Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het College financieel toezicht (Cft) zal - gezien de ernst van de financiële en economische situatie van Curaçao - de Rijksministerraad (RMR) in Den Haag informeren.
De RMR zal ook bericht krijgen, plus eventueel het advies om Curaçao een aanwijzing te geven, als in de tweede helft van september blijkt dat de begroting niet voldoet.
Het Cft voorziet, op basis van de uitvoering van de landsbegroting in de eerste helft van dit jaar, dat Curaçao niet zal voldoen aan de wettelijke begrotingsnormen. In totaal moet er voor 82 miljoen gulden worden omgebogen in de vorm van extra opbrengsten of lastenverlagingen.
Het College ‘maakt zich ernstige zorgen’ over de financieel-economische situatie waarin Curaçao zich bevindt en roept de regering-Rhuggenaath (PAR/MAN/PIN) op om ‘met voortvarendheid’ te werken aan structurele oplossingen om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te waarborgen.
De compliance-maatregelen om meer belastingen te innen, hebben vertraging opgelopen. Op basis van de voortgangsinformatie tot en met het tweede kwartaal is het voor het Cft ‘onvoldoende controleerbaar of deze vertraging in het resterende deel van 2018 nog zal worden ingehaald’. Op basis van een extrapolatie die is gebaseerd op de belastingrealisatie in voorgaande jaren, verwacht het College een onderschrijding op de belastingopbrengsten (inclusief compliance) van tussen de 20 en 40 miljoen gulden. ,,Het Cft concludeert daarom dat de belastingopbrengsten circa 30 miljoen zullen achterblijven bij de begroting”, schrijft voorzitter Raymond Gradus aan minister Kenneth Gijsbertha (MAN) van Financiën. De brief is van afgelopen woensdag.
Het Cft is op basis van deze en andere aangeleverde informatie van oordeel dat de begroting 2018, waarin het bedrag van 48 miljoen voor tekortcompensatie uit 2017 is verwerkt, ‘niet langer sluit’ en is er op grond hiervan niet van overtuigd dat de maatregelen die Curaçao zich heeft voorgenomen, dit jaar nog volledig gerealiseerd kunnen worden.
Voor de achterblijvende belastinginkomsten (de genoemde 30 miljoen), de onzekerheid omtrent kostenbesparingen (15 miljoen) en onduidelijkheid rond de dividendvordering op UTS (37 miljoen) zullen nu alternatieven moeten worden aangedragen die in 2018 en verder, effect sorteren. Aldus Gradus, die aangeeft dat een maatregel die direct effect sorteert ‘een onmiddellijke verplichtingenstop’ is.