Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Op dit moment zijn blaascontroles op Curaçao nog niet volgens de wet te gebruiken.
Autobestuurders die tijdens een verkeerscontrole door de politie worden gevraagd om in een blaaspijpje te blazen, mogen in theorie dus weigeren.
Zo legt woordvoerder van het Openbaar Ministerie (OM) Norman Serphos desgevraagd uit aan deze krant. In de praktijk ligt het echter iets genuanceerder, want weigert een chauffeur, dan wordt hij ter plaatse aangehouden en meegenomen naar het politiebureau voor een alcoholtest. Dit omdat het vermoeden bestaat dat diegene te veel alcohol heeft gedronken.
Op het bureau worden dan de zogenaamde dronkemanstesten uitgevoerd. Dit zijn verouderde manieren om te controleren of iemand dronken is; chauffeurs moeten hierbij bijvoorbeeld bukken om een muntje op te rapen, of over een lijn lopen. Deze testen worden door de rechtbank erkend en zullen uitgevoerd worden zolang de blaaspijpjes nog niet ingeburgerd zijn, aldus Serphos.
Wie wel blaast en een te hoog alcoholpromillage heeft, wordt ook aangehouden en gaat ook naar het politiebureau. Daar krijgen de beschonken bestuurders met een alcoholpromillage van 0,5 of meer (dat is omgerekend iets minder dan twee alcoholische drankjes) een boete en een dagvaarding. De exacte straf bepaalt de rechter. ,,Vaak is dat twee tot drie jaar rijontzegging en een voorwaardelijke gevangenisstraf, of een geldboete tussen de 1.000 en 2.000 gulden”, zo weet de OM-woordvoerder te melden.
Eerder dit jaar heeft het OM verschillende conceptwetten met betrekking tot verkeershandhaving ingediend bij het ministerie van Justitie. Een belangrijk wetsvoorstel had betrekking op de blaascontroles. Opvallend, want dit is in strijd met de scheiding der machten volgens de ‘trias politica’. Serphos stelde dat de politie en het OM werken met deels verouderde en niet adequate wetgeving en dat daar hoognodig iets aan gedaan moest worden. Wachten was geen optie meer.
Volgens de OM-woordvoerder ligt de conceptwet inmiddels bij de regering en is de behandeling daarvan ‘heel ver gevorderd’. Maar hoe het precies staat met de ontwikkelingen is ook bij hem niet bekend. Het ministerie van Justitie was gisteren niet bereikbaar om hier commentaar op te geven.
