Of: neem het Statuut van 1954 nog eens ter hand

Door Lammert de Jong

Curaçao maakt een crisis door. Op 25 juni gingen Punda en Otrobanda op slot; Fort Amsterdam werd overrompeld, de chef van Korps Politie Curaçao nam ontslag. Stemmen spreken zich uit: Neen tegen Nederland! Door corona is alles gaan schuiven, óók de discussie over de positie van Curaçao in het Koninkrijk en in het bijzonder de verhouding met Nederland. Al weken worden alternatieven besproken, onder andere de onafhankelijkheid. Zover zal het niet komen! Uiteindelijk is dat geen alternatieve optie voor de Nederlandse nationaliteit en bijhorende mensenrechten, ‘the right to have rights’, van Caribische Nederlanders. Die moeten overigens alsnog gestand worden gedaan. Daar draait het om!

F10 OPINIE Alternatieven 1 DUSHIIntegratie in Nederland als middelgrote gemeente scoort hoge ogen. Dat is inderdaad een alternatief. Echter, na de rampzalige 10-10-’10-jaren (,,Onafhankelijkheid, belt u maar, dat regelen we zo!” ofwel lees: dan zijn we van jullie af!) en de huidige denigrerende malaise, zou integratie van de CAS-landen (Curaçao, Aruba en Sint Maarten) in Nederland neerkomen op een terugkeer naar een identiteitsstatus van ‘onderdanen’ (‘zijn ze wel beschaafd genoeg’?). Een onverteerbare gang!

Een vergelijking met de Franse Départements d’outre mer gaat niet op. De Franse eilanden claimden van meet af aan Frankrijk als hun land, en streefden naar een dekolonisatie van het Franse moederland: geen onafhankelijkheid voor zichzelf, maar to be apart together. Zij achten zich Fransen, en claimden het recht van een volwaardige Franse nationaliteit. Dat gaat voor het bewustzijn van de Caribische Nederlanders (nog niet) op.

De beste optie is het Statuut nog eens ter hand te nemen. Met de bedoeling de zorgplicht van de CAS-landen en de waarborggarantie van het Koninkrijk nu eens goed uit te werken in hun onderlinge verhouding, en met inachtneming van de fundamentele betekenis van de nationaliteit. Het Statuut maakt geen onderscheid naar woonplaats van Nederlanders; ook de Caribische Nederlanders zijn verzekerd van de rechten verankerd in de Nederlandse nationaliteit. Het ene staatsburgerschap van het Koninkrijk behoort tot de verworvenheden van een op gelijkwaardigheid gebaseerd staatsverband.

In dat verband stelt Ernst Hirsch Ballin dat het begrip ‘nationaliteit’ verheldering behoeft. Iemands nationaliteit betekent veel meer dan het hebben van een paspoort als reisdocument; het is bepalend voor zijn mensenrechten in relatie tot staat en maatschappij. De werkelijke betekenis hiervan gaat veel verder dan tegenwoordig gangbaar is, en ook verder dan menig DKR-bestuurder (Directie Koninkrijksrelaties) bereid is te erkennen. Het Nederlanderschap fungeert als ankerpunt voor de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (Universal Declaration of Human Rights (UDHR), zowel in Nederland als in de CAS-landen. Dat is meer dan een paspoort, het garandeert: ‘the right to have rights’.

Dus kan er geen sprake zijn van een Kingdom Ltd (contradictio in terminis) maar moet een Koninkrijk worden neergezet zoals in 1954 was bedoeld, maar nimmer operationeel is uitgewerkt. Geen keuze tussen een Koninkrijk van het hoofd respectievelijk het hart, dat zijn dagdromen waar niemand rechtens wat aan heeft. Een operationele uitwerking van het Statuut die handvatten biedt is nu geboden. Inderdaad, vastleggen wat ‘onderlinge hulp en bijstand’ in de praktijk betekent, en metterdaad heeft betekend, voorafgaande aan het klapstuk van 10-10-‘10 toen Nederlands minister-president jubelde: ‘Samen veel geld verdienen’, evenwel zonder iedereen daarvan te overtuigen, toen niet, en nog steeds niet. Ruttes 10-10-’10-credo was een loze kreet!

