Hoe kleiner een land hoe meer buitenland. Dat leidt er vaak toe dat met veel andere landen zaken worden gedaan. Andere landen kennen allemaal weer eigen regels en al die regels van de verschillende landen zijn zelf ook weer verschillend. Van afstemming is geen sprake. In de EU probeert men dergelijke discrepanties zoveel mogelijk op te lossen door overkoepelende wetgeving maar dat lukt lang niet altijd door eigen belangen van de lidstaten. Het hiervoor geschetste probleem doet zich zeker ook voor ten aanzien van belastingen. Van enige afstemming tussen landen is geen sprake en zo kan het zich gemakkelijk voordoen dat bij grensoverschrijdende transacties of bij grensoverschrijdende inkomsten dubbele belastingheffing plaatsvindt en soms overigens ook sprake is van een heffingsvacuüm. Voor Curaçao is dat in de relaties met het buitenland niet anders. Het wordt ook veroorzaakt door het feit dat landen weliswaar in beginselen vergelijkbare systemen van belastingheffing kennen maar die als zodanig in internationaal verband al snel tot dubbele belasting leiden.

PeterKavelaars 2023Kort gezegd past bijna elk land de volgende twee basisregels toe voor zowel natuurlijke personen als entiteiten: indien een persoon of entiteit in een land woont of is gevestigd, vindt belastingheffing plaats over het wereldinkomen, dus ongeacht waar het inkomen vandaan komt. De andere basisregel is dat indien in een land inkomen opkomt, bijvoorbeeld loon, winst of dividend, dat land daarover doorgaans belasting heft ongeacht waar de gerechtigde woont. Het zal duidelijk zijn dat als de meeste landen deze twee principes toepassen, er bij grensoverschrijdende inkomsten veelal dubbele belastingheffing plaatsvindt. Als daar niets aan wordt gedaan is het weinig aantrekkelijk om bijvoorbeeld in een ander land dan waar iemand woont of waar een onderneming is gevestigd te werken, ondernemingsactiviteiten te hebben of te beleggen. Zie daar de belangrijkste reden om belastingverdragen te sluiten: er wordt voorkomen dat dubbele belastingheffing plaatsvindt en dat kan dan weer leiden tot economische stimulansen voor grensoverschrijdende investeringen. Dat kan dan uiteraard twee kanten op. Als we uitgaan van Curaçao leidt het voorkomen van dubbele belasting voor inwoners van Curaçao ertoe dat het aantrekkelijk is in het buitenland te ondernemen, werkzaamheden te verrichten en te investeren of te beleggen. Maar omgekeerd is het voor buitenlanders ook aantrekkelijk om in Curaçao te investeren en te beleggen. Hoe dan ook komt het dus de economie van een land ten goede.

Curaçao had lange tijd drie verdragen: een echt verdrag met Noorwegen, en twee bijzondere verdragen met Europees Nederland, respectievelijk de andere delen van het Koninkrijk. Bijzondere verdragen, omdat er tussen de landen van het Koninkrijk geen verdragen kunnen worden gesloten. Om tussen de landen van het Koninkrijk toch te voorkomen dat sprake is van dubbele belasting, is al heel lang geleden de bekende Belastingregeling voor het Koninkrijk - de bekende BRK - gesloten die in essentie hetzelfde regelt als verdragen, maar dan tussen de landen van het Koninkrijk. Deze BRK is bijna tien jaar geleden enigszins ingeperkt doordat tussen Nederland - inclusief de BES - en Curaçao een afzonderlijke voorkomingsregeling tot stand is gebracht, te weten de BRNC. Datzelfde is even later ook gebeurd tussen Nederland en St. Maarten, de BRNS). Op de derde overeenkomst, te weten tussen Nederland en Aruba - de BRNA - blijft het nog steeds wachten.

Onlangs heeft Noorwegen het verdrag met Curaçao helaas opgezegd. Het vond kennelijk dat er onvoldoende betekenis aan toe kwam. Inmiddels heeft Curaçao echter een eigen verdragsbeleid ontwikkeld waarin de uitgangspunten zijn opgenomen die Curaçao hanteert bij het sluiten van verdragen. Tevens is een eigen standaardverdrag ontwikkeld. Het genoemde beleid is te vinden op de website van het ministerie van Financiën. Dit beleid is vergaand afgestemd op het zogenoemde Oeso-modelverdrag. Dit modelverdrag fungeert min of meer wereldwijd als standaardvoorbeeld verdrag en wordt door het overgrote deel van de landen in de wereld toegepast. Het voordeel daarvan is dat het in het algemeen vrij gemakkelijk is om tot een belastingverdrag te komen en dat de belastingverdragen wereldwijd op elkaar lijken. Het modelverdrag wordt regelmatig geactualiseerd in verband met nieuwe ontwikkelingen. Overigens dateert de laatste versie alweer van 2017. In deze laatste versie zijn belangrijke toevoegingen opgenomen die allemaal samenhangen met het voorkomen van het ontwijken van belastingen. De afgelopen jaren is het bestrijden van belastingontwijking een hot topic. Belastingontwijking gebeurde vaak ook door de toepassing van belastingverdragen. Dat willen landen voorkomen en hebben om die reden het Oeso-MV daarop aangepast.

Zoals gezegd sluiten het modelverdrag van Curaçao en het verdragsbeleid nauw aan bij dat Oeso-MV. Op basis daarvan is Curaçao nu doende om met andere landen tot een concreet verdrag te komen. Daarbij kwam eerst Malta in beeld, omdat met dat land al heel lang geleden een verdrag overeen was gekomen dat echter nooit geratificeerd was en niet in werking was getreden. Dit verdrag is op een aantal punten aangepast met name in verband met het tegengaan van het ontwijken van belasting. Daarmee is het nog niet in werking getreden want dat kan pas als het door de ministers van buitenlandse zaken van beide landen is ondertekend. Bovendien kan het (Nederlandse) parlement verzoeken om een uitdrukkelijke goedkeuringsprocedure, hetgeen inhoudt dat het verdrag eerst als wetsvoorstel door het parlement moet worden goedgekeurd. Dat is nu inmiddels gebeurd met het verdrag met Malta, hetgeen overigens nog wel wat voeten in de aarde had. Andere verdragen waar momenteel op vergelijkbare wijze wordt gewerkt zijn die met San Marino en zeer recent met Suriname. Vooral deze laatste is interessant, omdat er relatief sterke economische banden zijn met dat land. Het verdrag zou dan diverse fiscale obstakels kunnen wegnemen hetgeen de betrekkingen tussen beide landen kan intensiveren. Tot slot is op dit moment ook de BRNC aangepast, vooral in verband met de antimisbruikbepalingen die in het Oeso-MV zijn opgenomen. Ook deze wijziging is inmiddels door het parlement goedgekeurd. Belangrijk voor de nabije toekomst is dat er vooral ook verdragen tot stand komen met belangrijke handelspartners van Curaçao. Dat betekent dat de aandacht zich vooral zou moeten richten op landen in Midden- en Zuid-Amerika. Dat zal nog wel een uitdaging worden.
In een volgende column ga ik in op enkele belangrijke bepalingen uit de door Curaçao gesloten belastingverdragen.

Peter Kavelaars is hoogleraar Fiscale Economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en of counsel bij Deloitte Dutch Caribbean.

ADOpinie 800

 

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.