Ombudsman ziet dat er veel verbeterd is, ‘maar we zijn er nog niet’
Van onze correspondent
Kralendijk - De rapporten en aanbevelingen die de Nationale ombudsman in de afgelopen 10 jaar heeft geschreven hebben deels wel en deels niet tot verandering geleid.
Samen met het Antilliaans Dagblad maakte hij vorige week vrijdag de balans op.
Rode draad is dat er veel is verbeterd maar dat het vaak erg langzaam gaat.
Reiner van Zutphen is een gedreven man. Dat blijkt tijdens het gesprek over wat hij samen met kinderombudsman Margriet Kalverboer de afgelopen jaren bereikt heeft of juist niet bereikt heeft. ,,Er zijn inmiddels dingen die beter worden en het inzicht in wat er moet gebeuren is breder. Er zijn stappen vooruit gemaakt. Maar het is wel de Echternach-processie, drie stappen vooruit en twee achteruit”, aldus Van Zutphen.
Er zijn al terugkijkend best wel succesverhalen te vertellen. ,,Het rapport over ouderen en de dagopvang heeft geleid tot uitbreiding van het aantal plaatsen. Het is nog niet genoeg heb ik me laten vertellen, maar er is nu meer aandacht voor.” Wat hij erover schreef heeft ook daadwerkelijk heeft geholpen. ,,Wij schreven niets nieuws. Ze wisten op het eiland ook al lang dat er meer plaatsen nodig waren.” Een ander succesverhaal is de verhoging van het sociaal minimum waarvoor hij credits geeft aan het kabinet. ,,Ik heb wel de kanttekening geplaatst dat dit niet genoeg is. We moeten oppassen dat het meerdere loon niet wordt afgeroomd in de supermarkt of door de huurbaas.” Daarom pleit hij voor meer zicht op en controle van de prijzen in de supermarkten en nog betere huurbescherming.
Hij is vorige week op bezoek geweest bij jongeren die in een begeleidwonentraject zitten. Dit project is in maart 2021 van start gegaan. Volgens hem is dit mede het resultaat van rapporten die door de ombudsman zijn uitgebracht. Dit geldt ook voor de studenten die naar Nederland gaan en nu voor vertrek zaken kunnen regelen doordat ze al een bsn-nummer hebben. ,,Dit zijn dingen waarvan ik wel durf te zeggen dat we daar ons steentje aan hebben bijgedragen.”
Al meer dan tien jaar gaan de meeste klachten die door de ombudsman worden behandeld over het openbaar lichaam, de politie en Zorg en Jeugd Caribisch Nederland. ,,Ik heb onlangs weer een rapport naar buiten gebracht over een hond die is afgeschoten en dan zie je dat er instructies zijn die niet worden nageleefd en ik vraag me af of de politie de schietvaardigheid onderhoudt. Er zijn dingen ingeslopen die normaal worden gevonden maar die niet normaal zijn. Dus ik moet het blijven zeggen en de verandering kost veel tijd.” Uit gesprekken die hij heeft gevoerd blijkt dat het vaak gevoeld wordt als ‘die regeltjes van Nederland’. Zijn reactie hierop is dat het heel veel gaat over integer handelen en dat dat niets te maken heeft met waar iemand geboren is of waar iemand woont. ,,Integer is integer. Het heeft misschien meer te maken met de kleinschaligheid, dat je mensen weer tegenkomt op straat.”
Wanneer organisaties de aanbevelingen van de ombudsman niet willen uitvoeren dan moeten ze volgens Van Zutphen wel met een goed verhaal komen. Maar hebben ze dat niet dan heeft hij vervolgens geen mogelijkheden om iets af te dwingen. Dat is aan de politiek. ,,Dat is de reden waarom ik in Nederland met veel rapporten naar de Tweede Kamer ga met de vraag of de Kamer de minister bevraagt of iets met de aanbevelingen is gedaan.” In CN zou de eilandsraad de gedeputeerde moeten aanspreken. Maar die stap wordt volgens hem heel mondjesmaat gezet.
Er is op Bonaire nog steeds een groep kinderen die buiten de boot valt. Er is geen onderwijs waarin ze tot hun recht komen. Ook hier is door met name de kinderombudsman eerder aandacht aan besteed maar het probleem is de wereld niet uit. ,,Het begint ermee dat erkend en hardop gezegd wordt dat het onderwijs voor deze groep er in ieder geval zou moeten zijn, dat overheden zeggen dat ze vinden dat kinderen die extra aandacht nodig hebben die aandacht ook zouden moeten krijgen. En als het niet kan in de mate zoals dat in Nederland het geval is en als het per se in het reguliere onderwijs moet plaatsvinden dan zul je daarvoor iets bijzonders moeten doen”, zo vindt Van Zutphen. Hij zegt toe dit punt met Kalverboer te bespreken en, zo mogelijk, op de ombudsagenda te zetten.
