen buiten de organisatie hebben tot het laatst toe hard gevochten voor het voortbestaan van Insel Air.”
Gisteren viel dan zoals verwacht het doek voor de Curaçaose luchtvaartmaatschappij. Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie weigerde, evenals eerder het Gerecht in Eerste Aanleg, de homologatie van het schuldeisersakkoord van 4 december 2018 en sprak vervolgens het faillissement uit van Insel Air International bv. Die beslissing volgt nadat overnamekandidaat interCaribbean geen zekerheid heeft kunnen stellen voor de nakoming van het akkoord met de crediteuren en vervolgens Tilgent Capital Trust zich had teruggetrokken voor een overname. Die laatste partij uit Florida haakte af nadat het Air Operator’s Certificate (AOC) van Insel niet werd verlengd. ,,De vergunning van Insel Air om te mogen vliegen is verlopen, zij heeft haar operaties gestaakt en er is geen uitzicht op verbetering van de situatie”, concludeert het Hof. ,,Uit onderzoek is gebleken dat zij meerdere schulden onbetaald laat en dat zij in een toestand verkeert van te hebben opgehouden te betalen.” Als curatoren zijn benoemd Rogier van den Heuvel - die sinds maart 2017 ook al bewindvoerder was in de surseance van betaling die aan Insel werd verleend - en Stan van Liere. Beiden zijn werkzaam bij advocatenkantoor VanEps Kunneman Van Doorne.
Volgens De Brabander, die sinds augustus vorig jaar voor zes maanden werd aangesteld om de luchtvaartmaatschappij veilig en operationeel te houden, staan er nog 82 mensen op de loonlijst. Zij horen vanmiddag tijdens een bijeenkomst bij de vakbond hoe hun arbeidsovereenkomst met Insel wordt afgewikkeld. De Brabander vindt het vooral verdrietig voor deze mensen, maar ziet zonder investeerder geen mogelijkheid om het bedrijf overeind te houden. Toen hij in augustus door minister Steven Martina van Economische Ontwikkeling werd gebeld, was hij in de veronderstelling dat het snel rond zou komen met het op de Turks en Caicoseilanden gevestigde interCaribbean, alleen al omdat er een Heads of Agreement (HoA) was getekend. De eerste ontmoetingen ‘voelden ook goed’. ,,We spraken dezelfde taal, begrepen elkaar.” De Brabander vermoedt dat interCaribbean als ‘relatief kleine luchtvaartmaatschappij’ zich heeft vergist in de omvang van het avontuur met ‘een grote investering op afstand’. Maar als de afspraken zoals vastgelegd in de HoA gewoon waren nagekomen en de maatschappij in november vorig jaar inderdaad drie vliegtuigen had ingezet, zou de situatie van Insel snel verbeterd zijn. De Brabander: ,,Dan kwam er weer geld in het laatje en konden we het vertrouwen terugwinnen. Dat is niet gebeurd en dat is een kwalijke zaak.” Wat de laatste directeur van Insel betreft heeft interCaribbean meer zaken ‘niet voortvarend aangepakt’. Zo werd kostbare tijd verloren met een due diligence-onderzoek. ,,Normaal gesproken worden daarvoor deskundigen ingehuurd, maar interCaribbean wilde dat zelf doen. Het onderzoek werd in plaats van in een paar weken, na drie, vier maanden afgerond.” De Brabander denkt dat er inschattingsfouten zijn gemaakt. Daarnaast speelde de organisatiestructuur waarbij de overheid 51 procent van het vruchtgebruik op de aandelen zou krijgen een rol. ,,Maar daarvoor waren oplossingen aangedragen.”
De Brabander was sowieso aangesteld tot eind februari. Vanaf donderdag gaat hij weer als consultant aan de slag voor zijn eigen bedrijf GSA Caribbean ltd en zal bedrijven adviseren op het gebied van reorganisatie. ,,Maar natuurlijk geef ik alle medewerking aan de curator.”