Van onze correspondent
Oranjestad - De Arubaanse parlementsvoorzitter Edgard Vrolijk (MEP) vindt dat het College financieel toezicht (Cft) te veel op de stoel van bestuurders en Statenleden zit en eigen belangen voor laat gaan. Dat zei hij in zijn openingstoespraak bij het Interparlementair Koninkrijksoverleg (Ipko).
Vrolijk maakte duidelijk dat de Arubaanse delegatie op twee punten duidelijkheid wil krijgen. De Eerste Kamer en de Tweede Kamer moeten schriftelijk antwoord geven op de vraag of een afspraak die tussen de regering en de Rijksministerraad (RMR) is gemaakt, ervoor kan zorgen dat het amendementsrecht van het parlement opzij wordt gezet. Vrolijk verwees daarbij specifiek naar een situatie die in het Arubaanse parlement is ontstaan, toen het wetgeving over de topinkomens via een amendement aanpaste. De vraag geldt echter voor alle parlementen.
Daarnaast wil de delegatie weten welk deel van de liquiditeitssteun die Nederland tijdens de pandemie aan Aruba gaf, kan worden gezien als een gift. Dit heeft te maken met het herfinancieren van de schuld. ,,We willen weten welk deel van deze financiële steun een gift is en welk gedeelte als lening wordt gezien. Aruba wil het geleende bedrag herfinancieren tegen een lagere rente. Dat is volgens ons de oplossing om de overheidsfinanciën snel op orde te brengen. Dus, we willen weten hoeveel geld we moeten herfinancieren.”
De parlementsvoorzitter had een harde boodschap voor het Cft. ,,Aruba staat voor enorme financiële uitdagingen. In 2020 was de staatsschuld 19 procent van het bruto binnenlands product. Dat is in 2023 verlaagd met 25 miljoen florin. Dit wordt onder andere bereikt met bezuinigingen die niet populair zijn. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) vindt het indrukwekkend wat Aruba op financieel gebied tot nu toe heeft bereikt. Het Cft vindt echter dat de regering niet serieus bezig is.” Vrolijk zei dat dit komt omdat het juridisch kader bij het Cft niet duidelijk is. ,,Het college gaat steeds vaker op de stoel van de regering of het parlement zitten. Het lijkt alsof ze hun eigen belangen aan het behartigen zijn.”
Vrolijk gaf als voorbeeld dat het college vaak dreigt met een aanwijzing op juridisch gebied of op beleidsmatig gebied. Hij vindt dit opmerkelijk. ,,In Nederland wordt het minimumloon verhoogd en worden de belastingen verlaagd. Aruba wil hetzelfde doen en wordt door het Cft afgestraft. Aruba moet de belastingen verhogen. Maar dit druist in tegen het beleid dat is uitgesproken op Prinsjesdag.”
Volgens de parlementsvoorzitter blijft het Cft hangen bij normen die van toepassing waren voordat de pandemie begon. ,,Die pre-covid-normen zijn niet realistisch, we hebben nieuwe normen nodig die passen bij de huidige economische situatie. Aruba zegt dit, het IMF heeft dezelfde mening. Maar de RMR en het Cft houden toch vast aan de oude normen. Daarmee is Aruba niet gelijkwaardig aan Nederland en dit ondermijnt de rechtszekerheid”, aldus Vrolijk.
