Op 31 augustus aanstaande om 09.30 uur zal bij het Gerecht Curaçao aan het Wilhelminaplein een crediteurenvergadering plaatsvinden in verband met Insel Air International bv. Een D-Day voor de Curaçaose luchtvaartmaatschappij: dan zal worden gestemd over de voortzetting van de surséance van Insel, of niet.
Het antwoord op de vraag wat er dan gebeurt, welke kant het opgaat, is afhankelijk van de vraag of het de directie en de door het gerecht aangestelde bewindvoerder lukt een voor de schuldeisers geloofwaardig en dus aanvaardbaar plan te presenteren. De crediteuren willen eigenlijk maar één ding: hun geld terugzien, of een deel daarvan, of tenminste uitzicht erop hebben dat zij binnen afzienbare tijd een stuk van hun vordering op Insel alsnog kunnen ontvangen.
Dat kan alleen met een plan en zo’n plan kan gebaseerd zijn op de mogelijkheid van Insel om zelf, autonoom dus, door te ontwikkelen en geld te verdienen. Maar dan zijn de middelen beperkt. Of met behulp van een strategische partner. Eerder haakte Synergy Aerospace, meerderheidsaandeelhouder van luchtvaartgigant Avianca, af. Vorige maand werd bekend dat One Laser Group, van voornamelijk Venezolaanse ondernemers in Miami, belangstelling heeft.
Deze interesse van OLG komt niet voort uit een bestaande luchtvaartmaatschappij met een (grote) vloot aan vliegtuigen en het is evenmin bekend hoeveel financiering OLG (eigen vermogen en het mede daarop gebaseerde aan te trekken externe vermogen) met zich meebrengt. Beide zijn noodzakelijk voor een geslaagde ‘doorstart’.
De onderhandelingen met One Laser Group vinden in stilte plaats. Daardoor is niet bekend in welke richting het gaat. Pas op D-Day, 31 augustus, zal duidelijk moeten worden wat Insel en de bewindvoerder aan de omvangrijke groep crediteuren te bieden hebben. Dan ook wordt duidelijk of Insel nog recht van bestaan heeft - al is het aan een dun zijden draadje - of dat de stekker er toch uit gaat.
Bij beschikking van 14 maart 2017 had het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao voorlopige surseance van betaling verleend aan de besloten vennootschap Insel Air International, met aanstelling van advocaat Rogier van den Heuvel als bewindvoerder en met benoeming van Pieter de Kort als rechter-commissaris. Bijna een jaar geleden, op 25 augustus 2017, werd de surséance van Insel Air verlengd tot en met 31 augustus 2018.
In zijn eerste surseanceverslag aan de rechter-commissaris schreef de bewindvoerder dat het voortzetten van de bedrijfsactiviteiten ‘nodig en verantwoord is’. Van den Heuvel: ,,Voortzetting van de bedrijfsactiviteiten is nodig omdat de luchtverbindingen tussen de Caribische eilanden van het Koninkrijk van groot maatschappelijk en economisch belang zijn. Dit is daarnaast verantwoord, omdat met de overheidslening uitzicht bestond en bestaat op overbrugging tot de maand mei, waarin Insel Curaçao verwacht weer een positieve cashflow te hebben.”
Dat was in juni vorig jaar. Om precies te zijn 8 juni 2017 toen het eerste openbaar verslag over de surseance van betaling beschikbaar kwam. In de maanden daarvoor had de Curaçaose overheid 33 miljoen gulden aan overbruggingskrediet verstrekt.
Insel werd op 8 september 1993 opgericht, maar vanaf 2006 operationeel. Na een vliegende start raakte de maatschappij tien jaar later echter in de problemen. ,,De vennootschap verkeert sinds 2016 in financiële moeilijkheden”, aldus het surseanceverslag. ,,Met name als gevolg van een te groot personeelsbestand, het opzetten van een eigen onderhoudsafdeling die zichzelf niet kon bedruipen, onvoldoende (financieel) beheer en de noodzaak vluchten van en naar Venezuela te lang voor te financieren. Zelfs op dit moment is er nog een vordering van ongeveer 67 miljoen dollar op Venezuela in de vorm van een aanspraak om voor dat bedrag aan bolivars te mogen converteren.”
Die situatie met betrekking tot de claim in Venezuela is onveranderd, ondanks contacten achter de scherm over betaling en ondanks een recente reis van minister Kenneth Gijsbertha (MAN) van Financiën aan Caracas waarin deze geldkwestie aan bod kwam. Met het loskomen van dit voor Insel zeer aanzienlijke bedrag, of een deel ervan (na een korting), zou de maatschappij vermoedelijk weer meer financiële armslag hebben en dus in rustiger vaarwater kunnen belanden - hoewel de crediteuren natuurlijk ook azen op hun aandeel.
Over het boekjaar 2015 werd nog een nettowinst gerealiseerd van 3 miljoen gulden. Over 2016 werd echter een nettoverlies geboekt van 40,2 miljoen. De belangrijkste - maar niet de enige - oorzaak van het verschil is een sterke daling in ‘passenger revenue and fuel charges’.
