Rust en deskundigheid nodig om het getij te keren
De Nederlandse premier Mark Rutte (VVD) nam tot tweemaal toe niet op toen zijn ambtgenoot Ben Whiteman (Pueblo Soberano), minister-president van Curaçao, hem dringend nodig had in verband met de Isla-problematiek - of beter: de onzekere toekomst van de Isla-raffinaderij. De eerste keer omdat Rutte op dienstreis was en de tweede keer omdat Rutte in bespreking was. Toen een hoge ambtenaar/medewerker namens Rutte terugbelde naar Whiteman met de vraag wat hij graag met Rutte wilde bespreken, zei de Curaçaose regeringsleider: ‘Danki. Laat maar!’ en beëindigde prompt het gesprek. Whiteman was zeker niet van plan met iemand met een lagere rang dan de minister-president van Nederland genoegen te nemen. Het telefoongesprek vond ook daarna niet meer plaats.
Zo deed Whiteman maandag zijn relaas in een persconferentie, opgeroepen door Werner Wiels, die aangaf zelf verrast te zijn door de aanwezigheid van de oud-premier, maar die daarop het heft in handen en daarmee de persontmoeting overnam totdat de media na een bijna twee uur durende sessie murw naar huis wilden en daarom nauwelijks vragen stelden. Tijdens de persconferentie droop de argwaan van Whiteman en Wiels jegens Nederland, Den Haag, het Koninkrijk, Buitenlandse Zaken en Nederlandse politici ervanaf. Op een welhaast kinderlijke wijze: Curaçao is volgens het verongelijkte duo slachtoffer, delft het onderspit, heeft nauwelijks iets in de melk te brokkelen en wordt telkens op de vingers gekeken door het moederland, dat eigenlijk alles bepaalt en geen of weinig ruimte laat aan Curaçao zelf. Maar bovenal: Nederland heeft een (verborgen) eigen agenda.analyserutte
Het bizarre is dat Whiteman, naar eigen verklaring trouwens - toen hij en zijn regering het op een bepaald moment even helemaal niet meer zagen zitten met de door de Venezolaanse staatsoliemaatschappij PdVSA gerunde Isla-raffinaderij - als eerste dacht aan… Nederland. Na afloop van een inderhaast bijeengeroepen ministerraadvergadering in verband met de beslagen van milieugroeperingen op de Isla, met alle mogelijke risico’s voor de doorgang van de raffinageproductie, vertrouwde hij aan Wiels toe: ,,Het eerste wat ik doe is het vliegtuig nemen naar Den Haag. Ik wíl niet hulp, ik éis hulp van Nederland. Ik eis het omdat ik weet dat we het toch niet krijgen. Dan weten we dat ‘for the record’. En daarmee reis ik naar Caracas en direct daarna naar Peking.” Met andere woorden: die zullen wél de nodige ondersteuning bieden.
Dat was oktober 2015. Nog geen jaar later kwam dezelfde Whiteman bedrogen uit toen hij - met een op een vrije zaterdag door de Raad van Ministers goedgekeurde concept-MoU op zak - in de Venezolaanse hoofdstad tevergeefs wachtte, waar hij naar eigen zeggen in het ‘hol van de leeuw’ zich ‘kapot was geschrokken’ van de ontvangst in La Campiña, Caracas. Een urenlang durend gesprek met PdVSA leverde niets op, behalve ergernis en een gefrustreerde Curaçaose delegatie die met lege handen terugkeerde. Een bezoek aan president Nicolás Maduro in zijn paleis Miraflores zat er niet in. Whiteman droop af.
Uit woede en/of onmacht gaf de toenmalige premier daarna volgens eigen zeggen ‘het bevel’ aan Werner Wiels, destijds de voorzitter van het Multidisciplinair Projectteam (MDPT) om onmiddellijk daarop een MoU te tekenen met Guangdong Zhenrong Energy (GZE) uit China. En zo, op deze manier dus, geschiede dat Curaçao opgezadeld raakte met dit Chinese (quasi staats)bedrijf, waar het eiland overigens - zelfs na voorlopige opzegging/opschorting door het kabinet-Rhuggenaath - nog lang niet vanaf is. Omdat a. een deel van de politiek en bevolking nog steeds gelooft in de gouden bergen die GZE beloofde, maar op geen enkele wijze kon en kan waarmaken, en omdat b. GZE deze prooi niet zomaar laat gaan.
Met andere woorden: Whiteman is niet alleen politiek verantwoordelijk - dat is een bewindspersoon altijd, ook al is hij zelf niet eens direct betrokken - maar ook nog eens hoogstpersoonlijk verantwoordelijk voor het binnenhalen van GZE, waardoor Curaçao bijna anderhalf jaar vertraging heeft opgelopen in het moderniseringstraject van de Isla, terwijl de klok verder tikt. Want GZE bleek gebakken lucht; geen/onvoldoende technische expertise en nog minder kapitaal (en externe financiers die GZE de rug toekeren). Geen gedegen onderzoek, niet de fameuze ‘due diligence’, om na te gaan wat GZE in zijn mars heeft. Maar een impulsieve en ondoordachte actie van de toenmalige minister-president himself die het MDPT van Wiels maar had uit te voeren, kort daarop zelfs gevolgd door een Heads of Agreement (HoA) waar de due diligence-verplichting stiekem was weggelaten - zo bleek later.
