Als in het ‘rijke’ Nederland regelmatig, en zelfs steeds vaker, het woord ‘armoede’ valt en vrijwel alle politieke partijen het hebben over het veiligstellen van het ‘bestaansrecht’ van burgers, laat staan hoe dat dan is in de andere delen van het Koninkrijk, die er relatief veel slechter voorstaan. Voor de BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustatius en Saba) komt er echter opnieuw extra geld voor ‘armoedebestrijding’, maar deze voormalige Nederlands-Antilliaanse eilanden zijn dan ook integraal onderdeel van de Nederlandse Staat. Met Prinsjesdag - de derde dinsdag van september, wanneer de Rijksbegroting voor volgend jaar wordt gepresenteerd - kwam dit duidelijk naar voren. Dat het nog onvoldoende is en/of dat sommigen op de BES ontevreden zijn, is één. Iets anders is dat voor de CAS (Curaçao, Aruba en Sint Maarten) steevast geldt: doorbijten.
Voor de autonome Caribisch landen binnen het Koninkrijk ligt de nadruk wéér of nog steeds - na veel tijdverlies zal dit voorlopig het geval blijven - en op hervormingen ‘om te bouwen aan een toekomstbestendige economie’. Als je in armoede leeft, klinkt dit als een oplossing die nog héél erg ver ligt. Volkomen terecht vraagt de Raad van Advies (RvA) van Curaçao in verband met de vorige week aangeboden ontwerp-Landsbegroting 2024 specifiek en urgent aandacht voor het ‘tegengaan van verdere verarming’. Niet eerder stond het hoogste adviescollege van Curaçao in verband met de overheidsbegroting als zodanig apart stil bij dit thema. De Raad windt er geen doekjes om: het welvaartsniveau is ‘sterk bergafwaarts gegaan’ en gaat dat nog steeds. ,,Hierdoor komen vele gezinnen in een negatieve spiraal terecht, namelijk door onvoldoende middelen zijn ouders niet in staat voor hun kinderen een adequaat leef- en studieklimaat te creëren, hetgeen resulteert in veel drop-outs en/of in algehele degradatie van het opleidingsniveau.” Het is volgens de RvA ‘een grote uitdaging voor de meeste gezinnen om in financieel opzicht het hoofd boven water te houden’ en ‘om fatsoenlijk rond te komen van het inkomen’. Vriend en vijand van het zittende kabinet-Pisas (MFK/PNP) zullen het erover eens (moeten) zijn dat de armoede op Curaçao groter wordt in plaats van kleiner. Dat het toerisme op zich redelijk goed draait is géén garantie (gebleken) dat de overige sectoren in de plus zitten. Economisch gezien zit het eiland nog altijd niet op het pre-coronaniveau van 2019 en daarvoor. De verarming is al langere tijd gaande in de maatschappij, maar ging tot nu toe sluipenderwijs. Intussen echter hebben inflatie en koopkrachtvermindering even hard toegeslagen als in Nederland en de BES, alleen zijn deze niet gecorrigeerd zoals dat daar wel gebeurt. Daarvoor ontbreekt het ook eenvoudigweg aan middelen en vooral perspectief.
Daar komt bij dat Curaçao in feite momenteel met de Ennia-problematiek voor een nog grotere crisisuitdaging staat dan met covid. Althans zeker in geldtermen. Kostte corona het Land 900 miljoen aan renteloze liquiditeitssteun voor het tijdelijk overeind houden van vrijwel het hele bedrijfsleven plus steun aan on- en minvermogenden; voor het reddingsplan van (alléén) Ennia moet 1,2 miljard (=300 miljoen meer) worden uitgetrokken. Daarmee worden wel 30.000 polishouders geholpen plus hun gezinsleden, waarmee het om een aanzienlijke bevolkingsgroep gaat. Punt is echter dat met het reddingscenario dat nu op tafel ligt, het op ambtelijk niveau bereikte hoofdlijnenakkoord, waarbij het Land Curaçao 1,2 miljard gaat lenen (en samen met de herfinanciering van coronaleningen jaarlijks bijna 70 miljoen gulden aan alleen rente moet ophoesten) er nauwelijks tot geen ruimte overblijft voor investeringen in publieke voorzieningen - laat staan directe armoedesteun en beleid om verarming te bestrijden.
Deze situatie zorgt vroeg of laat voor uitzichtloosheid en vermoedelijk emigratie (naar Nederland of BES), waar de Raad van Advies ook op wijst. De uitspraak van staatssecretaris Alexandra van Huffelen op Prinsjesdag dat de ‘lening voor Ennia niet ten koste van de inwoners van Curaçao’ zal gaan, biedt voorlopig in de aanloop naar de deadline van 30 september aanstaande de geruststelling dat er nog naarstig gezocht wordt naar andere oplossingsrichtingen, zoals ook het College financieel toezicht (Cft) dringend adviseert. Elke aanpak om het omvallen van Ennia te voorkomen, hoe noodzakelijk ook, mag niet ten koste gaan van het ‘bouwen aan de economie’ en al zeker niet leiden tot nog meer armoede. Feit is wel dat Curaçao dertien jaar na 10-10-’10 wederom een onhoudbare schuld heeft en dat de afhankelijkheid van Nederland groter dan ooit is. Dat alléén geeft stof tot nadenken.

ADCommentaar 800

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.