Van onze correspondent
Kralendijk - Bonaire zucht al jaren onder een toenemend aantal autowrakken, die overal op het eiland te vinden zijn. En het neemt in snel tempo toe doordat het aantal inwoners, en dus het aantal auto’s, enorm is toegenomen.
Maar dit is binnenkort verleden tijd als het aan de eilandsraad ligt. Het probleem van de wrakken wordt aangepakt.
In een motie van Movementu 21, die vorige week dinsdag unaniem door de eilandsraad is aangenomen, wordt opgeroepen de wrakken te recyclen om vervolgens de onderdelen te hergebruiken. M21 noemt de wrakken en autobanden in de motie een ‘bijzondere, zeer zichtbare en vervuilende categorie’. Terecht wordt benoemd dat de inspanningen die sinds enkele jaren door het Openbaar Lichaam Bonaire (OLB) zijn ondernomen om deze autowrakken en autobanden te ruimen op niets zijn uitgelopen en dat ‘Bonaire limpi’ prioriteit verdient.
Vanaf nu verdient de beheersing van afvalstromen in het algemeen en die van autowrakken en autobanden in het bijzonder prioriteit, zo heeft de raad besloten. In het Europese deel van Nederland zijn sinds de jaren 90 goede ervaringen opgedaan met het inzamelen en verwerken hiervan en dit heeft volgens de motie geleid tot een efficiënt en transparant inzamelingssysteem alsmede een zeer lucratieve afvalverwerkende industrie. Dat willen de raadsleden ook op Bonaire en ze denken ook te weten waarom het nu wel zou lukken. Vertegenwoordigers van de eilandsraad hebben zich ter plekke (in Nederland) op de hoogte gesteld.
Er is besloten dat het systeem van inzameling en recyclen van autowrakken wordt ondergebracht in de op te richten stichting Auto Recycling Bonaire (ARB) en dat het toezicht op uitvoering en de financiën bij Selibon komt te liggen. In de motie wordt het bestuurscollege (BC) verzocht zich in direct contact te stellen met de ministeries van Economische Zaken (EZK) en Infrastructuur en Milieu (l&M) om een onderzoek te gelasten naar een invoering van dit systeem van recycling via een dergelijke publiek-private benadering. Dus in een vorm van een mogelijke stichting ARB, met toezichthouders van de zijde van overheid en bedrijfsleven. Het lijkt een revolutionair idee, maar dat is het niet. Ten eerste is al in 2005 de stichting Recycling Bonaire opgestart maar dit heeft, afgezien van wat grote woorden, nergens toe geleid. Ten tweede heeft Saba in 2015 de Green Deal Beter Afvalbeheer Caribisch Nederland ondertekend. Bonaire en Statia deden dit niet. Saba krijgt dan ook al bijna 10 jaar de hulp uit Nederland waar in de motie om wordt gevraagd en het eiland is nagenoeg autovrij.
Het doel is volgens de motie ‘een duurzame en rendabele recycling’ voor Bonaire te realiseren die zowel het eiland op korte termijn schoonmaakt als ook een nieuwe industrie creëert. Daarbij moet rekening worden gehouden met de passende mbo-opleidingen om garagebedrijven aan personeel te helpen om deze nieuwe afvalverwerkende industrie en de handel in (tweedehands) onderdelen en banden te stimuleren. ,,Hiermee kan een Bonairiaans ecosysteem ontstaan van recycling van autowrakken, -onderdelen, motor- en keukenolie, afvalstoffen en brandstoffen en banden”, aldus de eilandsraad.
Saba voorloper op gebied van recycling
Saba kan van de drie BES-eilanden gezien worden als voorloper op het gebied van autorecycling. Autowrakken worden er stuk voor stuk opgeruimd.
In juni 2015 was Saba het enige eiland dat de ‘Green Deal Beter Afvalbeheer Caribisch Nederland’ ondertekende. In de Green Deal is afgesproken dat vooraanstaande Nederlandse recyclingorganisaties, aangevoerd door de ministeries van Economische Zaken en Infrastructuur en Milieu, hun kennis delen met Saba en ook materiaal beschikbaar stellen. De Green Deal is op het eiland goed aangeslagen. Het Amerikaanse recyclingbedrijf Cadwell is op voorspraak van Bruce Zagers, gedeputeerde van Openbare Werken op Saba, begonnen met het opruimen van de autowrakken. Dankzij de Green Deal zijn die de afgelopen jaren verzameld en verwerkt. In 2022 verscheepte Saba een recordaantal van vijftig containers met recyclebare materialen naar de VS voor verdere verwerking. Het eiland heeft een goed functionerend afvalbeheersysteem dat de scheiding van recyclebare materialen mogelijk maakt. De vijftig containers die het eiland verlieten bevatten voor ruim zeventig procent plastic. De andere dertig procent bestaat uit karton, versnipperde autobanden, metalen blikjes en elektronica. Alle recyclebare materialen worden verzonden naar het bedrijf Caldwell INC in Florida voor verdere verwerking. In juli 2022 is bovendien 179 ton gemengd metaal verscheept, waaronder 72 autowrakken. De hoeveelheid afval dat in 2022 is opgehaald én is geregistreerd bedraagt 1,2 miljoen kilo.
Ook op Sint Eustatius stonden sinds jaar en dag honderden autowrakken. Om zijn daadkracht te tonen pakte toenmalig staatsecretaris Raymond Knops de overlast van autowrakken snel aan. In december 2018 zijn de eerste 300 wrakken van het eiland afgevoerd en in 2020 zijn ook de overige opgehaald en milieuvriendelijk ontmanteld. Om dat te kunnen doen is er een werkplaats ingericht. Uiterlijk begin 2020 zijn alle ontmantelde wrakken weggevoerd.
Bonaire heeft het tot nu toe laten afweten hoewel ze graag anders doen geloven. In 2019 schetste de Stichting Recycling Bonaire (SRB) in een interview met Auto Recycling Nederland (ARN) een positief beeld over de recycling op het eiland, een beeld dat door weinigen werd herkend. Volgens de stichting groeide de wrakkenberg op Bonaire met zo’n 250 auto’s per jaar. ,,Maar gelukkig is het plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf Selibon de afgelopen zomer een campagne gestart om het eiland autowrakvrij te krijgen”, aldus SRB. Selibon zou als overheidsinstantie een machine hebben gekocht om het afval te pletten, ‘natuurlijk niet voordat de herbruikbare onderdelen zijn verwijderd’.
Het pakketje schroot werd dan volgens SRB verkocht aan buitenlandse afnemers die zorgden voor de recycling van het materiaal. Elke maand zouden er drie containers vol metaalschroot van het eiland naar Taiwan zijn gegaan. ,,Selibon haalt afgedankte auto’s gratis op en elk exemplaar wordt geregistreerd. Oude oliën stuurt het naar Bopec, de olieoverslagterminal op het eiland. Met oude autobanden weet Selibon voorlopig nog geen raad, maar ze worden in geval niet zoals vroeger gedumpt op de afvalberg - of erger nog: verbrand.”