Alle kritische vragen en opmerkingen van de Statenfracties over eventuele tijdelijke (financiële) steun aan Insel Air zijn begrijpelijk en prima, dat is immers de taak van het parlement. Het leek er gisteren tijdens de parlementsvergadering echter bij tijd en wijle op alsof Insel in het beklaagdenbankje zit. Er zullen zeker (veel) verbeterpunten zijn. En mocht er al eventueel gedacht worden om op bepaalde wijze gemeenschapsgeld in te zetten, dan zal volledige openheid een vereiste zijn. Maar terwijl de pijlen zijn gericht op de private onderneming Insel, gaan de politici in de Staten vrijwel geheel voorbij aan een van werkelijke oorzaken, zo niet dé echte oorzaak, van de problemen: het feit dat buurland Venezuela volstrekt in gebreke blijft en eenvoudigweg niet betaalt. Hoewel de hoogte de afgelopen jaren soms wisselde, houdt Caracas niet minder dan zo’n 100 miljoen dollar (180 miljoen gulden) achter. Dat geld is Venezuela verschuldigd aan Insel voor in het verleden verkochte tickets, maar dat in verband met de valutacrisis (lees: het ernstige tekort aan dollars) via een formeel kanaal nog uitgekeerd - eigenlijk geretourneerd - moet worden. Zo’n bedrag op straat, in dit geval bij de buren, betekent een enorme aanslag op de cashsituatie van élke onderneming. De facto is Venezuela dit bedrag aan Curaçao verschuldigd en is dit dus niet een kwestie van Insel Air alléén, maar van de natie. Niet alleen formeel, maar ook praktisch heeft heel Curaçao er op een bepaalde manier last van. Want omdat Insel het geld niet heeft, kan de maatschappij leveranciers niet betalen en verplichtingen niet nakomen. Daardoor raken ook ándere bedrijven op het eiland in ernstige problemen. Dit geluid was in de Staten van de zijde van de parlementsleden niet of nauwelijks te horen. Geen grote maatschappelijke en politieke verontwaardiging, maar eerder een soms wat verwijtende vinger richting het vliegbedrijf. Dat is een onderneming in particuliere handen, waar de overheid behalve qua zaken als veiligheid en consumentenbescherming verder niets mee te maken heeft. Zo lang het maar goed gaat en zo lang er geen beroep wordt gedaan op overheidssteun. Het is lange tijd goed gegaan. Tien jaar lang verbindt Insel de eilanden met elkaar en de eilanden met de regio. Nu vraagt de luchtvaartmaatschappij om hulp en wordt tegelijk gezocht naar een partner. Voor beide zal Insel de boeken wel open moeten doen en ook een goedkeurende verklaring van gecontroleerde cijfers moeten laten zien. In principe dient een particulier bedrijf ook een oplossing in particuliere kringen te zoeken: nieuwe of bestaande aandeelhouders moeten (bij)storten en commerciële banken of ontwikkelingsbanken moeten kredieten verstrekken. Onder normale omstandigheden. De omstandigheden met 100 miljoen onzekere dollars over de grens zijn echter niet normaal. Dat zal iedereen (moeten) beseffen. Maar om hulp te krijgen, zal de top van Insel wel alles moeten doen om het vertrouwen te behouden en herstellen. De enige en beste manier is door duidelijk, veelvuldig en vooral eerlijk en oprecht te communiceren. Omgekeerd verdient Insel het vertrouwen van publiek en politiek, in goede en in slechte tijden. Zeker in de gerechtvaardigde strijd om, zoals het hoort, de gelden netjes uit Venezuela te ontvangen. Zoals Statenlid Hensley Koeiman (MAN) vroeg: moet dit niet tussen naties worden opgelost? De beoogd premier van de nieuwe coalitie heeft gelijk. Het liefst op diplomatieke wijze en anders af te dwingen met behulp van internationaal recht.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.