OPINIE: Woorden kunnen doden
Ter nagedachtenis aan Eugene Thomas, vader van Miss Curaçao Camille Thomas
Door Jada Blomont
,,Zonder mij red jij het nooit.”
,,Niemand zal jou ooit geloven.”
,,Je bent ziek in je hoofd.”
,,Als jij vertrekt, maak ik er een einde aan.”Deze uitspraken lijken misschien onschuldig. Maar binnen relaties waar één persoon de ander systematisch controleert en mentaal sloopt, kunnen ze dodelijk zijn. Niet met geweld, maar langzaam, dag na dag.
Op Curaçao erkennen we fysiek geweld in relaties als strafbaar. Maar voor deze vorm van structureel psychisch geweld, ook wel ‘coercive control’ genoemd, is nauwelijks juridische aandacht. Zeker niet wanneer het slachtoffer uiteindelijk de enige uitweg ziet in zelfdoding. En dat is een probleem waar we dringend over moeten praten.
De onzichtbare wond
Iedereen kent het beeld van een slachtoffer van huiselijk geweld: blauwe plekken, gebroken botten, angstige ogen. Maar wat als het geweld geen sporen op het lichaam achterlaat, alleen op de geest? Wat als iemand dagelijks wordt vernederd, geïsoleerd en afhankelijk gemaakt?
Deze vorm van psychische mishandeling gebeurt vaker dan we denken. En het is vaak moeilijk te herkennen, door omstanders én door het slachtoffer zelf. Wie jarenlang wordt gemanipuleerd, klein gehouden en geïsoleerd, verliest soms het vermogen om de situatie te beoordelen. Tot het te laat is.
De tragiek is dat veel van deze mensen nergens terechtkunnen. Ze krijgen te horen dat ze ‘gewoon kunnen weggaan’, dat het ‘geen misdrijf’ is, of dat het ‘allemaal tussen vier muren is gebeurd’. Maar wie echt begrijpt wat coercive control is, weet: het is een langzaam vergif. En in sommige gevallen eindigt het dodelijk.
Een echte casus, een stille tragedie
Een schrijnend voorbeeld komt van Camille Thomas. Velen kennen haar als de pas verkozen Miss Curaçao. Maar achter haar glimlach en podiumkracht schuilt een diep persoonlijk verlies. Haar vader, Eugene Thomas, overleed anderhalf jaar geleden door zelfdoding. Hij was jarenlang vermoedelijk slachtoffer van geestelijke mishandeling. Geen klappen, geen blauwe plekken. Maar een dagelijkse stroom van vernedering, isolatie en psychische druk die hem langzaam brak.Camille zag van dichtbij hoe haar vader veranderde van een trotse, warme man tot iemand die zichzelf volledig kwijtraakte. Op een dag was hij er niet meer. Wat overbleef, was verdriet, ongeloof en diepe frustratie. Niet alleen vanwege zijn dood, maar ook door de juridische leegte die daarop volgde. Er bleek geen wettelijk kader waarin dit onrecht paste. Geen strafbaar feit. Geen vervolging. Geen gerechtigheid. De dood van Eugene werd afgedaan als ‘zijn eigen keuze’. Maar iedereen die hem kende, wist beter.
Voor Camille was dit onaanvaardbaar. In de nasleep van het verlies besloot ze in actie te komen. Ze zette zelf de eerste lijnen uit voor een wetsvoorstel om structureel psychisch geweld strafbaar te stellen. Dat voorstel deelde ze met ons kantoor, Murray Attorneys at Law. Samen hebben ze het verder uitgewerkt. Haar persoonlijke strijd werd zo het begin van een bredere juridische en maatschappelijke beweging.
Het juridische gat
In ons strafrecht bestaat er geen bepaling die specifiek structureel psychisch geweld strafbaar stelt. In theorie kun je via het artikel over mishandeling een poging doen om geestelijke schade aan te tonen. Maar de drempel is hoog, en bewijs is zeldzaam. Zeker als het slachtoffer niet meer leeft.
Een andere optie is het artikel over hulp bij zelfdoding, maar dat gaat alleen over situaties waarin iemand actief wordt geholpen bij of aangespoord tot suïcide. Jarenlange geestelijke onderdrukking? Dat valt er niet onder.
Daarmee ontstaat een leegte: wie iemand psychisch breekt tot de dood erop volgt, hoeft juridisch niets te vrezen. Dat is niet alleen een juridisch probleem, maar ook een morele blinde vlek.