Per eind 2015 was het balanstotaal 197,4 miljoen gulden. Over dat boekjaar is een beoordelingsverklaring door een externe accountant afgegeven. Het balanstotaal per eind 2016 was (aanvankelijk) 209,2 miljoen. De jaarrekening moest op dat moment nog worden gecontroleerd door een externe accountant, wat nog tot correcties kon leiden.
De schuld echter was en is enorm. En dáár gaat het natuurlijk om tijdens een crediteurenvergadering, zoals gepland volgende week vrijdag. Blijkens de balans van eind februari 2017 waren er op die balansdatum 196,4 miljoen (afgerond 200 miljoen, zoals de bewindvoerder doet) aan schulden.
In algemene zin is duidelijk dat Insel het grote operationele en nettoverlies van het jaar 2016 (ruim 40 miljoen gulden) niet met reserves kon opvangen. Dat verlies vindt zijn oorzaak in een combinatie van factoren. In de eerste plaats waren er teruglopende passagiersinkomsten, met name omdat de vennootschap moest stoppen op Venezuela te vliegen. De inkomsten moesten te lang worden voorgefinancierd. Zelfs op dit moment moet Insel Curaçao nog een bedrag van ongeveer 70 miljoen dollar (125 miljoen gulden) uit Venezuela ontvangen. Voorts was/is er sprake van ‘een suboptimale vloot’, aldus het surseanceverslag, met relatief hoge onderhoudskosten, was er te veel personeel gelet op de omvang van de operatie en was er een eigen onderhoudsafdeling opgezet, die zichzelf niet kon terugverdienen.
Er is sindsdien aanzienlijk gesneden in het personeelsbestand. Op datum surseance, medio maart vorig jaar, waren er 567 personen in dienst. Dat zijn er volgens de huidige directie momenteel nog slechts circa 175. De vloot is ook teruggebracht tot een minimum.
Feitelijk is het lot van Insel nu in handen van de overheid. De (oude) particuliere aandeelhouders hebben nauwelijks meer iets in de melk te brokkelen. Als gevolg van de overbruggingskrediet van 33 miljoen gulden heeft conform de voorwaarden van de ‘loan and share pledge and usufruct agreement’ van 27 januari 2017 in ruil daarvoor het Land Curaçao een pandrecht en stemrecht gekregen op 51 procent van de aandelen. Voorts zijn er diverse financiële zekerheden gegeven en heeft het Land een interim-management mogen aanwijzen. Deze laatste kwam en vertrok weer en momenteel staat directeur Edward Heerenveen, vanaf het begin betrokken bij zijn ‘baby’, aan het stuur.
De (overheids)Commissie Insel, onder aanvoering van oud-premier Etienne Ys, was betrokken bij het (helpen) zoeken van de strategische partner. De hoop in bange dagen is nu gericht op Laser One Group in Miami, waar maar weinig over bekend is.
Tegenover het Antilliaans Dagblad verklaarde Luis Kannee - één van de drie personen achter de groep - dat One Laser Group LLC voornemens is te beginnen met een initiële investering van 20 miljoen gulden in Insel Air. De vraag is of dit soelaas biedt. De groep ziet in de naam Insel, die zich het verleden krachtig heeft gepositioneerd, een ‘sterk punt’ en wil de naam dus behouden.
Dat was daags nadat deze krant het nieuws bracht dat OLG door de regering van Curaçao (lees: minister Steven Martina (MAN) van Economische Ontwikkeling) is geselecteerd als de partij waarmee de komende tijd op exclusieve basis verder wordt onderhandeld om de strategische partner te worden van de lokale luchtvaartmaatschappij.
Naast Kannee bestaat de investeerdersgroep OLG verder uit Francisco Hurtado en Guillermo Solomon. ,,Wij zijn een groep investeerders die met Insel Air een interessante kans hebben ontdekt.” Wat hun plannen precies zijn, is onduidelijk.
,,Om het voortbestaan van Insel Air te garanderen, is tijd nodig”, aldus de groep een maand geleden. ,,Het zal tussen de 90 en 120 dagen duren om de plannen voor de vliegmaatschappij te concretiseren en de vruchten daarvan te plukken. In dit soort situaties zijn er geen toverstaven waarmee je in één keer alles voor elkaar krijgt. Je moet het de tijd gunnen.”
De vraag is óf er tijd is en hoeveel. Over iets meer dan een week, volgende week vrijdag, is de vergadering waartoe de bewindvoerder alle crediteuren oproept om op te verschijnen, teneinde hun stem uit te brengen over de voortzetting van de surseance van Insel. ,,Verdere informatie over voornoemde crediteurenvergadering volgt zo spoedig mogelijk, bij welke gelegenheid de crediteuren van Insel Air International bv in de gelegenheid gesteld zullen worden een stemvolmacht af te geven”, eindigt de oproep van de bewindvoerder voor D-Day 31 augustus. Volgende week weet Curaçao meer.