Van een onzer verslaggevers
Kralendijk/Willemstad - Inwoners van de BES-eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba moeten zich ervan bewust zijn dat hun pensioenen mogelijk met enkele procentpunten naar beneden bijgesteld kunnen worden, als de situatie dat vereist. Of dat moet gebeuren hangt grotendeels af van de bereidheid van de Nederlandse Staat om alsnog met 70 miljoen dollar over de brug te komen.
Het standpunt van het Pensioenfonds Caribisch Nederland (PCN) is dat de Nederlandse Staat het fonds heeft gekapitaliseerd uitgaande van bepaalde uitgangspunten, waaronder een hoge 4 procent rekenrente en een sterftetafel zoals destijds gehanteerd bij het Algemeen Pensioenfonds Nederlandse Antillen (Apna).
Toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) vindt dat onvoldoende prudent, waardoor PCN de Nederlandse prognosetafel heeft moeten invoeren. Dat heeft zo’n 10 procent dekkingsgraadpunten gekost. Daarnaast moest het APC overgaan naar de marktrente voor de waardering van de verplichtingen. Die ligt rond de 2 tot 2,5 procent. Ook dit heeft geleid tot een daling in de dekkingsgraad van 10 procent.
,,Wij hebben het verschil tussen de uitgangspunten waarop wij zijn gekapitaliseerd en datgene wat DNB van ons verwacht, berekend en komen dan tot een claim van zo’n 70 miljoen dollar”, aldus een ingewijde binnen PCN tegenover de redactie van het Antilliaans Dagblad.
,,Wij zijn hierover in overleg met de Nederlandse Staat. Als Nederland dit zou bijstorten, dan is het waarschijnlijk dat een eventuele korting wordt afgewend.” Zo niet, dan ziet PCN zich geconfronteerd met een situatie waarin mogelijkerwijs in het jaar 2017 een korting zal moeten worden doorgevoerd op de uitkering van gepensioneerden en op de aanspraken van de nog werkende deelnemers.