Verkiezingen Curaçao: nooit meer hetzelfde
Door Rob van den Bergh
De volgende verkiezingen op Curaçao zullen nooit meer hetzelfde zijn. Morgen gaat, als het weer het toelaat, Curaçao stemmen. Afgelopen maand hebben wij als Kenniscentrum verkiezingsonderzoeken gehouden. Ook is er onderzoek gedaan in opdracht van Yves Cooper naar het stemgedrag op ons eiland. Wat heeft het ons geleerd en zullen de volgende verkiezingen weer op deze manier gaan? Mijn antwoord is: nee. Politieke marketing, communicatie en permanente verantwoording afleggen aan de burger zullen de volgende verkiezingen een geheel ander gezicht geven.
Het beeld van de doorsnee kiezer is dat hij of zij de politiek zat is. In de vijf onderzoeken door ons uitgevoerd, van juni 2015 tot en met september 2016*), geven burgers in overgrote meerderheid aan dat de politiek een pot nat is, men er zit voor zijn eigen belang of belang van een groep of familie en politici niet te vertrouwen zijn. Terugkijkend op meer dan 15 jaar aan verkiezingsonderzoeken, geeft het beeld dat de kiezer ongelooflijk veel cynischer is geworden over de politiek, het gaat over ‘hun’ en niet over ‘ons’. Dit verklaart voor een groot deel waarom er zo veel zwevende kiezers zijn, die zelfs in de laatste week voor de verkiezingen nog niet weten wat ze stemmen. Desondanks is er hoop.
Politieke debatten
Om meer inzicht te krijgen wat politieke partijen willen doen om de economie weer aan het groeien te krijgen hebben wij als Economenvereniging**) een zeer goed bezocht en gecoverd politiek debat georganiseerd bij de University of Curaçao (UoC) met twaalf partijen vertegenwoordigd. Na ons hebben onder meer de Chata, studenten, Cifa en Paradise FM vergelijkbare initiatieven genomen, waarbij lijsttrekkers, dan wel vertegenwoordigers, van politieke partijen moeten uitleggen wat hun plannen voor de komende regeerperiode zijn. Veel stemmers hebben deze debatten bezocht, gevolgd via radio of televisie en het verslag daarvan de volgende dag in de krant gelezen.
Dat geeft aan, dat ondanks alles, de interesse voor politiek op ons kleine eiland leeft. Maar de politiek die vaak als een pot nat gezien wordt, wat gaat die eraan doen?
Belofte maakt schuld?
De politieke partijen vertonen doorgaans een gedrag van voor de verkiezingen beloften doen en daarna is het weer ‘business as usual’, waarbij er weinig terechtkomt van de gedane beloften. Al vele jaren beloven politieke partijen dat ze zich inzetten voor de economische groei, zodat er banen gecreëerd worden om te zorgen dat ook alle jongeren kunnen werken. De werkelijkheid is dat er van een duurzaam economisch beleid al 20 jaar niks terechtkomt, ondanks wellicht af en toe initiatieven van goed bedoelende ministers. Onderwijs staat voor de burger***) zeer hoog op de agenda; zo ook op die van alle politieke partijen. Een simpele kijk in de begroting van onderwijs laat zien dat deze prioriteit niet of nauwelijks vertaald wordt in meer geld voor onderwijs. Hoe krijg je dan beter onderwijs is mijn simpele vraag? Ook is het voor mij onduidelijk waar - zonder lasten verzwaring voor burger en bedrijven - een verhoging van de AOV-uitkering of verlaging van de pensioengerechtigde leeftijd uit betaald moet gaan worden.
