Kroniek van een aangekondigd debacle
Het aftreden van premier Ivar Asjes van Pueblo Soberano is in retrospectief bekeken niet verrassend. Vanaf dag één waren er fijne haarscheurtjes die in de loop van de tijd uitgroeiden tot grote lelijke barsten en een onvermijdelijke breuk. Marvelyne Wiels plaatste een eerste bommetje onder zijn premierschap, toen ze hem bij het nationale afscheid van de vermoorde PS-leider Helmin Wiels aanwees als de nieuwe minister-president. De vermoorde politiek leider zou dat bij leven tegen haar hebben gezegd.
Na de dood van Wiels deed zich een scheuring binnen de partij voor. Het oude bestuur met daarin Aubert Wiels, broer van de vermoorde leider, werd afgezet. Aubert Wiels heeft vaak in de publiciteit verklaard dat Asjes (al dan niet samen met Marvelyne Wiels) een brief vervalste, waarin hij zogenaamd door Helmin Wiels als nieuwe premier werd voorgedragen. Geen goede start voor de premier. Overigens heeft Aubert Wiels ondanks zijn verklaringen dat forensisch onderzoek de vervalsing bevestigt, daar nooit het keiharde bewijs voor geleverd.
Asjes moest als premier op een gegeven moment niet alleen de natie vertegenwoordigen, maar ook naar de eigen achterban toe zichzelf bewijzen als de leider die de volksaard en de problemen van ‘the man in the street’ begrijpt. Terwijl Helmin Wiels door alle ‘men in the street’ gezien werd als één van hen, kleefde aan Asjes het imago van een goede middenklasser of zelfs iemand van de elite die niet de taal van het volk spreekt.
Soms ging de premier getooid in een partij T-shirt en met een PS-pet op, vol gas in de aanval op zijn opponenten tijdens de wekelijkse partijbijeenkomsten. Dat optreden was een premier onwaardig en legde ook het eigen onvermogen van Asjes bloot. Later besloot de premier dat hij niet langer het woord bij de sede zou voeren, omdat hij daar ‘gedwongen’ was de aanval op partijgenoten en bewindslieden te pareren.
De eigen fractie vuurde regelmatig ongegeneerd bommen op de PS-premier af. Waarnemend fractievoorzitter Jaime Córdoba waarschuwde de premier zelfs een keer dat hij bij een volgende miststap ‘out’ was. Het lot van Asjes is typerend voor een partij die al heel lang in een vacuüm verkeert in afwezigheid van een nieuwe, inspirerende politieke leider. Binnen de partij was er geen centrale figuur, die de met elkaar strijdende kampen ver van de publiciteit, tot elkaar wist te brengen.
Bij de herdenking van de moord op Wiels werd Asjes en plein public vernederd door hem geen enkele rol in het geheel te geven. De premier moest van de zijkant de toespraken van zijn partijgenoten aanhoren en werd niet eens aan het begin van de ceremonie genoemd, laat staan verwelkomd.
Ook de bestuursverkiezingen van vorige maand bij de PS, waarbij Asjes zich kandidaat stelde voor het voorzitterschap, illustreren hoe groot de aversie jegens de eigen premier was geworden. Fractievoorzitter Melvin ‘Mac’ Cijntje, die op dat moment in Nederland was voor medische behandeling, belde live naar de bijeenkomst om uit te leggen waarom Asjes géén voorzitter moest worden. De premier trok zijn kandidatuur in, maar het kwaad was blijkbaar al geschied.
Achteraf gezien is het de vraag waarom Asjes, terwijl alle seinen binnen de partij op rood stonden, zich toch kandidaat stelde. De nu ex-minister-president wekt de indruk blind en doof te zijn geweest voor de genadeloze kritiek vanuit de PS. Bij de behandeling van het rapport van de ombudsman over Gevolmachtigde minister Marvelyne Wiels wierp de minister-president zich op als de persoon die haar ondanks het vernietigend oordeel van het onderzoek, koste wat kost blijft steunen. De PS-fractie daarentegen verklaarde de Gevolmachtigde minister zelf onder handen te zullen nemen. Nu Marvelyne Wiels haar immer loyale beschermheer is kwijtgeraakt, is het de vraag of en onder welke voorwaarden zij nog aanblijft. Voor premier Asjes is het in ieder geval einde verhaal.
Zijn opvolger moet, met de ervaring van de voorganger in gedachten, rekening houden met een fractie die er niet voor terugdeinst om de poten onder de stoel van de premier te zagen en hem of haar keihard te laten vallen.
Asjes zelf gaf gistermiddag laat, na zijn bezoek aan gouverneur Lucille George-Wout, ‘geen commentaar’. Dat volgt morgen. Opnieuw een (ex)premier onwaardig en - daags voor de Dia di Prensa (Dag van de Pers) op 1 september - respectloos voor de verzamelde media die de taak hebben de samenleving uit te leggen waarom de regeringsleider zo plotsklaps moet vertrekken.