Cicilia wil dat eilandbestuur regie terugneemt over vastgoedsector
Van onze correspondent
Kralendijk - Het is gedeputeerde Anjelica Cicilia opgevallen dat Bonaire veel drukker is geworden en niet per se altijd in positieve zin. ,,Het lijkt erop dat de groei van de afgelopen decennia ons is overkomen. De capaciteit van wat we aankunnen is op heel veel vlakken bereikt”, zo laat de gedeputeerde in een interview met Marit Severijns van Caribisch Netwerk weten.
Cicilia is op Bonaire geboren. ,,Een Curaçaose vader en een Portugese moeder”, vertelt ze. Na een opleiding Bouwkunde en Civiele Techniek op Curaçao, ging ze in 1999 naar Nederland om Stedenbouw te studeren. En nu, na 25 jaar is ze weer terug op Bonaire waar ze als vakgedeputeerde, die niet verbonden is aan een politieke partij, aan de slag is gegaan. Ze heeft als belangrijkste portefeuille Ruimte en Ontwikkeling. De periode van haar aantreden in oktober tot nu heeft ze naar eigen zeggen ervaren als een roller coaster, maar inmiddels is de rust erin gekomen. ,,Ik krijg steeds meer kennis over de verschillende dossiers en het ambtelijk apparaat. De dynamiek tussen de gedeputeerden geeft veel energie. We hebben goede diepgaande discussies over waar we naartoe willen.”
Wanneer Severijnse haar vraagt wat haar opvalt nu ze weer permanent op het eiland woont hoeft ze niet lang na te denken. ,,Ons eiland is enorm dichtbevolkt op bepaalde plekken, zoals onze binnenstad, en we hebben ons infrastructuurplan daar niet op aangepast. Daardoor is er veel frustratie ontstaan als het gaat om het wegennet, de toegankelijkheid van wijken in de binnenstad en het watermanagement. Regenwater lijkt helaas de vijand te zijn geworden.” Ook vindt ze dat de kosten van levensonderhoud erg hoog zijn en een groot deel van de bevolking dat niet meer aankan.
Hiervoor werkte ze als ceo van een groot bouwbedrijf in de bouw- en vastgoedsector. Ze heeft daardoor niet veel moeite de grootste problemen te benoemen. ,,Verschillende gebieden worden zonder duidelijke aanpak ontwikkeld. Een duidelijke aanpak wil zeggen dat je niet alleen woningen realiseert, maar wijken creëert met groen, goede infrastructuur, voorzieningen en woningen passend bij de vraag.” Ook moet de overheid volgens haar weer de regie krijgen over de vastgoedsector. ,,Iedereen mag geld verdienen, maar we moeten goed kunnen toetsen op plannen, kwaliteit en randvoorwaarden. Er moet dus een duidelijke visie komen mét de juiste moderne wet- en regelgeving. Dan kunnen we werken aan alle uitdagingen.”
Dat verschillende monumenten in verval zijn geraakt is ook haar opgevallen en ze wil hier wat aan gaan doen, allereerst door in gesprek te gaan met de stichting Monumentenzorg. Die wil graag dat de politiek een voorbeeld neemt aan buureiland Curaçao. Daar koopt Monumentenzorg gebouwen op, renoveert ze en verhuurt ze vervolgens aan de overheid. Met de huuropbrengsten kunnen weer andere monumenten worden opgeknapt. ,,Zeker een goed systeem, maar er zijn verschillende manieren. Dit bestuur wil zoveel mogelijk monumenten behouden of terugkrijgen, zodat deze in handen van de lokale overheid kunnen blijven. Zeker monumentale panden die erg belangrijk zijn voor ons erfgoed en cultuur. Een concrete samenwerking met de stichting Monumentenzorg zou een invulling kunnen zijn.”
