Cft: Verbeteringen moeten wel verankerd worden

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Lidewijde Ongering, de voorzitter van het College financieel toezicht (Cft), het orgaan dat als doel heeft het bewerkstelligen van een duurzame financiële overheidshuishouding in alle landen van het Koninkrijk, begon en eindigde de persconferentie over de financiële stand van zaken op Curaçao positief. Maar daar tussenin werden ook de nodige zorgen geuit, zoals over de Landsbegroting voor 2024, de vertraagde invoering van het vergunningenstelsel voor de kansspelsector en de financiële situatie van het Curaçao Medical Center (CMC).

Het goede nieuws waarmee Ongering woensdag de persconferentie aftrapte, waren het zichtbare herstel van het toerisme en de Curaçaose economie. Dit jaar wordt er een economische groei verwacht van 3,8 procent en voor 2024 is op dit moment 3,4 procent geraamd. Deze positieve cijfers hebben volgens de Cft-voorzitter alles te maken met de hogere belastingopbrengsten - ruim 18 procent meer dan in 2022 - die gerealiseerd worden door een betere compliance op de belastingplicht.

Complimenten voor Financiënminister Javier Silvania (MFK) zijn volgens Ongering in dit kader op zijn plek. Wel benadrukt ze dat deze verbetering verankerd dient te worden, zodat hier ook op de langere termijn van wordt geprofiteerd.

Wat betreft het toerisme, merkt Ongering op dat dit duidelijk de kurk is waar de lokale economie op drijft. De ontwikkelingen en vooruitzichten zijn positief. Dit jaar stevent Curaçao af op een aantal van 550.000 verblijfstoeristen, die het eiland heeft mogen verwelkomen. Verwacht wordt dat dit in 2025 stijgt naar 650.000. Onder meer doordat steeds meer airlines Curaçao aandoen en door het toenemende aantal hotels.

,,Zorgelijk is het investeringsniveau”, vervolgt Ongering haar verhaal. Voor het lopende jaar was 1,4 procent beraamd, maar waarschijnlijk wordt het jaar beneden de 1 procent geëindigd. Het gemiddelde niveau van vergelijkbare economieën in de Caribische regio is volgens het Internationaal Monetair Fonds (IMF) 4 procent. Kortom: volgens het Cft moet er meer geïnvesteerd worden, wat voor een verdere versterking van de economie zorgt.

Dan komt de Landsbegroting voor 2024 aan de orde. ,,Die was sluitend”, zo zegt Ongering. ,,Maar wel onvolledig”. Hiermee doelt zij op twee kostenposten, die op dat moment nog niet volledig bekend waren, en tezamen voor een last van naar schatting 70 miljoen gulden zorgen. Het gaat hier om de rentelasten, behorend bij de herfinanciering van de coronaleningen en de kosten die gemoeid zijn met de oplossing voor het Ennia-probleem.

De Cft-voorzitter is positief, maar ook realistisch over het in goede banen kunnen leiden van deze grote kostenposten: ,,Wij denken dat de mogelijkheden er zijn, maar dan moet daar wel naar gehandeld worden”, zo zegt zij.

Vervolgens staat Ongering stil bij het dossier Ennia. Omdat met een doorstart, met van Nederland geleend geld, de rentelastennorm zou worden overschreden, is er meermaals geadviseerd dit niet te doen. De risico’s hiervan zouden aanzienlijk zijn. ,,Nederland zou dan geld lenen aan Curaçao, die dat vervolgens weer zou uitlenen aan ‘Ennia Nieuw’”, zo zegt Ongering. Hierdoor zou het nieuwe bedrijf met een grote ballast beginnen. ,,Hoe realistisch is dat”, vraagt ze zich hardop af. Een gecontroleerde afwikkeling is volgens haar een stuk behapbaarder.

Over een oplossing voor de aanhoudende verliezen van het CMC had het Cft geen goed nieuws te melden. ,,De situatie is onverminderd zorgwekkend”, zegt Ongering. Het ook aanwezige collegelid Hans Hoogervorst voegt daaraan toe: ,,De voortgang is onvoldoende zichtbaar. Een rapport hierover had ik al verwacht, maar dat hebben we nog niet.”

Zoals gezegd sloot Ongering de bijeenkomst met een positieve noot af. ,,Er zijn weliswaar grote uitdagingen, maar ook goede resultaten. Curaçao laat zien dat het tot veel in staat is. Er liggen dan ook geen onmogelijke opdrachten, maar het komt nu wel aan op daadkracht.”