Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De schuldquote van de overheid van Curaçao stijgt tot 51,2 procent van het bruto binnenlands product (bbp) per eind 2018.
De toename van de uitstaande overheidsschuld is het gevolg van een stijging van de binnenlandse schuld omdat de buitenlandse schuld afneemt, zo meldt de Centrale Bank CBCS. De hogere binnenlandse schuld komt door een toename van de betalingsachterstanden aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en het Algemeen Pensioenfonds van Curaçao (APC). De buitenlandse schuld neemt af als gevolg van de jaarlijkse aflossing van de ‘sinking bond’ die in januari 2015 werd uitgegeven.
Volgens de laatste projecties, zo vervolgt de Centrale Bank, zal de overheid van Curaçao in 2018 een overschot van 27,5 miljoen op de gewone dienst van de begroting registreren. ,,Dit is een ommekeer vergeleken met het tekort van 116,8 miljoen in 2017.”
Deze verbetering is het gevolg van een verwachte groei van de overheidsinkomsten gecombineerd met een daling van de uitgaven. De inkomsten nemen vooral toe door meer belastinginkomsten, in het bijzonder de belastingen op inkomen & winst en goederen & diensten. De uitgaven zullen afnemen door minder subsidies aan overheidsinstellingen en minder uitgaven aan goederen & diensten.
Vervolgens staat de CBCS stil bij de ontwikkelingen in de eerste negen maanden van 2018. In die periode registreerde de overheid van Curaçao een tekort van 39,1 miljoen op de gewone dienst van de begroting.
Dit is een daling van 17,9 miljoen vergeleken met dezelfde periode in 2017. Het lagere tekort was het gevolg van een daling van de overheidsuitgaven (619,1 miljoen) die de afname van de inkomsten (601,2 miljoen) overtrof.
Echter, deze ontwikkeling was voornamelijk het gevolg van een beslissing van de overheid van Curaçao om de inkomsten en uitgaven van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) niet meer te consolideren in de gewone dienst van de begroting. In mei 2018 heeft de overheid alle inkomsten en uitgaven van de SVB in de periode januari-april 2018 uit de gewone dienst gehaald. Bovendien worden vanaf mei 2018 de inkomsten en uitgaven niet meer opgenomen in de begroting. Als gevolg van deze correctie namen de overdrachten & subsidies met 615,4 miljoen af terwijl de niet-belastinginkomsten met 569,8 miljoen daalden.