Dat de spanningen in verband met de (toekomst van de) Isla-raffinaderij oplopen en daarbij soms ook de gemoederen, blijkt wel uit het feit dat boze - naar nu blijkt slecht geïnformeerde - werknemers zich dinsdagavond verzamelden in de straat van de privéwoning van directeur Marcelino De Lannoy van overheids-nv Refineria di Kòrsou (RdK) en de weg blokkeerden. De interim-directeur was er weliswaar niet, omdat hij voor zijn werk in het buitenland is, maar dat neemt niet weg dat het een ongewenste en zelfs gevaarlijke trend is om bij iemand thuis ‘verhaal te komen halen’.
F04 ANALYSE RdK en Isla 1
Verantwoordelijke vakbondsleiders moeten hiervan doordrongen zijn en deze ongepaste tactiek van intimidatie niet meer toepassen of bevorderen, al is het maar omdat - wie weet - zijzelf ook eens slachtoffer van dergelijke bedreigende acties ‘op de man’ kunnen zijn. Ook al is er alle begrip voor de heersende onzekerheid, het is belangrijk de komende dagen, weken en maanden het hoofd koel te houden en alles zo zakelijk en rationeel mogelijk te benaderen. Vooral als blijkt dat de feiten toch iets anders in elkaar steken dan ze aanvankelijk lijken (worden gepresenteerd).
Wie de moeite neemt om de stukken inzake het beslag van RdK (als eigenaar van de raffinaderij, ‘huisbaas’) op Refineria Isla (als exploitant, ‘huurder’) goed door te lezen, constateert dat RdK engelengeduld heeft gehad, terwijl Refineria Isla - dochterbedrijf van het Venezolaanse PdVSA - gewoon niet voldoet aan de contractuele betalingsverplichtingen. Het gaat om véél geld. Gemeenschapsgeld. Bijna 3,8 miljoen dollar aan zogeheten Take-or-Pay Payment (TOPP) en Committed Excess Electricity Payment (CEEP) per maand, waarvoor RdK, als eigenaar van de BOO-centrale Curaçao Refinery Utilities (CRU), water, stoom, lucht en elektriciteit voor de raffinaderij produceert. Isla laat echter al geruime tijd na te voldoen, waardoor tot en met augustus de betalingsachterstand is opgelopen tot bijna 42 miljoen dollar; met de resterende maanden tot en met het einde van het leasecontract bedraagt de totale vordering 57 miljoen dollar (vermeerderd met 30 procent conform het procesreglement is door het gerecht verlof gegeven voor beslag van 74 miljoen dollar).
Geld dat de overheid, RdK is immers een overheidsvennootschap, toekomt. Daarvoor is en wordt productie geleverd en daarvoor werken evenals bij Isla ook gewoon Yu di Kòrsou. Bovendien, zo blijkt uit lezing van het beslagrekest, subsidieert RdK (lees: Curaçao) Isla/PdVSA, want de vergoedingen zijn niet kostendekkend. Dat de overeengekomen TOPP en CEEP ontoereikend zijn gebleken om de operationele en onderhoudskosten van de BOO/CRU-centrale te dekken, heeft RdK over de afgelopen jaren zo’n 100 miljoen dollar extra gekost. Op te brengen uit een zeer lage jaarlijkse leasefee van 20 miljoen dollar. ,,Dit is ook Isla bekend”, schrijven de advocaten van RdK.
Refineria Isla heeft in de strijd geworpen dat RdK niet altijd aan haar leverings- en onderhoudsverplichtingen heeft voldaan. Isla heeft echter een ‘absolute en onvoorwaardelijke’ plicht om de genoemde TOPP- en CEEP-vergoedingen te voldoen, ook omdat anders levering van BOO aan nutsbedrijf Aqualectra en daarmee aan de Curaçaose bevolking in gevaar komt. Verder heeft Isla voorheen altijd wél die vergoedingen voldaan, ook als de BOO-centrale tijdelijk niet in staat was utiliteiten te produceren en te leveren. Overigens betwist RdK ‘nadrukkelijk’ dat zij niet aan haar onderhoudsverplichtingen ten aanzien van BOO zou voldoen. Maar zelfs ondanks leveringen laat Isla sinds april dit jaar geheel na de facturen aan RdK te voldoen. ,,Het betoog van Isla is dan ook volstrekt ongeloofwaardig”, stellen de juristen namens de eigenaar van de raffinaderij bij Emmastad en de olieterminal bij Bullenbaai. Staatsoliemaatschappij Petróleos de Venezuela (PdVSA), moederbedrijf van Refineria Isla, heeft trouwens een garantie afgegeven ter dekking van deze TOPP- en CEEP-vorderingen. Daarom is het beslagrekest waarvoor door de rechter verlof is gegeven terecht gericht tegen Isla én tegen PdVSA.
