Van een onzer verslaggevers
Willemstad - In het kader van de overheidsschuld van Curaçao en Sint Maarten en de betalingen van rente en aflossing aan Nederland, is tot en met 2018 sprake van een netto instroom van deviezen. Vanaf 2019 slaat dit echter om in een netto uitstroom van deviezen.
De eerste ‘piek’ in 2020 betreft een uitstroom van deviezen van 232 miljoen gulden. ,,Het is evident dat de jaren met een piek in de uitstroom van deviezen door de betaling van rente en aflossing een uitdaging vormen voor de deviezenreserves van de monetaire unie”, aldus de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) desgevraagd tegen het Antilliaans Dagblad. Afgezet tegen de bruto reserves van 2,5 miljard gulden per eind februari 2016 is hiermee 9 tot 27 procent van de deviezenreserves gemoeid.
De huidige officiële reserves van 2,5 miljard vertegenwoordigen een importdekking uitgedrukt in maanden van circa 4,2 maanden. De CBCS: ,,Afhankelijk van de deviezensituatie op het moment van de aflossing kan de importdekking ver beneden de norm van drie maanden uitkomen, wat het vertrouwen in de externe waarde van de gulden kan ondermijnen.”
Centrale Bank-president Emsley Tromp wil nu al aandacht vragen voor deze situatie en komt tevens met een aantal mogelijkheden ‘om de impact van de grote aflossingen op de deviezenreserves te beperken’. Het betreft herfinancieringen, in binnen- of buitenland (internationale kapitaalmarkt of weer met behulp van Nederland) die neerkomen op het creëren van een compenserende instroom van deviezen.
Herfinanciering alleen is echter niet voldoende: ,,Daarnaast dient het deviezen genererende vermogen te worden vergroot door een structurele versterking van de exportbasis. De economische en politieke situatie in de jaren van de grote aflossingen bepaalt uiteindelijk welke optie of combinatie van opties het beste kan worden uitgevoerd.”
Op verzoek van deze krant heeft de CBCS een notitie opgesteld die ingaat op een complexe, maar tegelijkertijd wel cruciale materie. Het heeft te maken met het onderdeel van de staatkundige herstructurering van de Nederlandse Antillen die op 10-10-‘10 van kracht werd, waarbij verlichting werd gegeven aan de schuldenlast van de nieuwe landen Curaçao en Sint Maarten.