Het is van cruciaal belang en een zeer welkome stap van de Centrale Bank CBCS om het herstructureringsproces bij de Ennia Groep te bespoedigen, aldus Hushang Ansary’s Parman International bv (PIBV), die er gelijk aan toevoegt dit te willen doen ‘met de steun en deelname van Amerikaanse aandeelhouders en gekwalificeerde managementleden’. ansary
,,Het is onze overtuiging dat dit in niet meer dan twee weken kan worden voltooid tot tevredenheid van de CBCS, terwijl het tegelijkertijd de enorme sociale, economische en financiële uitdagingen van de coronacrisisomgeving adresseert.”
Zo reageert Parman van grootaandeelhouder Ansary (94 jaar) op het laatste persbericht van de Centrale Bank. Het zijn de laatste zinnen van een Engelstalige ‘press release’ en die zinnen lijken te (willen) verzoenen: binnen twee weken een oplossing die naar tevredenheid is van de CBCS, het bespoedigen van de herstructurering (van Ennia) en dat alles mét de medewerking van aandeelhouder Ansary. Dat klinkt veelbelovend en hoopgevend.
Echter, in de negen alinea’s vóór deze ogenschijnlijk pacificerende woorden is het voornamelijk oorlogstaal die Parman/Ansary uitslaat. En wéér speelt Ansary daarbij vooral op de man: in zijn ogen is financieel-economisch directeur van de CBCS, José Jardim, de grote boosdoener. Hij is verantwoordelijk voor wat in de ogen van Ansary allemaal mis zou gaan bij Ennia; de miljoenen dollars aan activa die door toedoen van het CBCS-optreden verloren gaan en het verlies van een aanzienlijk marktaandeel, waarmee - volgens Ansary - de belangen van de polishouders op het spel staan alsmede de banen van personeelsleden.

Verwijten die Parman/Ansary al eerder maakte. Allemaal naar aanleiding van de door het gerecht op Curaçao uitgesproken noodregeling ten aanzien van Ennia in juli 2018, later bevestigd door de Amerikaanse rechter in New York. Ansary weigert inhoudelijk in te gaan op de dagvaardingen over wat zich bij het verzekeringsbedrijf heeft voorgedaan vóór medio 2018, maar concentreert zich telkens op wat er daarná - onder verantwoordelijkheid van de CBCS - is gebeurd.
Eén zinsnede in een persbericht afgelopen week van de Centrale Bank doet pijn. Namelijk dat na een uitgebreid onderzoek kon worden vastgesteld dat door oud-beleidsbepalers en aandeelhouders ‘weloverwogen gebruik is gemaakt van ondoorzichtige constructies en van de instellingen die buiten het toezicht van de CBCS vielen’, waarbij Ennia een schade heeft geleden van minimaal 700 miljoen gulden. Die zin is duidelijk slecht gevallen.
,,Absurd”, stelt Parman International, die dit ‘nogmaals categorisch ontkent’. Uitgelegd wordt aan Jardim, de regeringen van Curaçao en Sint Maarten en het algemeen publiek dat het vaststaat dat geen enkele aandeelhouder of commissaris, waaronder Ansary zelf, ooit de tekenbevoegdheid had, op voor manier dan ook, om gelden van welke omvang ook van Ennia-rekeningen op andere rekeningen over te maken. Dit was alleen mogelijk met de handtekening van twee directeuren.
Ansary blijft voorts hameren op ‘bewijs’ dat hij wil zien en niet zou krijgen van CBCS. In antwoord daarop liet de Centrale Bank afgelopen week al weten dat Ennia de schade van 700 miljoen terugvordert in de aansprakelijkheidsprocedure die al een jaar geleden, op 11 oktober 2019, met een uitvoerig verzoekschrift plus producties/bewijsstukken aanhangig werd gemaakt. Pas bijna een jaar daarna, afgelopen week 28 september 2020, is door Ansary in die procedure gereageerd op het bewijsmateriaal en de onderbouwing van de stellingen in het verzoekschrift.

Desondanks doet Parman opnieuw het dringende verzoek ‘aan Jardim’ om details over ‘zijn mysterieuze ontdekking te onthullen’, waarop in alle openheid kan worden geoordeeld over de geldigheid van de bewijsstukken. Dat staat nu juist te gebeuren, niet door middel van ‘public verification’ zoals Ansary wil, maar in de rechtszaal door professionele en onafhankelijke rechters op Curaçao.
,,Het nieuwe initiatief van de heer Jardim om zich voor te doen als manager van Ennia in een nieuwe rechtszaak, is een rookgordijn om de aandacht af te leiden van zijn totale falen om het mandaat uit te voeren dat hij op 6 juli 2018 had aangevraagd en ontvangen van het gerecht”, luidt ook één van de alinea’s in de ‘press release’.
En zo wordt de verzoenende toon van Ansary in zijn laatste paragraaf tenietgedaan door allerlei (persoonlijke) aanvallen in verreweg het grootste deel van zijn schriftelijke verklaring. Over zijn oproep om het probleem ‘binnen twee weken af te ronden’ stelde de CBCS nog afgelopen woensdag ‘steeds bereid te zijn serieuze schikkingsonderhandelingen te voeren’.
,,In de afgelopen jaren - voor en na het uitspreken van de noodregeling - zijn meerdere keren uitgebreide besprekingen met de heer Ansary gevoerd. Aan de kant van de heer Ansary is tot nu toe echter geen enkele beweging richting een concreet schikkingsvoorstel gekomen, ondanks diverse uitnodigingen daartoe. Indien de heer Ansary met een concreet en realistisch schikkingsvoorstel komt om de door Ennia geleden schade te compenseren, staat de CBCS klaar om daarover in gesprek te gaan.”
Goed beschouwd zeggen beide partijen dus open te staan voor een oplossing. It’s about time. Het is echter afwachten of Ansary ditmaal écht bereid is te ‘bewegen’.

Wilt u meer informatie? Neem een online abonnement op de krant.

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.