Het verlof dateert (al) van 27 september en betreft zogeheten conservatoir derdenbeslag en beslag op roerende zaken. In tegenstelling tot de indruk die de Isla-top bij de verontruste werknemers en de gemeenschap heeft gewekt, is op dinsdag 15 oktober slechts conservatoir derdenbeslag gelegd op alle gelden en vorderingen die Aqualectra heeft op Refineria Isla en PdVSA. Het gaat daarbij om circa 11 miljoen dollar en ‘zulks ter verzekering en om betaling te verkrijgen van de som van 74 miljoen dollar’. Daarmee is de raffinaderij niet ‘lam’ gelegd, zoals beweerd en door het personeel gevreesd. Dat zou ook niet in het belang zijn van RdK, dat juist wil dat de kraan met ruwe olie weer opengaat en de raffinage weer op gang komt, opdat de schulden (kunnen) worden betaald en ook voorkeurskandidaat Klesch Group voor de overname na 31 december met eigen ogen kan waarnemen hoe de Isla draait als deze operationeel is.
Het verkregen verlof gaat wél een stuk verder dan alleen conservatoir derdenbeslag onder Aqualectra. In de stukken leest de redactie dat dit ook geldt voor Integrated Utility Holding (IUH) en Curaçao Oil (Curoil). En daarnaast conservatoir beslag op ‘alle roerende zaken’ van Isla en PdVSA ‘die zich bevinden op, aan, onder, boven of bij de raffinaderij’. Het gaat dan onder meer om inventaris, meubels, ruwe olie en geraffineerde olieproducten. Zover is het echter nog niet dat ook dit deel in de strijd wordt geworpen. RdK wil zich logischerwijs behoeden voor de gegronde vrees dat alle roerende zaken op zeer korte termijn verkocht zullen worden en daarmee aan verhaal door RdK worden onttrokken, gezien het feit dat de huurovereenkomst voor de raffinaderij per 31 december 2019 ten einde komt.
RdK heeft, zeker als vennootschap van en voor de Curaçaose gemeenschap, niet alleen het recht maar zelfs de plicht de eigen (financiële) belangen veilig te stellen. Zo werd nog onlangs door deze krant bericht dat de landsoverheid ‘rekent op dividenduitkering van RdK’. Maar dat RdK, behalve voor zichzelf opkomt, daarnaast óók oog heeft voor de belangen van Isla - en vooral Isla-werknemers - blijkt wel uit de vergaande inspanningen bij het Office of Foreign Assets Control (OFAC) van het US Department of the Treasury om uitbreiding van de werking van de vrijstelling van de Amerikaanse sancties tegen Venezuela/PdVSA los te krijgen. Dat Venezuela politiek, financieel en sociaaleconomisch in een ongekende crisis verkeert en daarin staatsbedrijf PdVSA meesleurt, betekent nog niet dat Refineria Isla en de moedermaatschappij geen verplichtingen meer hebben jegens Curaçao, of erger: Curaçao daarvoor laat bloeden. De werklieden op de raffinaderij en hun vakbonden hebben er net zo goed alle belang bij dat PdVSA zich houdt aan alle gemaakte en vastgelegde afspraken in de Lease Agreement en Utilities Services Agreement.
De facturen van vóór 2018 werden door Isla volledig voldaan. Vanaf januari 2018 kwam daar het slop in en komt Isla haar betalingsverplichtingen niet, althans niet volledig, na. Er volgde een periode van zeer sporadische betalingen en nu wordt zelfs geheel niet betaald. Dit is onaanvaardbaar, zeker als nu blijkt dat de gemeenschap - die al krap zit en kampt met (begrotings)tekorten en dieper moet snijden in uitgaven voor zorg en welzijn - de Venezolaanse operator al jaren de facto subsidieert. Met 57 miljoen dollar aan achterstallige betalingen en 100 miljoen dollar aan wat RdK extra heeft moeten toeleggen (bij elkaar ruim 280 miljoen gulden) kan de overheid heel wat goede en nuttige dingen doen voor de eilandbewoners. De aangemoedigde verontwaardiging van Isla-werknemers richting de directie van de eigen RdK is dan ook onterecht; beter is het om tekst en uitleg te vragen van en vooral verhaal te halen bij exploitant Isla/PdVSA zelf. Het is zaak de resterende dagen tot aan de jaarwisseling de vaak begrijpelijke emoties te bedwingen en van zowel RdK als van Isla/PdVSA te verlangen - en desnoods af te dwingen - dat zij zich gedragen als een goede huisbaas en een goede huurder.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.