In de jaren 90 van de vorige eeuw konden Curaçao en onderhorigheden, alsook Aruba, rekenen op ‘hulp en bijstand’ van Nederland. Daarmee zijn tal van structurele voorzieningen tot stand gekomen, zoals Monumentenzorg en Stadsvernieuwing, met als klinkend resultaat dat Curaçao op de Werelderfgoedlijst van Unesco (1997) werd geplaatst. Sindsdien afficheert Curaçao zich als een unieke monumentale attractie in het Caribisch gebied. Ook is volkswoningbouw van de grond gekomen, naar model en met de hulp van woningbouwcorporaties in Nederland. Fundashon Kas Popular (FKP) is sindsdien op Curaçao een begrip voor volkshuisvesting met een krappe beurs, geëvalueerd door de Inspectie Ontwikkelingssamenwerking te Velde (juni 1990). Reda Sosial biedt financiering voor sociale ontwikkeling en economische bedrijvigheid. De jaarverslagen van KabNA (Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse Zaken) staan bol van deze samenwerkingsoperaties.

De Nederlandse Antillen en Aruba waren ook toen autonoom, maar konden rekenen op Nederlandse steun. Nieuwe bezems vegen schoon, maar hebben kennelijk geen geheugen, c.q. hebben dat welbewust uitgewist. In een discussie tussen Raymond Knops en Jeroen Pauw over zelfredzaamheid herhaalde Knops: ,,Ja, ze hebben voor autonomie getekend; dat hebben ze zelf gewild!” Pauw noemde het een ‘weeffout’ in het Koninkrijk dat deze piepkleine eilanden alle daarbij horende verantwoordelijkheden zouden moeten kunnen dragen. Pauw had ook gezegd kunnen hebben: ,,Dit autonomiebegrip is een leugen!”

De portefeuille van overeen te komen operationele hulp en bijstand zou regelmatig op zijn effectiviteit moeten worden getoetst (zoals dat ook in de Beleidsdoorlichting 2017 inzake artikel 1, hoofdstuk IV van de Rijksbegroting - waarborgfunctie ex artikel 43 van het Statuut - wordt gedaan). Het is toch te gek voor woorden dat financieel toezicht (andere benaming gewenst) bijna tien jaar is uitgeoefend zonder dat enig resultaat is bereikt. Moest Knops zich nu echt bedienen van een ‘Waiting for corona’? Dit is een bewijs van onvermogen, ja zeker, een testimonium paupertatis van DKR!

Gezien de malaise tussen DKR en de landen ligt voor de hand de waarborgplicht van het Koninkrijk te operationaliseren, niet door een eeuwigdurend hoger toezicht uit te roepen, maar door de gezamenlijke inzet van associaties van vak-ministeries van Nederland en de CAS-landen. ‘Wederzijdse hulp en bijstand’ kan het best worden ingezet door dit soort werkverbanden; dáár zit de expertise! De Directie Koninkrijksrelaties (DKR) zou deze Koninkrijks-associaties - alias Koninkrijks-gilden - ommegaand van budget en signatuur moeten voorzien. Dat betekent dat DKR alsnog moet worden omgebouwd tot een faciliteit voor vakkundige Koninkrijks-gilden!

Voorbeelden hiervan zijn het bestaande Justitieel Vierlanden Overleg, het Onderwijs Vierlanden Overleg in wording, en een nog aan te kaarten Rechtsstaat Vierlandenoverleg, bedoeld om te zorgen voor een goed begrip van de betekenis van de rechtsstaat, de nationaliteit, de rechten en vrijheden van de mens, en de daarbij horende plichten. De toegang tot goed onderwijs is daarvoor een sine qua non. Om rechtsstaat en rechtshandhaving goed te kunnen plaatsen, is kennis vereist, i.c. te begrijpen dat deze niet door het Koninkrijk worden opgedrongen, maar door alle Nederlanders worden gedeeld, ongeacht herkomst en woonplaats. Deze gedeelde rechtsstaat is meer dan een paspoort, het garandeert ‘the right to have rights’.

Dat kan niet vaak genoeg worden herhaald in deze roerige tijden. Wie het beter weet, mag het zeggen.

De auteur, dr. Lammert de Jong, woont in Amsterdam en was van 1984 tot 1995 op Curaçao Vertegenwoordiger van Nederland in de Nederlandse Antillen.

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.