Premier stelt ministers onmiddellijk op de hoogte; LNG-terminal en modernisering Isla op het spel
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Guangdong Zhenrong Energy (GZE), de Chinese staatsonderneming die vergaande afspraken heeft met Curaçao voor de exploitatie, modernisering en uitbreiding van de Isla-raffinaderij en andere aan de lokale olie-industrie gerelateerde activiteiten, is in eigen land in grote financiële en juridische problemen beland als gevolg van een ogenschijnlijk mislukte participatie in een andere onderneming. Liquidatie dreigt.
De deelneming betreft Titan Petrochemicals, dat bovendien de onderneming is die als ‘preferred bidder’ uit de bus is gekomen voor de bouw bij Bullenbaai op Curaçao van de zogeheten LNG-terminal (Liquefied Natural Gas). De Engelstalige nieuwswebsite Splash24/7 in Singapore bericht over de malaise bij Titan en de gevolgen daarvoor GZE.
Volgens het artikel is door Titan gemeld dat het Hooggerechtshof in Hong Kong in China heeft bevolen dat grootaandeelhouder GZE, conform de eis van Industrial Bank, alle activa verkoopt om daarmee de schuldeisers tegemoet te komen en af te betalen. Liquidatie dus. De kop luidt dan ook: ‘Court to wind up parent company of Titan Petrochemicals’. Die moedermaatschappij is Guangdong Zhenrong Energy.
In een eerste reactie zegt premier Eugene Rhuggenaath (PAR) ‘kennis te hebben genomen’ van de berichtgeving. ,,Ik onderken de gevoeligheid”, aldus de Curaçaose minister-president tegenover het AntilliaansDagblad. Hij heeft de ministerraad hierover direct geïnformeerd. ,,Dus alle ministers zijn op de hoogte.”
Verder heeft Rhuggenaath verzocht ‘via onder andere de diplomatieke kanalen’ nader onderzoek te verrichten, vermoedelijk dus via Directie Buitenlandse Betrekkingen (DBB) in Willemstad en het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag.
,,Ik onderstreep dat de ‘due diligence’ zeer nauwkeurig dient te worden uitgevoerd om zo de doorgang van beide projecten te waarborgen.” Doelend op de LNG-terminal en de overname van de exploitatie en modernisering van de raffinaderij, na 2019 als de overeenkomst met het Venezolaanse PdVSA eindigt, of zo mogelijk zelfs eerder.