Communicatie moet
Buiten de communicatie met de ‘hardcore’ partijleden duurt die met de gewone kiezer slechts twee maanden per regeerperiode. Pas na de schoolvakantie kreeg de gewone kiezer politieke aandacht, met als doel om morgen op betreffende kandidaat of politieke partij te stemmen. Zo was het. De toegenomen ‘connectivity’ (Facebook, WhatsApp, maar ook gewoon e-mail, etc.) zorgt ervoor dat partijen, partijleiders en leden van partijen kunnen communiceren met hun volgers. Mondjesmaat maken de oude gevestigde partijen daar gebruik van. Voor deze partijen lijken niet de sociale media maar het aantal vlaggen aan lantarenpalen en uitgedeelde T-shirts een graadmeter voor een geslaagde campagne. Partijen die meer en beter met hun (potentiële) kiezers communiceren - niet alleen 2 maanden, maar gedurende het gehele jaar en de gehele regeerperiode - lijken aan de winnende hand. Het blijkt trouwens uit het onderzoek van Yves Cooper dat de belangrijkste drijfveren om op een bepaalde partij te stemmen te maken hebben met het image van de lijsttrekker, het hebben van een persoonlijke relatie met de kandidaat op de lijst en het (goede) werk dat hij/zij geleverd heeft. Daarbovenop geldt dat het vooral jongeren zijn die veelvuldig op sociale netwerken zitten; dus de partij die het beste ‘connected’ is, heeft de jeugd. De verkiezingsonderzoeksresultaten lijken dat te bevestigen. De partijen die relatief weinig gebruik maken van sociale media lijken te vergrijzen en de aansluiting met de jongere kiezer te missen.
Door een goede en meer op de burger gerichte communicatie, jaar rond, zichtbaarheid en aanspreekbaarheid lijkt het erop dat de partij en kandidaat die dat het beste doet, de meeste kiezers aan zich bindt. Indicaties uit de verkiezingsonderzoeken lijken dit vermoeden te bevestigen.
Onderzoek naar stemgedrag, meningen van burgers, hoe kiezer te bereiken en hoe met ze te communiceren, wordt nauwelijks gedaan. Bij de presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten is dat tot een geldverslindende wetenschap uitgegroeid, waarbij profilering van de kandidaat nauwkeurig wordt gefinetuned op wat de kiezer wil. Welke kennis hebben de politieke partijen op Curaçao van wat hun (potentiële) kiezer wil; welke partij heeft dat onderzocht?
Politieke verantwoording
Van de stemgerechtigde geeft 73 procent aan te stemmen, terwijl 16 procent overweegt te gaan stemmen bij de komende verkiezingen. De opkomst bij verkiezinge, toont aan dat de burger - ook die het maar ‘een pot nat’ of ‘corrupte bende’ vindt - graag zijn stem uitbrengt. De interesse van debatten geeft aan dat politici niet alleen stemmen winnen door voedselpakketten uit te delen (etc.), maar in toenemende mate ook inhoudelijk uitleg moeten geven over hun beleidsvoornemens. Hoewel de afgelopen debatten wellicht wat zoetsappig waren, zouden de volgende debatten heel goed kunnen gaan over wat een minister of regering gepresteerd heeft en wat het Statenlid of de partij, waar we onze stem op hebben uitgebracht, voor ons en ons eiland doet. Zorgen onze gekozen volksvertegenwoordigers voor beter onderwijs? Is er meer geld van de begroting naar onderwijs gegaan? Wat is er gedaan om de economie waar te laten groeien?
De kiezer kan het tegenwoordig gewoon aan een Statenlid vragen, via hun Facebookpagina. Maar ook een Statenlid kan ‘gewoon’ aan zijn volgers vragen wat zij willen of ervan vinden.
Nooit meer hetzelfde
De volgende verkiezingen gaan over het communiceren tussen politicus en kiezer. Wie dat snapt, blijft en wint; wie dat niet snapt, die verliest. Hopelijk wordt daarmee ook bereikt dat er beter beleid komt en dat regering, ministers en Statenleden meer ter verantwoording geroepen worden over wat ze doen, maar ook wat ze niet hebben waargemaakt van hun verkiezingsbeloften.
*) Verkiezingsonderzoeken zijn uitgevoerd in: juli 2015, maart, juli, augustus en september 2016; onder een representatief deel van de kiezers met steekproeven onder 550 tot ruim 1.000 personen.
**) Politiek debat over de economie, 27 augustus 2016. Georganiseerd door de Association of Dutch Caribbean Economists. Coördinatoren: Paul Helmich en ondergetekende.
***) Eerste en tweede piniepeiling Statenverkiezing Curaçao 30 september 2016.
Rob van den Bergh is econoom/onderzoeker.