Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Een Chinese delegatie die nauw is gelieerd aan de China National Petroleum Corporation (CNPC) heeft in januari van dit jaar een bezoek gebracht aan Curaçao. Aanleiding was een aanbod tot ondersteuning van de Isla-raffinaderij tot en met 2019, wanneer het contract met PdVSA afloopt.
Dat meldt Argus, het medium voor informatie over de wereldwijde olie-industrie.
De staatsonderneming CNPC is oprichter van de Chinese olie- en gasreus PetroChina. Tien jaar geleden had het bedrijf een beurswaarde van een biljoen dollar en was daarmee het duurste bedrijf ter wereld. De waarde was hoger dan de hele Russische aandelenmarkt. Maar sindsdien verloor de olieproducent ongekend veel. PetroChina verloor bijna 800 miljard dollar. Niettemin is het bedrijf nog een grote speler op de oliemarkt.
Argus meldt dat functionarissen op Curaçao en leidinggevenden in de olie-industrie in interviews hebben verklaard bezorgd te zijn dat PdVSA niet in staat is de exploitatie van de Isla-raffinaderij voort te zetten. Als overbrugging tot het einde van het leasecontract van PdVSA in 2019 zou de Chinese delegatie technische hulp en levering van ruwe olie aan Curaçao hebben aangeboden. ,,Zo'n deal zou commercieel gezien zinvol zijn, omdat de Chinezen al aanspraak maken op ongeveer 300.000 barrels Venezolaanse ruwe olie per dag, op basis van de geldleningen die het land aan Venezuela heeft verstrekt”, zo schrijft Argus. ,,PdVSA lijkt tot nu toe ontvankelijk voor het aanbod, maar de politiek kan in de weg staan.”
De grootste prioriteit voor Curaçao is het verzekeren van de continuïteit van de raffinaderij in 2019, zo stelt Argus vast. ,,De belangrijkste destillatie-eenheid is al maanden in de start-stopmodus. Dit weerspiegelt de problemen van de raffinaderijen van PdVSA in Venezuela die door de crisis in het land bijna volledig stil zijn komen te liggen.”
Bij Bullenbaai is de levendige scheepvaart teruggelopen de afgelopen maanden, constateert Argus. ,,De paar ladingen uit Venezuela voldoen over het algemeen niet aan de kwaliteitseisen. Een zending Venezolaanse Merey ruwe olie aan boord van de tanker Carabobo, die deze week is gearriveerd, bleek te veel water te bevatten, een probleem dat zich steeds vaker voordoet.”
Een nog groter probleem vormt de inbeslagname van tankers van PdVSA door justitie. Vorig jaar alleen al zou het om vijftien tankers gaan. De Nederlands-Antilliaanse wet maakt het voor de vele crediteuren van PdVSA gemakkelijk om tankers aan de ketting te laten leggen, zo concludeert Argus. Sinds begin januari wordt in Bullenbaai de tanker Proteo, die onder Panamese vlag vaart, vastgehouden. De Petion, die vlak buiten Curacao ligt, riskeert ook inbeslagname. De Griekse Promitheas, die namens Venezuela met 720.000 barrels olie uit het Russische Oeralgebied onderweg is naar Curaçao, is vlak na vertrek geconfronteerd met incasso, met dreiging van beslaglegging.
Voor PdVSA nam deze zorgelijke trend vorig jaar een nog verontrustendere wending toen een rechtbank de eiser toestond de Venezolaanse olie aan boord van de NS Columbus in Sint Eustatius te verkopen. Dit betekende een grote financiële aderlating voor Caracas.
