Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het (concept)regeerakkoord 2016-2020 komt wat betreft het minimumloon niet overeen met de ministeriële regeling van demissionair minister Ruthmilda Larmonie-Cecilia (PS) van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn.
In het regeerakkoord van de formerende partijen MAN-PAR-PNP-PS, dat de titel ‘Dignidat Humano ta Sentral’ (Menselijke waardigheid centraal) meekrijgt, staat dat de beoogde regering-Koeiman ernaar streeft het minimumloon gedurende vier jaar achtereen te verhogen tot tien gulden per uur in het jaar 2020.
Het wettelijk minimumuurloon is op het moment 8,20 gulden. In augustus, twee maanden voor de verkiezingen, besloot minister Larmonie dit de komende vier jaar op te trekken tot 11,41 gulden in 2020. Zij nam dit later zwaar bekritiseerde besluit zónder het wettelijk verplichte advies in te winnen van de Sociaal Economische Raad (SER), waarin ook de werknemers en werkgevers zijn vertegenwoordigd.
Intussen is ook bekend geworden dat alleen de verhoging van het minimumloon in 2017 naar 9 gulden (een stijging met 9,7 procent) een minder reële economische groei van -1,3 procent tot gevolg zal hebben. Zo is door het ministerie van Economische Ontwikkeling (MEO) met het rekenmodel Curalyse becijferd.
Terwijl Larmonie in haar ministeriële regeling rekent met stappen van jaarlijks vier keer 80 cent per uur aan minimumloon erbij, blijkt uit het regeerakkoord dat de partijen die straks een regeringscoalitie vormen, rekenen met de komende vier jaar (gemiddeld) iedere keer 45 cent per uur erbij.
Diverse bronnen gaven gisteren tegenover het Antilliaans Dagblad aan dat tot nog toe, ook in de laatste versie van het nog altijd conceptregeerakkoord, uitgegaan wordt van een minimumuurloon van een tientje in het jaar 2020. De vraag is of dit er zo in blijft staan.
In de tekst staat dat het huidige minimumloon niet genoeg is om aan de basislevensbehoeften te kunnen voldoen en zelfs velen ertoe dwingt om een tweede baantje erbij te zoeken, wat volgens partijen de arbeidsmarkt beïnvloedt, en ook het gezinsleven, sociale leven en de gezondheid.
Los van het minimumloon, is het uitgangspunt van MAN-PAR-PNP-PS dat lokale mensen als eerste aan bod komen als er een vacature of open werkplek is. De filosofie zal zijn: ,,Kada yu di Kòrsou na trabou promé” (Eerst elke Curaçaoënaar aan het werk). Gevolgd door: ,,Als het nodig is, zal de nodige wetgeving worden geïntroduceerd.”