‘For the record’, een begrip dat de oud-premier gebruikt om Den Haag naar eigen zeggen voor het blok te zetten: Whiteman is niet alleen verantwoordelijk voor het heilloze GZE-traject, maar óók voor het opzeggen van het lopende leasecontract met PdVSA, althans de automatische voortzetting ervan na 31 december 2019. Wellicht maakt díe gedachte hem wat nerveus. Want dat raakt duizenden werkplekken en gezinnen. Maar feit is dat het kabinet-Whiteman met de handtekening van PS-minister Siegfried Victorina de relatie met de Venezolanen vanaf 2020 verbrak. Toen dat naar buiten kwam en in de publiciteit belandde werd Whiteman furieus; de media speelden volgens hem met de staatsveiligheid. Tot de dag van vandaag is zijn onbeheerste reactie onbegrijpelijk. Weliswaar heeft Whiteman, zegt hij, er persoonlijk voor gezorgd dat PdVSA nog wel in een bijrol werd genoemd in het MoU met GZE, vaststaat echter dat er na 2019 met PdVSA géén contract meer is. Door een besluit van het kabinet-Whiteman.
GZE uit China bleek al snel een lege huls, waarvan tot de dag van vandaag het tegendeel niet is aangetoond. En Caracas had de premier uit Willemstad links laten liggen. Toch richten Whiteman en Wiels hun gifpijlen op Den Haag. Nederland is de boosdoener (in dezen). Een brief van toenmalig minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders (PvdA), waarin ‘graag’ hulp wordt aangeboden bij de complexe onderhandelingen met de Chinezen wordt resoluut met een ‘thanks but no thanks’ beantwoord. Ten eerste: het betreft geen buitenlandse en dus Koninkrijksaangelegenheid, maar een economische en dus eigen zaak. Ten tweede: de bemoeienis wordt niet gewaardeerd (lees: vertrouwd). Zoals de voorzichtige waarschuwing vanuit Den Haag dat gewaakt moet worden voor (te) grote financieel-economische invloed van Chinese staatsondernemingen, omdat dit kan leiden tot grote politieke zeggenschap (zoals elders in de regio al plaatsvindt, red.). Den Haag dient - naar de mening van Wiels/Whiteman - een eigen agenda, vermoedelijk ten dienste van Washington omdat wat de Verenigde Staten niet was gelukt in Iran, Irak en Libië nu geprobeerd wordt in Venezuela met dichtbij voor de kust de strategisch gelegen ABC-eilanden. De argwaan ten opzichte van het Europese deel van het Koninkrijk is groot, zo blijkt. Hoe het land te vertrouwen dat decennialang toestond dat de Koninklijke Shell goudgeld verdiende op Curaçao, het eiland daarbij op grote schaal vervuilde, om het medio jaren tachtig resoluut de rug toe te keren en er geen enkele verantwoordelijkheid meer voor te nemen? Dit land, Nederland, kan onmogelijk goede bedoelingen hebben, zeker niet als het gaat om de geopolitieke belangen van de petroleumindustrie waar miljarden in omgaan.
Deze bijna panische argwaan zit kennelijk diepgeworteld (bij een deel van de politiek). Hoewel deels begrijpelijk misschien, gezien de inderdaad allerminst fraaie en zelfs schandalige wijze waarop Shell afscheid nam en Curaçao met de rotzooi en ellende achterliet, hebben PdVSA en GZE het eiland in deze fase niets te bieden. Dat is een zakelijke benadering. Meer in algemene zin is er binnen het Koninkrijk geen plaats voor achterdocht. Als scepsis en verdenkingen de boventoon gaan voeren wordt de basis van de Koninkrijksgedachte onderuitgehaald. Dan is er geen fundament. Beter is het open kaart te spelen en als ware partners dezelfde doelen na te streven, enkel en alleen in het belang van de bevolkingen van de vier landen van het Koninkrijk. Met een wijs advies: de manier waarop een ander je bekijkt is doorgaans ook de wijze waarop je jezelf presenteert en afficheert. Oprecht geloof in eigen kracht, maar ook eerlijkheid en oprechtheid, dwingen hetzelfde in omgekeerde richting af. Deze essentiële omslag in denken en doen is hard nodig om het onderlinge vertrouwen te herwinnen en de verstikkende argwaan weg te nemen. Dan en alleen dan zullen telefoontjes tussen premiers over en weer direct worden beantwoord, zoals tussen Rhuggenaath, Wever-Croes, Marlin-Romeo en Rutte al lang weer gebeurt.
Wat nu meer dan ooit vereist is, teneinde het getij te keren, is rust aan het front. Rust en deskundigheid bij de zoektocht naar en onderhandelingen met een goede, betrouwbare, technisch en financieel capabele partij die exploitatie van de olie-industrie niet alleen overneemt, maar ook moderniseert en zorgt voor een drastische vermindering van de uitstoot naar internationaal aanvaardbare normen. Daarbij kan Curaçao alle hulp van de wereld gebruiken, inclusief die van de Koninkrijkspartners.

Tot slot nog deze noot over de persconferentie van Wiels: zijn betoog liep uit op een grote ontkenning van de verwijten aan zijn adres dat hij als oud-voorzitter MDPT onvoldoende openheid van zaken had gegeven over het moderniseringstraject Isla en zelfs gegevens heeft achtergehouden. Een welles-nietes, waar de pers en bevolking niet bepaald wijzer van is geworden. Werner Wiels zegt alles te hebben overgedragen en dus niets te verbergen heeft. Het vonnis van de rechter vorige week is helder: binnen vier weken moet hij de informatie waarop beslag is gelegd en in veiligheid is gebracht bij de deurwaarder - waar verder niemand anders eraan kan komen - beschikbaar stellen. Pas als hij dat heeft gedaan zal blijken of hij inderdaad direct al in eerste instantie alles heeft verstrekt, of dat Wiels cruciale informatie onder de pet hield.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.