Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Achterstallig onderhoud van scholen, begroot op een bedrag van zeker 100 miljoen gulden, wordt in de laatste Financiële Management Rapportage (FMR) gezien als een van de risico’s op de begroting.
Het regulier onderhoud, begroot op 2 miljoen gulden per jaar, zal onder controle gehouden moeten worden met behulp van financiële rapportages uitgevoerd door de Sector Uitvoeringsorganisatie Onderwijs en Wetenschap (SAE) van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport (OWCS). SAE controleert de onderhoudsplannen van de Stichting Onderhoud Scholen (SOS). Het reguliere onderhoud is onderverdeeld in dagelijks en groot onderhoud en geschiedt via het Vergoeding &Verantwoording (V&V)-stelsel. Er moet volgens de FMR nog een betrouwbare update gemaakt worden van het meerjarig onderhoudsplan van SOS.
Ten aanzien van het achterstallige onderhoud staat in de FMR: ,,De financiële situatie van het toenmalige Eilandgebied Curaçao was dusdanig dat er jarenlang geen mogelijkheid was om scholen te onderhouden of om investeringen te doen om de scholen aan de veranderende eisen aan te passen. Het bedrag van 100 miljoen gulden waarnaar wordt verwezen is daar het resultaat van. Inmiddels wordt het nodige gedaan, waardoor de achterstand in het onderhoud terugloopt. Op basis van een berekening uit 1999 bedraagt het achterstallig onderhoud circa 60 miljoen gulden. Extrapolerend en rekening houdend met indexering schat de SOS dit bedrag thans op 100 miljoen gulden. SOS verwacht dit in een periode van 10 jaar in te kunnen halen.”