Van een onzer verslaggeefsters
Willemstad - De Staten vergaderen deze week over een aantal uiterst belangrijke zaken. Misschien wel hét belangrijkste punt op de agenda deze week: de toekomst van de Isla-raffinaderij en de zoektocht naar een strategische partner.
Vandaag wordt de openbare vergadering die eerder op zowel 19 juni en 13 augustus werd geschorst over het beleid van het Korps Politie Curaçao en de politieopleiding, om 10.00 uur hervat. Hiervoor is minister Quincy Girigorie (PAR) van Justitie uitgenodigd.
In de middag vindt een openbare vergadering plaats met premier en tevens minister van Algemene Zaken Eugene Rhuggenaath (PAR) over misbruik van minderheden binnen verzorgingstehuizen op Curaçao.
Morgen, dinsdag 28 augustus, wordt om 10.00 uur een centrale commissievergadering van de Staten gehouden, waarbij de Staten zich door de premier en minister Steven Martina (MAN) van Economische Ontwikkeling laten informeren over de nieuwe ontwikkelingen bij de zoektocht naar een strategische partner voor de exploitatie van de Isla-raffinaderij nadat eind 2019 het leasecontract met het Venezolaanse staatsbedrijf PdVSA afloopt. Ook zullen de twee ministers de parlementsleden bijpraten over de positie van de energieketen, wanneer zich mogelijk een schaarste aandient bij de levering van brandstof.
Tot slot vergaderen de Statenleden donderdag 30 augustus om 09.00 uur tijdens een centrale commissievergadering met minister Zita Jesus-Leito (PAR) van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning over het beleid en de ontwikkeling bij Klein Curaçao. Vervolgens wordt de brief van de Algemene Rekenkamer Curaçao van 13 augustus aan de Staten behandeld. In deze brief - daarover schreef deze krant reeds uitvoerig - geeft de Algemene Rekenkamer aan dat het onderzoek naar de rechtmatig- en doelmatigheid van de verkoop- en aankoopprocedure van de panden van het Curaçaohuis aan de Badhuisweg/Wagenaarweg in Den Haag wordt voortgezet. De onderzoeken zijn niet primair gericht op het signaleren van fraude, zo liet de Rekenkamer weten. ,,Echter, mocht tijdens een onderzoek indicatie van fraude worden geïdentificeerd, dan zal de Rekenkamer conform de opgenomen bepalingen van haar landsverordening de voorgeschreven stappen ondernemen.”