Door Gijs van den Heuvel
Willemstad - Het zevende Curaçao North Sea Jazz Festival (CNSJF) kende een ouderwets hoogtepunt op de slotavond. Lenny Kravitz sloot het festival op grandioze wijze af op het Sam Cooke-podium, wat toch als het hoofdpodium wordt gezien. Na hem kwam nog Charlie Wilson op het Sir Duke-podium aan het strand, maar Kravitz was toch de grootste publiekstrekker en dat maakte hij waar.
Al meteen aan het begin zocht de alweer 52-jarige eigenzinnige zanger contact met het publiek. Dat Curaçao hem aansprak kwam oprecht over: ,,Ik woon op twee uur vliegen hiervandaan op de Bahama’s. Curaçao heeft dezelfde ‘vibe’.” Vervolgens begon hij te rocken met onder andere ‘American Woman’, een cover van de band Guess Who, die Kravitz nog opzwepender speelt dan het origineel.
Geen moment staat hij stil, steeds zoekt hij weer contact met het publiek en steeds opnieuw duwt hij zijn bandleden voor een solo naar het podiumdeel midden tussen het publiek. Zelf neemt hij daar geen genoegen mee, tegen het eind klimt Kravitz het podium af en loopt het publiek in. Tegen die tijd zijn de fans al in vervoering gebracht door minutenlang ‘Let love rule’ te zingen. Want volgens de zanger moeten we het daarvan hebben als we de wereld willen verbeteren, op regeringen moeten we niet vertrouwen.
Halverwege het concert merkt Kravitz op dat dit een jazzfestival is en dat hij dus ‘even jazz gaat maken’. In een uitgebreide jamsessie met zijn band laat hij horen dat deze musici dat ook kunnen. Ook de bekende hits worden uitgesponnen tot versies met jazzinvloeden. Als het concert voorbij lijkt, komt hij nog een keer terug. Een fan die de hele tijd een beetje achteraf heeft gestaan, pakt haar vriendin bij de hand en snelt naar voren. De laatste minuten wil ze haar idool van dichtbij zien. Hij stelt haar niet teleur. Onder het publiek zijn er het afgelopen anderhalf uur veel fans bijgekomen.