Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Dat de Hoge Raad uitspraak zou hebben gedaan in de strafzaak Babel, waarin ex-premier Gerrit Schotte van Curaçao (momenteel Statenlid voor MFK) en zijn levenspartner Cicely van der Dijs tot aan het Hof toe zijn veroordeeld, wordt tegengesproken door de Hoge Raad in Den Haag.
Desgevraagd zegt de woordvoerder van de Hoge Raad tegenover het Antilliaans Dagblad: ,,Ik kan de geruchten niet plaatsen. De strafzaak is in behandeling bij de Hoge Raad en bevindt zich nog in de voorbereidende fase.”
Deze krant had de woordvoerder gisterochtend om een toelichting verzocht nadat woensdagavond een geruchtenstroom op gang was gekomen naar aanleiding van berichtgeving door Notisia 13. Deze nieuwzender meldde tijdens het tv-journaal dat vlak daarvoor informatie was gekregen dat het hoogste gerecht, de Hoge Raad der Nederlanden, blijkbaar de cassatiezaak van politiek leider Schotte van de partij MFK ‘niet ontvankelijk’ zou hebben verklaard.
Dat is de informatie die wij hebben gekregen, meldde de nieuwslezer. ,,En wij hebben contact met de heer Schotte opgenomen, die deze informatie heeft bevestigd. De heer Schotte gaf er de voorkeur aan om op dit moment geen commentaar te leveren.”
Het Openbaar Ministerie (OM) op Curaçao wist woensdag en ook gisteren van niets. Ook vanuit het Hof van Justitie kreeg de redactie van deze krant te horen dat hierover bij het gerecht niets bekend was.
Schotte zelf was eerst lange tijd onbereikbaar. Maar later op de dag gaf hij in een interview met TeleCuraçao te kennen dat er eerder onjuist was bericht. Het correcte nieuws, zo meldt MFK zelf, is dat Schotte en Van der Dijs woensdag in hun cassatieverzoek ‘ontvankelijk’ zijn verklaard. Met andere woorden, zo geeft hij zelf aan, hun ingediende schriftuur met de door hen naar voren gebrachte feiten worden toegelaten om behandeld te worden door de Hoge Raad.
Conform de eis van het OM en zoals door het Gerecht in Eerste Aanleg al was toegewezen, kreeg Schotte in juli 2017 ook in hoger beroep een gevangenisstraf opgelegd van drie jaar. Ook wordt hij voor vijf jaar ontzet uit het recht bij openbare verkiezingen te worden verkozen.
De vordering van het Openbaar Ministerie om Schotte meteen na de uitspraak aan te houden, werd door het Hof verworpen. Hoewel het Hof onderkent dat er sprake is van ernstige feiten, die destijds de rechtsorde ernstig hebben geschokt, oordeelden de Hofrechters dat er sindsdien geruime tijd is verstreken, dat Schotte ruim drie jaar geleden op vrije voeten is gesteld en dat het OM ervan heeft afgezien de vordering voor gevangenneming in eerste aanleg te vorderen. Het Hof zag dan ook onvoldoende gronden om de verdachte in voorlopige hechtenis te nemen.
Oud-premier Schotte en zijn partner Van der Dijs kondigden gelijk aan tot aan cassatie door te gaan om te trachten vrijspraak te krijgen voor de aan hen ten laste gelegde feiten. Het tweetal heeft direct na de uitspraak van het Hof in de zaak Babel cassatie aangetekend. Dat loopt nu bijna exact een jaar.
Schotte heeft zich tijdens zijn premierschap, dat in oktober 2010 begon, schuldig gemaakt aan ambtelijke omkoping, valsheid in geschrifte en witwassen. Daarnaast heeft hij in strijd met de wet twee ‘jammers’ voorhanden gehad. Een aantal van deze feiten heeft hij samen met zijn levenspartner, medeverdachte Cicely van der Dijs, begaan. ,,Door het in ruil voor tegenprestaties aannemen van grote sommen geld van een bevriende zakenman (Francesco Corallo, red.) heeft de verdachte zich aanzien en macht kunnen verwerven binnen de politiek en samenleving van Curaçao. Om de gevraagde tegenprestaties te kunnen verlenen, heeft de verdachte zijn bevoegdheden als minister-president van Curaçao misbruikt en de integriteit die onlosmakelijk met dit ambt verbonden is, geschonden. In dit verband is de verdachte er niet voor teruggeschrokken om documenten te vervalsen en van misdrijf afkomstige geldbedragen een legaal aanzien te geven”, aldus het Hof in juli vorig jaar. ,,Het thuis aanwezig hebben van verboden jammers geeft eveneens blijk van de houding van de verdachte dat hij zich boven de wet verheven acht.”
Bij het opleggen van de straf ging de Hofrechter terug naar 10 oktober 2010 toen Curaçao een autonoom land werd. Het was een spannende tijd en dit legde een zware verantwoordelijkheid op de schouders van de politici die op dat moment de koers van Curaçao moesten gaan bepalen, aldus het Hof. ,,Zij moesten laten zien dat het algemeen belang en het vertrouwen van de burgers bij hen in goede handen waren. Degene die in de allereerste plaats het goede voorbeeld moest geven, was de minister-president van het nieuwe land. De verdachte kreeg de eervolle taak om dit ambt als eerste te gaan vervullen.” De voorzitter van het college van rechters bracht naar voren dat Schotte het in hem gestelde vertrouwen als eerste minister-president van Curaçao op grove wijze heeft misbruikt en dat hij door zijn handelen het aanzien van Curaçao ernstig heeft geschaad. ,,Dit wordt hem zwaar aangerekend.”
Het is nu wachten op de uitspraak van de Hoge Raad in Den Haag die dus aangeeft dat de strafzaak nog ‘in behandeling is’ en ‘zich nog in de voorbereidende fase bevindt’.