Bewustwording en verandering
We moeten durven zeggen dat ook psychisch geweld ernstig is. Dat het net zo beschadigend kan zijn als fysiek geweld. En dat het, in de ernstigste gevallen, mensen het leven kan kosten.
De eerste stap is bewustwording. Dat begint bij het herkennen van patronen: controle over geld, isolatie van vrienden, constante kritiek, dreigementen, schuldgevoel inprenten, emotionele chantage. Dit zijn geen normale relatieproblemen. Het zijn tekenen van een dieper probleem.
De tweede stap is maatschappelijke erkenning. Erkenning dat deze vorm van geweld niet privé is, maar publiek. Dat het niet ‘tussen twee mensen’ blijft, maar impact heeft op families, kinderen en de samenleving als geheel.
De derde stap is wetgeving. Als samenleving kunnen we het ons niet veroorloven om weg te kijken terwijl mensen systematisch geestelijk worden ondermijnd, zonder dat daar juridisch tegen kan worden opgetreden. Een wettelijke basis is noodzakelijk om deze vorm van ernstig misbruik te benoemen, te signaleren en - waar nodig - te sanctioneren.
Een dergelijke wet bestaat al in landen als het Verenigd Koninkrijk. In Nederland wordt eraan gewerkt. Maar zelfs daar wordt het effect op suïcide nauwelijks benoemd. Curaçao kan hierin een voortrekkersrol spelen door te erkennen dat psychisch geweld soms ook dodelijk kan zijn.
Een dergelijke wet moet uiteraard zorgvuldig worden vormgegeven. Het gaat niet om het strafbaar stellen van elke ruzie of elk verwijt. Het gaat om langdurige patronen van controle en vernedering. Er moet gekeken worden naar bewijs, zoals berichten, verklaringen van hulpverleners of bekenden, dagboekfragmenten.
Daarnaast kan de wet voorzien in bredere maatregelen: voorlichting op scholen, training voor politie en hulpverleners, betere opvang voor slachtoffers, en psychologische begeleiding voor daders.
De nasleep voor wie achterblijft
Psychisch geweld stopt niet bij het slachtoffer. Het laat diepe sporen na bij de mensen die achterblijven. Kinderen die hun ouder verliezen aan suïcide dragen een last die levenslang kan doorwerken: schuldgevoelens, verdriet, onzekerheid. Het gevoel dat er niemand was die hen of hun ouder beschermde. Voor Camille is het trauma nog vers. Maar ook haar verhaal geeft anderen moed en een stem.
Waarom het ons allemaal aangaat
Sommige mensen zullen zeggen: ,,Moeten we nou alles strafbaar maken?” Of: ,,Dit is toch privé?” Maar wie goed kijkt, ziet dat psychisch geweld geen randverschijnsel is. Het zit overal. In alle lagen van de bevolking. En de gevolgen zijn verwoestend: depressie, angststoornissen, suïcide.
Wie iemand fysiek tot de dood brengt, wordt vervolgd. Waarom zouden we dan niets doen als iemand geestelijk tot het uiterste wordt gedreven?
We zeggen vaak dat woorden geen wapens zijn. Maar dat is niet altijd waar. Woorden kunnen beheersen, breken, isoleren. En soms, als niemand ingrijpt, kunnen woorden doden.
De auteur, mr. Jada Blomont, is advocate bij Murray Attorneys at Law en legt zich, naast haar dagelijkse praktijk, samen met Camille Thomas en ondersteund door mr. Mirto F. Murray, toe om pro bono een wetsvoorstel waarin psychisch geweld strafbaar wordt gesteld te concipiëren en te zijner tijd aan te bieden aan de minister van Justitie.
Grote zorgvuldigheid
Dit artikel is met grote zorgvuldigheid tot stand gekomen. Het verhaal van Eugene Thomas is gedeeld met uitdrukkelijke toestemming en medewerking van zijn dochter Camille Thomas en andere naaste familieleden. Namen en gebeurtenissen die betrekking hebben op de familie Thomas zijn waarheidsgetrouw weergegeven, met respect voor de overledene en zijn nabestaanden. Het doel van deze bijdrage is bewustwording en maatschappelijke erkenning van een vorm van misbruik die vaak onzichtbaar blijft, maar levens ontwricht en soms beëindigt.